Hoofdstuk 27 ~Lise

298 15 4
                                    

We rijden, of racen eigenlijk, over de snelweg. We hebben het zwaailicht niet aan want dat vond m'n moeder niet nodig. Ze rijd als een idioot en haalt de ene na de andere auto in. Het is stil in de auto en om de stilte te doorbreken zet ik de radio aan. Fenna kijkt me even kort en raar aan maar kijkt dan weer snel naar de weg, op zoek naar de volgende auto die ze kan inhalen. Het liedje Uptown Funk van Bruno Mars galmt zachtjes uit de speakers. Ik heb geen zin om mee te zingen en Fenna ook niet want ze rijd stug door. Ik kijk uit het raam. Ik hoop dat we op tijd zijn. Mirte heeft toch geen domme dingen gedaan? Misschien wil Mirte wel de schuld in Hein zijn schoenen schuiven. Ik merkte het al toen ik vanmiddag alleen met haar zat, op de een of andere manier voelde ik geen medelijden voor haar. Ik deed kortaf en vluchtte weg. Misschien sloeg ze daarom die deur wel in mijn gezicht.

"Dat was Uptown Funk van Bruno Mars hier op radio 538." -Hoor ik de man op de radio zeggen- "en dan nu één van de Bee Gees, even terug in de tijd met 'Our Love'. Geniet." Ja joh! Dat kan er ook nog wel bij. Een van de lieveling liedjes van mijn vader. Ik heb het gevoel dat ik gek word. Alle emoties die een mens kan hebben heb ik volgens mij in een dag gevoeld. Ik zie dat ook mijn moeder het wat moeilijker krijgt en na de eerste noten van het lied gehoord te hebben drukt ze met veel kracht op de knop voor de volgende zender. Sky radio staat hij nu op. Wat verschrikkelijk. Als ik hem over wil zetten doet mijn moeder de radio uit. In stilte rijden we verder. Na 5 minuten stilte waarin we elkaar nog niet eens hebben aangekeken rijden we de snelweg af en komen we al snel aan bij de rand van het bos. En ja hoor, daar zien we de Keet. De auto is nog niet eens helemaal tot stilstand gekomen of ik open mijn deur al. Als Fenna de auto volledig heeft gestopt en de handrem met een ruk omhoog haalt stap ik uit. Ik zie niks vreemds, op het feit dat mijn moeder in de auto blijft zitten na dan. Wat heeft ze toch? Ze doet raar. Ik draai me om en kijk haar aan, ze staart voor zich uit en ik roep haar maar ik krijg geen antwoord. Ik loop via de achterkant van de auto naar haar portier en open het met net iets te veel kracht.

"Mam, what the fack. Waar zit jij met je gedachten."

"Nergens." Ze doet kortaf en duwt me opzij zodat ze uit kan stappen. Met grote passen loopt ze naar de Keet. Ik smijt de deur van haar auto dicht.

"Mam stop. Je doet vreemd." Ze stopt en draait zich heel langzaam om.

"Ik doe vreemd?" Ze benadrukt het woord 'Ik'. Ooh god. Ik voel een ruzie opkomen. Ik knik rustig.

"Lise! What the hell! Je bent verliefd op Hein Balk. En dan doe ik vreemd!" Ja hoor, daar beginnen we weer. Maar ik laat me echt niet over mijn kant lopen.

"Kappen. Ik kan mijn gevoelens toch niet tegenhouden? Kom op! Hoe vaak ben jij wel niet verliefd geweest waarvan je dacht dat het echt niet kon?"

"Lies waar slaat dit nou op?"

"Mam, ik vraag je wat."

"Om eerlijk te zijn nooit! En zo wil ik het ook graag houden en zo zou jij er ook over moeten denken. Come on!"

"Doe is normaal! Ben je geïrriteerd ofzo? Heeft Evert weer iets over je gezegd of had je ruzie ofzo?" Ik ga steeds luider schreeuwen. Als Mirte hier was zou ze ons allang gehoord hebben en gevlucht zijn.

"Waarom denk je dat? Lies ik dacht dat we elkaar alles konden vertellen maar niet dus!"

"Waar gaat dit nou weer over?" Vraag ik. Ik wil liever ook geen ruzie met mijn moeder maar nu vraagt ze er gewoon om. We kunnen de laatste tijd nog geen uurtje samen zijn of het gaat al mis. Ik heb soms hetzelfde met Evert. Carla irriteert zich dood aan ons drie maar we veranderen er niks aan.

"Dit gaat over eerlijk zijn en het feit dat we ook een keer normaal met elkaar moeten kunnen praten zonder te schreeuwen Lise! Daar gaat dit over!" Ze schreeuwt bijna de longen uit haar lijf en ik zie een paar vogels wegvliegen.

"Kunnen we hier mee stoppen nu! Jesus, wat kan jij je aanstellen zeg. We zoeken nu voor een kind met agressief gedrag dat misschien onze hoofdverdachte wat aan gaat doen. En dankzij jou is ze nu misschien al wel gevlucht!" Zeg ik en ik moet me inhouden om niet alles plat te schreeuwen hierzo.

"Door mij? Nou word tie mooi! Nee het is goed joh hé. Ik houd me mond wel weer. Iets dat jij niet kan." Ik kan er nu wel weer op ingaan maar ik wil nu zo snel mogelijk Hein vinden en dat gaat niet als wij hier staan te ruziën. Ik werp haar een moeilijke glimlach toe en loop dan naar de keet. Ik trek zo hard al ik kan aan alle ramen en deuren maar niks gaat open. Verder zie ik ook geen fiets ofzo.

"Lekker dan. Niemand." Ik kijk naar mijn moeder maar ze antwoord niet. Negeersessie. Dan schrikken we allebei op van een geluid. Het is mijn moeders ringtoon.

Recht in eigen hand ~moordvrouwWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu