Ik keek naar haar. Ik keek naar haar terwijl ze grote bewegingen maakte met haar armen en wees naar de zee. Ik keek naar haar en zag haar mond bewegen maar hoorde geen enkele woord van wat ze zei. Ik keek naar haar terwijl ze vol enthousiasme me iets uitlegde waar ik toch niks van begreep. Terwijl haar haren in haar gezicht waaide door de wind van de zee en ze die constant uit haar mond probeerde te houden.
Ik keek naar haar terwijl ze lachte. En ik niks anders voelde dan warmte in mijn lichaam. Ik voelde de glimlach op mijn gezicht terwijl ik naar haar keek."Thomas?". Ik hoorde een vrouwenstem. Het was niet haar stem. Dat wist ik heel zeker. Maar wie was het dan? Het beeld van de zee verdween, samen met haar.
Ik voelde een hand op mijn bovenarm. "Thomas, wakker worden. Alles oké?".
Ik deed mijn ogen open en draaide me om. Ik lag in een bed en zag een vrouw, ze had al rimpels rond haar ogen en haar mond. Haar haren begonnen grijs te kleuren. Ze zag er vriendelijk uit. Ik had het gevoel dat ik haar kende, maar toch had ik geen idee wie ze was. "Ja, alles oké", zei ik teleurstellend.
Ik was haar kwijt...
"Het is tijd om op te staan, je mag douchen en jouw ontbijt staat klaar op tafel". Ik hoorde de vrouw wegstappen en de deur dicht doen.
Ik keek op. Een witte kamer. Bed, nachtkastje, kleerkast, tafel en stoel.
Ik zette me op de rand van het bed. Aan de linkerkant zag ik een deur. Ik stelde me recht en liep naar de deur. Ik nam de klink vast en draaide. Die was dicht. Oké ik zit hier vast, dacht ik. Terug aan de linkerzijde zag ik nog een deur, geen gewone deur maar een schuifdeur. Ik schoof de deur open. De badkamer. Wc, douche en lavabo. Er stond nergens iets van decoratie. Het was leeg en kil. Alleen de broodnodige spullen.
Ik nam kleren uit mijn kleerkast en douchte me. Daarna zette ik me aan tafel. Een plateau met 3 bruine boterhammen op een wit bord. Een botermes en 2 confituurtjes. Er was een klein raampje naast de tafel. Ik keek naar buiten. Ik zag een park. Verschillende mensen. Veel oudere mensen. En hier en daar zag ik ook mensen met een wit pak aan. Ik dacht aan de vrouw die me wakker maakte. Zij had ook zo een wit pak aan.
Ik begreep er niks van. Waar was ik? Na een tijd ging de deur weer open. Weer een vrouw met een wit pak, maar niet dezelfde van daarnet. "Goeiemorgen Thomas, heb je goed geslapen? Ik neem je plateau terug mee, goed?" Ik knikte.
Ik deed mijn mond open en wou vragen of ze me wou uitleggen waar ik was en wat ik hier deed maar voor ik de kans kreeg zei ze zelf " jouw psycholoog komt straks langs, en dan zal je het wel weer begrijpen". En de deur ging dicht.
Ze zei "weer". Wat bedoelde ze dáár mee? Ik keek terug naar buiten. De mensen buiten zagen er zo vredig uit. Enkele mensen waren aan het wandelen, anderen zaten op een bankje. Ik zag de takken van de bomen lichtjes bewegen. De zon scheen en er was geen wolkje aan de lucht. Een vogel vloog voorbij. Ik dacht aan haar. Het was een droom. Maar het leek zo echt. Ik rook de zee, voelde de wind en proefde het zoute. En toch deed ik mijn ogen open en werd ik hier wakker. Geen idee wat of waar hier was.
JE LEEST
Kwijt
General FictionIk keek naar haar. Ik keek naar haar terwijl ze grote bewegingen maakte met haar armen en wees naar de zee. Ik keek naar haar en zag haar mond bewegen maar hoorde geen enkele woord van wat ze zei. Ik keek naar haar terwijl ze vol enthousiasme me iet...