Day 1: Maik.

52 2 0
                                    

Maik keek verbaasd naar de recorder. Wat was dat nou voor raars. In een suit gepropt, Free-Running mode. Het leek de wereld op zijn kop. De vier waren aardig en vriendelijk, ze lachte met de kinderen en vertelde leuke verhalen. Het waren geen moordenaars, maar aardige wezens. En nu? Nu moest hij zijn vier helden bespieden? Wat een onzin. Hij spitste zijn oren, hij hoorde wat. Voetstappen leken het, metaalachtige voetstappen. Maik pakte snel de tablet. Die bleek verbonden met de camera's in het hele gebouw. De eerste camera was gericht op het podium. Liefdevol keek Maik naar de drie. Moordenaars, ja van verveling. Hij lachte hard en legde de tablet weg, die had hij toch niet nodig. Hij liep naar de essprossomachine en zette een bak. Het was het beste om wakker te blijven, zelfs al hoefde hij nix te doen. Hij dronk zijn koffie, keek was naar de tekeningen en speelde met de plushe knuffels die in een kast stonden. Plots, rond half vier, hoorde hij iets. Gelach leek het, metaalachtig kindergelach. Maik keek in de gang, en schrok. Bonnie stond tussen de tafels in de zaal. Maik vreef in zijn ogen en keek nog eens. Bonnie stond er nog steeds. Had Maik zich vergist? Hij pakte de tablet en keek naar het podium. Hij schrok opnieuw, alleen Freddy stond er nog, en keek recht in de camera. Zowel Bonnie als Chica waren weg. Maik krabte door zijn haar. Wat was er aan de hand? Plots lachte hij, waarschijnlijk was de eigenaar stiekem terug naar binnen geslopen en had de poppen als grap verplaatst. Knap hoor, hij had de deur niet eens gehoord. Hij schakelde over naar de camera, gericht op de Pirate Cove. Hij lachte weer. Het gordijn stond wagewijd open en Foxy keek recht voor zich uit. Hij stak zijn hoofd om de deur.

'Kom maar hoor.': riep hij. 'Het is lekker warm. Kom, effe een bak koffie.'

Hij ging glimlachend in zijn bureaustoel zitten. Rare baas had hij. Dacht die nou werkelijk dat hij bang was voor de vier beste robots die er bestond. Hij draaide een rondje. Stiekem hoopte hij dat een van de animatronics  in het kantoor zou komen, dan kon hij met ze praten. Hij wilde dat het Foxy was, die was de beste. Hij keek nog eens op de tablet, Foxy stond nog op zijn plek, Freddy ook. Chica stond in de wc's. Bonnie stond in de onderdelen-kamer. Hij keek recht in de camera. Maik lachte weer. Achter Bonnie was duidelijk een elektro skelet te zien, maar die propte hij niet in een suit. Oh, oh, vergeten detail. Hij keek op de klok, nog twee minuten. Hij begon vast op te ruimen, legde de plushes weg, maakte het koffiezetapperaat schoon. Als laatste legde hij een briefje neer :' Dank je, was leuk. De volgende keer mogen jullie een bak koffie komen drinken, tot morgen. Toen sloeg de klok zes. Opgewekt liep Maik naar de uitgang. Alle animatronischs stonden weer op hun plek, de gordijnen waren dicht. Bij de uitgang kwam hij zijn baas tegen.

'Hey jonge, hoe was het?'

'Ja leuke grap.'

'Grap?'

'Ja, het verplaatsen van die robots?'

Meneer Fuzbear begon te lachen.

'Robots verplaatsen? Je hebt zitten dromen. Nou, tot morgen.'

'Ja, die robot's kunnen moeilijk uit zichzelf lopen.'

Maik zag niet dat zijn baas rood werd toen hij weg liep.

Five Night's at Freddy's: Foxy's a good guyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu