Donkere Wolken

481 22 6
                                    

''Ik ben de nieuwe teamchef... omdat ik tweede was bij de sollicitatieprocedure.'' Eva kon de woorden bijna zelf niet geloven.

Wolfs keek haar verwachtingsvol aan, bemoedigend bijna.''Ga je het doen?''

''Ze zegt dat ik niet kan weigeren.''

Hij knikte. ''Je gaat dat geweldig doen.'' Voor ze het wist had hij twee stappen vooruit gezet en voelde ze zijn armen om haar heen. ''Gefeliciteerd, ik ben trots op je.''

Ze was nog steeds als verstijfd en liet haar armen weerloos langs haar lichaam hangen. De tinteling die zijn aanraking veroorzaakte daargelaten, was de schrik haar om het hart geslagen. Dit had ze niet verwacht. Niet meer tenminste. Ze had het naast zich neergelegd dat ze geen teamchef zou worden. En het was goed. Wat had ze wel niet gedacht... Zij, teamchef.

Alsof Wolfs haar vertwijfeling kon waarnemen, liet hij haar los en bestudeerde hij haar gezicht. ''Wat is er, niet blij? Dit wilde je toch graag?''

Ze liep terug naar de keukentafel, plofte neer op de stoel en nam een teug uit haar glas alvorens deze weer met een klap op tafel te zetten. ''Ik weet niet wat me bezielde. Je had gelijk, Wolfs, teamchef zijn is niks voor mij.'' Niet enkel het gebrek aan actie, of het idee dat ze haar dagen zou slijten met het verwerken van grote stapels aan administratie en met politieke spelletjes, maar vooral iets anders zat haar dwars. En het effect daarvan was een wetenschap die ze weergaloos het onderschat. ''We zijn geen partners meer.'' Het moment dat de woorden haar liepen verlieten maakte het definitief. Bijna alsof iets in haar stierf. Een afgesloten hoofdstuk uit haar leven.

Wolfs zuchtte en schudde zijn hoofd. ''Nee, we zijn dan misschien geen partners meer op het werk, maar Eef, dat hoeft verder niks aan onze vriendschap te veranderen. Wij blijven gewoon Eva en Wolfs, jij en ik.'' Hij zei het op luchtige toon en met een glimlach op zijn gezicht, maar Eva hoorde ook de onderliggende bezorgde toon erin doorklinken. Ze waren nu al zo lang bevriend dat ze dat soort dingen niet meer voor elkaar verborgen konden houden. ''Dat is het belangrijkste,'' antwoordde ze maar, niet wetende wat anders ze zou moeten zeggen.

''Op jou,'' zei hij met opgeheven glas. ''Op ons,'' corrigeerde ze hem het moment dat hun glazen elkaar raakten. ''Op ons.''

Die nacht lag Eva wakker. De mogelijkheid dat Eddie nog in de buurt was en Donna had vermoord was haar zeker niet in de koude kleren gaan zitten, hoe wanhopig ze Wolfs ook had proberen te overtuigen objectief te blijven. De gedachte dat hun leven voor de zoveelste keer in gevaar kon zijn brak haar op. Ze kon niet anders zeggen. In al die jaren hadden ze al zoveel vijanden gemaakt, had hun leven al zo vaak op het randje gebalanceerd. Het idee dat het nog een keer kon gebeuren deed haar huiveren.

Ze probeerde zichzelf af te leiden van het doemdenken dat vooral de laatste tijd haar nachten bederfde, maar dan waren het weer de zenuwen die naar boven kwamen voor de nieuwe functie die haar de volgende ochtend stond te wachten. Ze kon er niet onderuit, dat wist ze ook wel, maar het voelde niet goed meer. Ze was geen teamchef, dat moest iemand anders zijn. Eva van Dongen was iemand die actie nodig had, die de straat op moest, die mensen moest helpen. Niet iemand die dagenlang vastzat achter een bureau. Zonder partner. Zonder Wolfs...

Na een lange tijd van woelen en draaien kon ze de rust nog steeds niet vinden en besloot ze een glas melk te halen in de keuken. Het eeuwenoude middel tegen slapeloosheid had haar nog niet eerder een dienst bewezen, maar het nog een keer proberen kon natuurlijk geen kwaad.

Ze was verrast toen ze het licht aanzag in de kelder die fungeerde als hun keuken en algemene leefruimte, maar zag al snel wat de reden daarvan was. Wolfs zat in t-shirt en trainingsbroek aan de keukentafel met een glas sterke drank - whiskey als Eva zou moeten raden - naar zijn laptop te staren. 

''Kon je ook niet slapen?''

Geschrokken van haar plotselinge stemgeluid keek hij op, maar zijn gelaatsuitdrukking verzachte zodra hij haar zag. ''Eddie wil me maar niet loslaten.'' Hij hield een waarschuwende hand op. ''En voordat je weer iets gaat zeggen, ik weet het, ik laat me meeslepen, maar dit keer wil ik dat je naar me luistert.''

Ze voelde de irritatie weer opborrelen, maar besloot hem toch het voordeel van de twijfel te geven. Na het vullen van een glas melk nam ze naast hem plaats en keek mee naar het scherm dat hij voor zich had. Daarop zag ze beelden van een verkeerscamera en als ze zich niet vergiste, de auto van Donna. ''Oké, ik luister.''

''Goed. Dit zijn de beelden van gisteren van Donna's terugreis van het bureau naar huis. Haar route is, op haar eigen straat na, perfect gevolgd door de verkeerscamera's. Let op deze auto,'' instrueerde hij Eva, terwijl hij wees naar een rode auto die achter Donna aanreed.

''Ze wordt gevolgd,'' concludeerde Eva verschrikt.

''Precies. En ze merkte het. Kijk hier maar.'' Wolfs toonde eerst beelden waarbij Donna wat onzeker leek te rijden en daarna een beeld waarbij ze haar auto aan de kant zette en de rode auto haar voorbij reed. Pas daarna voegde ze weer in en reed ze verder.

''En die rode auto, waar ging die heen?''

Uiteraard had Wolfs dat ook al helemaal uitgezocht. ''Hij neemt de afslag naar haar wijk. Dat is alles wat we op beeld hebben. Maar kijk...'' en nu spoelde hij de video door. Eva hield de tijdstempel in de gaten en zag dezelfde rode auto na vijf minuten weer de doorgaande weg opkomen.

''Ik weet dat we niet kunnen bewijzen dat deze persoon haar volgde, want we kunnen niet bewijzen dat de auto ook daadwerkelijk bij haar huis is geweest, maar verdacht is het wel, toch?''

Nu kon ook Eva het niet meer ontkennen. ''Ik denk... ik denk dat je gelijk hebt.'' Haar hoofd leek ineens vol watten te zitten en ze voelde haar handen beginnen te trillen. 'Houd het dan nooit eens op?''

Flikken Maastricht - In het kort gezegdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu