Onderweg had ik een heel gesprek met mijn pegasus. Haar naam was Angel, best een mooie naam vind ik. Ze legde me alles uit over een halfgoden leven. Ze zei ook als ik haar nodig had dat ik alleen moest fluiten en aan haar denken, en ze zou komen. We stopten onder een heuvel. "Hier is het, Kamp Half-Bloed." Zei Mike. Opeens begon de grond te trillen en hoorden we een hard geluid. Ik draaide me snel om te kijken wat het was. Een laestrygones. Mijn gevoel zei rennen net als Mike, maar ik bleef verdwaasd staan. Mike begon aan me te trekken, en schudde me wakker. We begonnen te rennen. Ik keek nog achterom om te kijken of de reus (om het zo maar even te noemen) achter ons aankwam. En natuurlijk deed hij dat. Ik wist niet wat te doen, dus gooide mijn zwaard maar en rende verder. Opeens begon de reus te bulderen. Ik keek achter me en zag nog net de reus in stof veranderen. Mijn zwaard lag daar middenin het stof. Ik moest hem even zoeken maar eindelijk vond ik hem. Eigenlijk vond ik het wel vies, maar oké. Ik haalde al het stof eraf, en deed hem in zijn schede (die Mike me had gegeven). En liep rustig verder de heuvel op. Toen zag ik een poort met Kamp Half-Bloed erop staan. Ik liep door de poort en kreeg een applaus van veel vreemde mensen. Mike die naast me stond fluisterde: "Dit is Kamp Half-Bloed. Je hebt veel indruk achtergelaten." "Is dat goed?" fluisterde ik terug. "Ligt eraan." Fijn, heel fijn hoor. Ligt eraan, daar kan ik veel mee. "Kom, je moet naar Chiron." Toen we net wouden doorlopen kwam er een centaur op ons af draven. Chiron, dat moet van Chiron zijn. "Hoi ik ben Chiron, jij bent Alexis als ik me het niet vergis." "Jup, dat ben ik." Hoe wist hij mijn naam? "Kom maar even mee." Oké? "Oké." antwoordde ik kort. Ik liep mee naar een groot gebouw. Mike zei dat het Het Grote Huis hete. "Mr. D, er is een nieuwe halfgod." zei Chiron toen we het gebouw binnen waren. Wacht?! Mr. D, de D van Dionysus? Is hij de baas van het kamp? "Mag ik je voorstellen aan Alexis Redford." "Nou Axelle. Als je aan de regels houdt ben je van harte welkom." "Het is Alexis." "Ja goed. Boeit niet." En met die woorden liepen we het gebouw uit, samen met Chiron. Er kwam een jongen aan rennen met zwarte haren en groen/blauwe ogen. "Jij bent hier nieuw of niet soms. Percy, Percy Jackson. Zoon van Poseidon" "Alexis Redford." "Percy zou jij Alexis willen rondleiden?" vroeg Chiron. "Tuurlijk." "Ik moet gaan." zei Mike. Mike liep weg en even later Chiron ook. Daar stonden ik en Percy. Percy leek een jaar of 16. "Zullen we maar beginnen?" Ik knikte maar. "Niet zo bescheiden, jij bent toch het meisje dat een zwaard wierp, en zo een leastrygones versloeg?" Shit! Nu denkt iedereen zo over me. "Jup." Hij knikte alleen maar. We liepen door Kamp Half-Bloed terwijl Percy zei wat alles is, en hoe het allemaal ging in het kamp. Een deel wist ik al omdat Angel me dat had verteld. Hij zei dat zo lang ik niet zou worden erkend ik in het Hermes gebouw moest slapen. Waar ik dus geen zin in heb. "Nou dat word vast heel leuk. Ik heb er nu al zin in." zei ik met veel sarcasme. "Haha, dat wil ik wel eens zien, jij tussen allemaal Hermes kinderen." We begonnen allebei te lachen. "Hoe oud ben je eigenlijk?" vroeg Percy toen we uitgelachen waren. "15. Hoezo?" "Dan zijn ze wel laat zeg." "Hoezo dat nou weer?" "Bijna alle halfgoden worden met hun 13e al erkend." "En met de anderen?" "Die zijn niet in Kamp Half-Bloed." "Oh." Toen was het stil. "Hey!" schreeuwde een meisje achter ons. We draaiden tegelijkertijd om. "Hey Annabeth!" schreeuwde Percy terug. Er kwam een blond meisje aanrennen. En gaf Percy een kus. Toen ze mij zag begon ze zich voor te stellen "Hey ik ben Annabeth Chase." zei ze. "Alexis Redford." "De zwaard gooister." Ze begonnen te lachen en ik lachte gewoon mee, ookal ik het niet zo grappig of leuk vond. We liepen door met z'n drieën. "Dit is het Poseidon gebouw." zei Percy opgewonden. We liepen weer door en toen begon Annabeth schreeuwen: "En dit is het Athena gebouw." Ik deed mijn oren dicht, want zo hard schreeuwde ze wel. Percy en Annabeth begonnen te lachen. Ik stond er maar ongemakkelijk tussen. Er klonk een hoorn. "Yes, lunch." zei Percy. Annabeth legde me uit dat we aan tafels van je goddelijke ouder moet gaan zitten. En als je nog niet erkend was aan de Hermes tafel. Ik vroeg waar het was en ze legde het me uit. Daar zat ik dan stilletjes tussen alle hypere Hermes kinderen. Ik had het bijna op en ging naar het vuur om de restjes erin te gooien. En liep weer weg. Na het eten riep Chiron dat we vanavond vlaggenroof doen. Daar heb ik zin in. Ik liep meteen naar het Hermes gebouw, zocht een leeg bed en gooide daar mijn spullen op, die ik de hele dag bij me had gedragen. Belangerijke spullen zaten er niet in. Die mogen ze best stelen. En liep weer naar buiten en kwam Annabeth tegen. "Hey Alexis. Ik kwam je net ophalen" "Hey Annabeth. Waarom wou je me ophalen?" "We beginnen met vlaggenroof." "Oh, oké." We liepen naar het bos. Ik had mijn zwaard aan mijn zij. Chiron begon met het uitleggen van de regels. Je zag allemaal kinderen met een rode of blauwe helm. "Wie wil Alexis in het team" "Wij!" schreeuwden allebij de teams. Fijn, ik ben gewild. "Alexis jij gaat bij team rood." Team rood schreeuwde yes, en team blauw ah. Ik zag dat Percy in team blauw zat. Ik zat bij de areskampers. Clarisse was de leider. "Jij, jij, jij, jij en jij gaan met mij mee. Jij, jij, jij, en jij blijven met jullie kampers de vlag verdedigen. En jij groentje kijkt maar wat je doet. Zo lang je maar niks verpest." Jeey, ik ben het groentje. Clarisse zette de vlag op een stel rotsen. En liep het bos in met en paar mensen achter haar. De rest pakte hun wapen en stonden klaar voor een aanval. Ik liep naar een boom en klom erin. Ik ging van boom naar boom steeds dieper het bos in. Mijn zwaard nog in zijn schede, want anders zou je me te makkelijk zien. Toen ik de vlag van de tegenstanders in het oog had, keek ik om me heen om te kijken ofdat er iemand was, al was het de troepen van Clarisse. Toen viel het me op dat de vlag dichtbij een rivier stond. Percy... Ik keek om me heen om te kijken ofdat ik hem ergens kon vinden. Uiteindelijk vong ik hem onder een boom verder op. Ik wist niet wat ik moest doen, dus brak ik een tak. Percy liet zijn pen in een zijn zwaard veranderen en keek in het rond, en liep uiteindelijk naar de vlag. Ik zag dat Clarisse verder op in een heel gevecht zat. Schiet nou op. Was het enige wat ik dacht. Percy keek nog steeds rond. En liep naar mijn boom toe. Ik hield mijn adem in. Bang dat hij me ziet of hoort. Percy keek weer in het rond, haalde zijn schouders en deed zijn zwaard weer in een pen veranderen. Hij keek nog een keer rond en liep naar zijn plek waar hij eerst ook stond. Ik wou zuchten maar dat