{14}

1.1K 10 18
                                    

Tiana
Net als ik een beetje tot rust begin te komen, maakt de man aanstalten om op te staan. Ik klamp me aan hem vast totdat het binnendringt dat ik nu degene ben die hem omhels. Ik laat hem gauw weer los en de man grinnikt een beetje. Hij heeft mij nog stevig vast en legt mijn hoofd op zijn schouder. Niet tegenwerken, we gaan zo van de trap af. En ja hoor. Daar gaat mijn plan. Als ik ga tegenwerken terwijl hij mij vast heeft, en hij staat op een trap... ik ril een beetje. Straks laat hij mij vallen vanaf bovenaf. Dat wil ik niet. Ik wil geen pijn, ik wil gewoon weg.
Een traan verlaat weer mijn ooghoek. Sinds waneer ben ik zo kwetsbaar? Dat is nog nooit zo geweest.

De hand die op mijn rug ligt, aait nog steeds gerustellend. Ik zucht. Misschien is dit toch nog een beetje lekker.
Helaas verdwijnt dit gevoel snel als de man gaat zitten.
Hij draait mij om,zodat ik met mijn rug tegen zijn borst aanzit en de hele kamer kan doorkijken.
Mijn ogen worden groot. Deze kamer is echt prachtig. Het is zo groot, zo mooi en netjes. Alles wat in de woonkamer staat vormt één geheel. Hoe leuk is dat.

De andere man komt ook weer de kamer binnen en gaat op de bank tegenover ons zitten.
Ik probeer heel onopgemerkt van de schoot af te glijden, waar ik nu op zit. Ik kan zelf zitten, ben geen baby galmt er door mijn hoofd. Helaas voelt de man dat en houd mij stevig op zijn plaats. Ik worstel iets harder en yeajjj het is gelukt. Ik ben 5 centimeter dichter bij zelf zitten op de bank.
Ik grom als de man mij weer dichter naar hem toe schuift en mij nu nog steviger vastpakt.
'Ah joh, Levy. Laat dat arme ding toch even zelf zitten. Je kunt haar altijd nog bij je nemen' zegt de man tegenover ons.
De man, die blijkbaar Levy heet, zucht even. Hij gromt in mijn oor, 'je mag op jezelf zitten, maar als je een poging doet om weg te rennen, zit je heel gauw weer op mij.' Ik slik en knik zachtjes.
Levy schuift iets op en duwt mij zachtjes van zijn schoot af.
Ik huil nog steeds zachtjes, maar gelukkig is nu het ergste voorbij. Tenminste...Ze gaan nu toch zeggen dat ik naar huis kan?

'Tiana, schat.' Ik kijk angstig op. Hoe, hoe weet hij mijn naam.
'Wij zijn op de hoogte van de vreselijke situatie waar je nu in zit.' Ik piep zachtjes, dat mocht niemand weten. Ik schud mijn hoofd. 'Neenee, ik weet niet wat je precies weet, maar het is niet waar. Laat me gewoon naar huis gaan.' De laatste woorden worden erg zwaar om uit te spreken. Halverwege de zin was ik weer in huilen uitgebarsten.
'Princess, je hebt geen ouders meer, je hebt bij je familieleden gewoont en zit nu in een weeshuis.' Zegt hij medelevend.  Ik snik en schud mijn hoofd weer. 'Hoe?' Vraag ik zachtjes.
'We hebben een paar keer afgesproken.' Opeens vallen alle puzzelstukjes in elkaar.
Mijn ogen zijn groot geworden en ik piep van angst. 'Jij, kermis, Woods, jij , jij mij meenemen?'
De man kijkt mij verbaast aan. 'De kermis is juist. De rest niet. Mijn achternaam is geen Woods en ik heb je niet meegenomen.'
Het word even helemaal zwart voor mijn ogen. Ik vertrouwde deze man. Ik vertrouwde hem echt maar nu. Nu heeft hij dat vertrouwen beschaamd.
Ik begin ongemerkt weer met mijn hoofd schudden en schuif steeds verder iets achteruit.
'Levy' waarschuwd de andere man.
Ik spring van de bank en ren wanhopig de kamer door op zoek naar een uitgang.
Vreemd genoeg blijven de mannen zitten. 'Schat, deze kamer is afgesloten. Je kunt niet weg, ga maar weer zitten op de bank.' Roept de nog onbekende man. Ah zie. Dat verklaard waarom ze zo vreemd bleven zitten.
De onbekende man loopt naar Levy toe en fluisterd iets in zijn oor. Levy knikt als enige reactie.
De man gaat recht staan en kijkt mij aan.
Ik sta bij de vensterbank en probeer ongemerkt het raam te openen. Helaas lukt dit niet, wat voor veel frustratie zorgt.
De man kijkt mij recht in mijn ogen aan en straalt dominantie uit.
'Lieverd, als je gaat zitten op de bank, leggen wij het je allemaal uit.'
Ik schud mijn hoofd. Oh God. Slechte timing voor een angstaanval. Ik ren van de man weg, naar de andere kant van de kamer. Er zit een deur waar ik heel hard aan probeer te trekken. Ik schreeuw van frustratie als ook deze dicht blijkt te zitten.
Weer komt de man dichterbij en blijft Levy op de bank zitten. Hij schenkt geen enkele aandacht aan wat er gebeurt.
Mijn smeekbedes worden steeds harder, mijn nee geroep steeds sneller en mijn hoofd gaat steeds sneller schudden.
Als de man heel dichtbij is, kan ik geen kant meer op. Mijn hart bonkt in mijn keel en ik haal snel adem.
'Lieverd, er is niks om bang voor te zijn. Doe rustig.'
De uitgesproken woorden vliegen dwars langs mijn hoofd. Ik kan en wil er nu niks aan doen.
'Laatste kans, schat, om zelf naar ons te komen en braaf op de bank te gaan zitten.'
De man wacht even maar ik blijf doodstil in mijn hoekje zitten. Mijn paniekaanval gaat dit winnen.
De man hurkt zich voor mij neer, maar omdat ik bezig ben om lucht te krijgen, heb ik het niet eens in de gaten.
Hij tilt mij op en loopt terug naar de bank.
'Sst' Hij streelt door mijn haren heen en wrijft over mijn rug. 'Volg mijn ademhaling maar.'
Hij trekt me dichter naar hem toe.
'Goed zo, braaf meisje. Dit is al beter.' Gelukkig is mijn ademhaling terug gekomen en ben ik nu alleen nog maar heel hevig aan het snikken.
De man zegt geruststellende dingen in mijn oor en blijft lekker tussen mijn haren strelen.
'Als je gekalmeerd bent, wil je ons dan vragen stellen?'
Ik knik langzaam mijn hoofd.
Reken er maar op dat ik vragen ga stellen. Laat ze hun borst maar nat maken.

1040 woorden.
xXx Roomsnoes

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Dec 15, 2021 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

The Little PrincessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu