Een statig gebouw torent boven de toppen van de sparren uit. Grind knarst onder onze banden en springt weg naar de zijkant van de straat. 'Is dit echt nodig, pap?' vraag ik aan mijn vader met een schaapachtig stemmetje. 'Ik zou me veel beter voelen als we samen thuis waren,' mijn ouders blijven stoïcijns voor zich uit staren. Mam haalt een diepe teug lucht en pinkt stiekem een traan weg. 'Xandria, hoeveel kansen moeten we je nog geven? De ene therapie na de andere, de ene school na de andere, het ene probleem na het andere. Dokter Frederich biedt een begeleiding aan met gegarandeerd succes. Je zou je eindelijk beter kunnen voelen.' Neerslachtig kijk ik naar mijn schoenen. Zonder dat mijn ouders het horen, zucht ik nog onder mijn adem: 'Jullie zouden beter eens naar zo'n plaats gaan.' Naarmate we dichterbij komen, wordt nog maar eens duidelijk hoe vreselijk deze plaats gaat zijn. De buitenkant van het gebouw geeft me rillingen over mijn hele lichaam. Massieve bakstenen muren met smalle glas in lood vensterramen, omlijst door donkere luiken een zware eiken poort moet de ingang naar dit fort voorstellen. De deuren van de houten poort zwaaien open als we onze auto tot stilstand brengen op de parkeerplaats.
Een man van middelbare leeftijd met een blauw geruit hemd en een witte doktersjas komt uit de poortopening tevoorschijn. Naast hem staat een oudere dame in een licht- met donkerblauw mantelpakje. 'Welkom in het Sint-Lucidia instituut!' roepen ze enthousiast in koor, terwijl ze naar ons toe stappen. De man met de witte doktersjas schudt mijn moeder en daarna mijn vader hun hand. Hij stelt zichzelf voor als dokter Frederich, hij is de psychiater-neuroloog van dit instituut. 'Dan moet jij Xandia zijn neem ik aan?' gaat hij verder wanneer hij mijn ouders begroet heeft. 'Inderdaad meneer, mijn naam is Xandria, met de R van rood,' antwoord ik op een lichtelijk geïrriteerde toon. 'Excuseer, Xandria' Waarna dokter Frederich zich tot mij ouders keert: 'Als jullie het goed vinden, laat ik het verdere papierwerk over aan mijn assistente, Madame Lalaurie. Ik moet eens teruggaan naar de andere patiënten, die jullie dochter snel genoeg zal kunnen ontmoeten.' Als hij wegloopt kijken hij en zijn assistente nog even in elkaars ogen. 'Komen jullie maar met mij mee, we gaan even naar dokter Frederich zijn kantoor.' zegt Madame Lalaurie op een kordate toon. Wanneer we door de poorten heen gaan, valt me op dat jongens en meisjes door de ramen aan het kijken zijn. Ze slaan op het raam en lijken naar me te wijzen. Nogmaals krijg ik rillingen over heel mijn lichaam.
Als mijn ouders het kantoor binnengaan, vraagt Madame of ik even buiten wil wachten terwijl zij dingen in orde brengen. Ik knik naar haar en ga op een stoel net voor het kantoor zitten. Vanaf ze tegen mijn ouders begint te spreken hoor ik hun stemmen door de muur, als ik mijn oor tegen de muur druk hoor ik duidelijk waar ze het over hebben: 'In ons beleid staat dat elke patiënt een periode van een week hier op "proef" komt. Daarna beslissen wij samen met uw dochter welke aanpak het beste is voor haar. De problematiek die jullie beschreven in haar inschrijvingsformulier wijst er wel op dat het geen lachertje wordt. Onze therapieën kunnen namelijk nogal onconventioneel zijn.' Plots hoor ik voetstappen op de hoek van de gang. Een nogal slungelige jongen en een meisje met paars haar schuifelen om de hoek. 'Dus jij bent dat nieuwe meisje dat we beneden zagen toekomen,' minachtend bestuderen ze mijn gezicht. Ik werp hen een venijnige blik toe. Als mijn ogen wapens waren, hadden hier net twee dode lichamen gelegen. Hoe durven ze hun blik op die manier over mij te laten gaan. Ik ben toch geen dier in de zoo? 'Ik ben hier net toegekomen inderdaad. Wie zijn jullie?' kaats ik terug nadat ik op mijn woorden gekomen ben. 'Wij zijn jouw ergste nachtmerrie, dat is alles wat je moet weten,' zegt de jongen terwijl hij met een duivels lachje naar het meisje kijkt. 'Kom Béa, we zijn hier weg. We gaan onze tijd niet verder verspillen aan uitschot zoals zij,' gaat de jongen verder zonder mij nog een blik waardig te keuren. Wanneer het duo om de hoek is, wrijf ik even over mijn armen om mezelf tot rust te brengen. 'Ik ben sterker dan dit,' fluister ik tegen de muren.
Ik houd mijn oor terug tegen de muur om af te luisteren bij het gesprek van mijn ouders. 'Wekelijks komt de postbode hier langs en kunnen jullie uw dochter een brief sturen of zij naar jullie. Verder is er geen communicatie toegestaan omdat dit de efficiëntie van haar therapie tegen zou houden. Indien er zich een noodgeval voor doet, zal dokter Frederich of ik contact met u opnemen,' hoor ik Madame Lalaurie zeggen, waarna ik het geschraap van hun stoelen hoor. Snel zit ik rechtop in mijn stoel en probeer ik geïnteresseerd naar de gedateerde magazines te kijken. Het valt me op dat deze al 6 jaar oud zijn. 'Het is tijd dat jullie van elkaar afscheid nemen. Dan kan ik Xandria haar kamer tonen en kan ze zich beginnen aanpassen aan de nieuwe omgeving,' vertelt ze verder terwijl ze de deur opendoet.
JE LEEST
Sanus Insanus (ONC 2021)
Mystery / ThrillerZe dacht te kunnen ontsnappen aan haar problemen. Ze dacht eindelijk vrij te zijn. Ze dacht vrede te hebben. Xandria merkt al snel dan ze van het één kwaad naar het ander gaat. Het Instituut bezorgt haar niets dan heibel. Niks is wat het lijkt te z...