leek me niet zo slim. Ik haalde weer adem. Ik zag dat Clarisse één meter dicherbij stond. Ik klom stilletjes van boom naar boom. Toen ik aan de overkant van de boom waar ik een minuut eerder in zat. En brak weer een tak. En klom snel weg waar Percy me niet kon zien. Hij keek rond de bomen op zoek naar de gene die de tak brak. Gelukkig zag hij me niet. Ik klom snel en stil weer terug naar de boom waar ik het eerste takje brak. Toen ik eindelijk in de boom zat, zat ik niet goed en viel uit de boom. Ik kroop snel een struik in, want Percy begon deze kant op te rennen. "Kom dan tevoorschijn als je durft!" Mooi, want ik durf niet. Hij liep langs de struik waar ik in zat, en rende plots naar de vlag. En haalde iemand neer die eigenlijk verdediger had moeten zijn. Ik kreeg opeens een steek in mijn voet. Ik keek naar mijn voet en zag dat hij dik en blauw was. Lekker zichtbaar dus. Ik kon opstaan en vechten of hij vind me en schakelt me meteen uit. Ik sprong uit de struik en hinkte naar de vlag. Percy die was nog bezig met iemand te helpen opstaan. Toen de gene op gestaan was zag Percy me. Hij keek naar mijn voet. "Dus jij zat me de hele tijd gek te maken." Ik haalde m'n schouders op. Hij haalde uit ik maakte een rolletje en stond toen achter hem. Percy keek in het rond en zag me. "Je bent snel. Maar niet snel genoeg." Bijna iedereen die mee deed stond om ons heen, te kijken hoe ik zal falen. De rivier steeg op. Dat is oneerlijk, hij kan water controleren terwijl ik niet eens mijn goddelijke ouder weet. Het water van de rivier kwam recht op me af. Ik rolde weer, en haalde Percy onderuit zonder nat te worden. Ik zat op hem met mijn linkervoet op zijn zwaard arm, zodat hij daar niks meer mee kon doen. Met mijn zwaard tegen zijn keel. "Wat zei je Jackson." zei ik met een grijns. Hij mompelde iets onverstaanbaars. Ik stond op en hielp hem opstaan. Iedereen keek met een open mond. Twee eigenwijze kinderen van team blauw vielen aan. Ik schakelde ze allebei uit. Er vielen nog meer kinderen aan, en ik haalde ze onderuit. "Nog meer vrijwilligers." Niemand verroede zich. Ik stak mijn zwaard in het zand, en pakte de vlag. Ik zag dat Clarisse er net kwam aanlopen. "Op het groentje!" "Op het groentje!" schreeuwde heel team rood. Team blauw had verloren. "Hoezo zijn jullie zo blij, verliezen jullie altijd ofzo?" Iedereen knikte. "Sinds dat Jackson er is wint ons team niet meer. Maar nu sinds jaren hebben we weer gewonnen." Clarisse sloeg een arm om me heen en zei: "Ik mag jou wel." Zo liepen we terug naar onze eigen vlag. Terwijl ik de blauwe vlag nog steeds vast had. Ik zette de blauwe vlag naast de rode. Opeens begon er iets boven me te schijnen. Ik keek omhoog en zag een groene drietand boven me zweven. "Heil Alexis Redford, dochter van Poseidon." Ik ben erkend, erkend door Poseidon
------
Hey, wat vinden jullie van dit hoofdstuk. Ik heb het extra lang gemaakt omdat die anderen best kort waren. Blijf vooral door lezen ;D Tips zijn altijd welkom. Oh, en vertel als je spellings fouten ziet, dan weet ik het voor de volgende keer. Vele groetjes, xlianhx
JE LEEST
Mistakes that demigods make Boek 1
FanficAlexis is 15 jaar en woont in New York. Als het blijkt dat ze een half-god is veranderd haar leven in een no time. Wat gebeurd er als ze op haar eerste Queeste moet? Wat als de Queeste mis loopt? Wat als iemand dood gaat? Dit is een Percy Jackson fa...