Hoofdstuk 30 ~Hein

299 16 14
                                    

Mirte heeft nog steeds mijn pols stevig vast. We zijn al een paar minuten aan het lopen. Eerst van het veld af, toen een bos in en nu weer op een ander veld. Ik ken ons dorp goed maar eerlijk is eerlijk, ik zou mijn god niet weten waar we nu zijn. In de verte hoor ik kippen, tenminste dat denk ik dan. Ik hoor het zachte gefluit van de vogels in de bomen. Ik voel een kille wind, ik heb het koud. Het enige wat ik aanheb is een bruin leren jasje, dat niet al te dik is, met een dun shirtje eronder. Het is begin lente maar het voelt totaal niet zo. We lopen stevig door en Mirte heeft aardig haast. Nadat we nog 1 minuut verder gelopen hebben zie ik in de verte 2 kleine schuurtjes denk ik. Ik denk dat ik weet waar ik ben. Omdat Mirte's vader een boerderij had heeft hij 2 schuurtjes laten maken, 1 voor de kippen 1 voor de schapen en geiten. De geiten en schapen heeft hij weggedaan maar het schuurtje is blijven staan. Mirte en haar broer en zus maakte er vaak muziek. Waarom zou ze me hier willen verstoppen? Als de politie erachter komt dat ik hier zit zijn ook zij de lul. Het andere dat ook eigenaardig is is het feit dat we enorm omgelopen zijn. Mijn hoofd zit vol vragen maar heeft er geen antwoorden op. We lopen over een plankje over een kleine rivier. Ik ruk me los uit haar greep.

"Ik denk dat het toch beter is als ik met de politie ga praten. Als ik hier blijf maak ik het alleen maar erger," zeg ik. Ze kijkt me boos aan en pakt mijn pols weer.

"Kom nou maar mee." Ik vind Mirte echt aardig maar ze doet nu wel erg raar. Ik loop achter haar aan en dan stopt ze voor het schapenhok. Ze kijkt me aan en opent dan de deur. Ze knikt met haar hoofd dat ik naar binnen moet gaan.

"Ik denk echt dat dit geen goed plan is." Ik kijk om me heen in het schuurtje. Mirte zegt niks en blijft bij de deur staan. Ik kijk haar aan en zodra ik naar de deur kijk zie ik Carst binnen komen met een knuppel in zijn hand. Hij kijkt me boos aan en ik word er een beetje bang van. Hij komt op me af lopen en Mirte sluit de deur en schuift een balk tegen de deur zodat niemand van buiten de deur open kan doen.

"Carst, wat is dit?" Mijn stem is een beetje trillerig merk ik. Ik voel me absoluut niet op me gemak en word bang van de boze blikken van Mirte en Carst.

"Jij hebt mijn zusje vermoord, en daar zal je voor boeten." Zegt Carst met een lage stem. Wat is hij van plan?

Recht in eigen hand ~moordvrouwWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu