Hoofdstuk 1.

69 7 38
                                    

'Ik vind je zeer aantrekkelijk,' zei ze terwijl ze een stap mijn kant op deed en haar blonde haar om haar vinger draaide. Verleidelijk beet ze op haar lip en bleef me indringend aankijken. De pupillen in haar ogen waren groot.

Het was lang geleden dat iemand me zo had aangekeken. Vol lust. Klaar om me te verslinden.

Mijn hart klopte in mijn keel. Snel deed ik een paar stappen achteruit. Wat in vredesnaam gebeurde hier? Ik had een proffesionele taak uit te voeren.
'Kathinka, je bent een erg knappe vrouw en hoezeer ik dit compliment ook...,'

'Ssst, we hebben genoeg gepraat, Samuel,' snoerde ze me de mond.

Gepraat hadden we zeker en veel ook maar blijkbaar niet voldoende. Anders had dit scenario zich nu niet afgespeeld.

Voor ik er erg in had drukte ze me tegen de muur en duwde haar vinger tegen mijn lippen.

'Geef je er gewoon aan over,' fluisterde ze. 'Ik beloof je dat je er geen spijt van krijgt.' Ze duwde haar lichaam stevig tegen het mijne aan en snoof aan mijn nek.

Haar zoete geur drong mijn neus binnen. Mijn nekharen schoten overeind bij het voelen van haar warme adem. Ik stond aan de grond genageld.

Langzaam liet ze haar vingers van mijn lippen, naar mijn borst en nog verder naar beneden glijden. 

Dit was verkeerd, volledig ongepast. Een hoge kreet ontsnapte uit mijn keel. Het voelde allemaal zo echt. Zo levend. Het deed me beseffen dat ik niet langer degene was die de touwtjes in handen had. Was Kathinka eigenlijk wel echt dood?

Ik gaf haar een zachte duw. Vol verbijstering constateerde ik dat mijn hand niet door haar heen ging. Dat had ik natuurlijk allang kunnen weten. Ze deed wankelend een aantal stappen achteruit.

Snel maakte ik van de gelegenheid gebruik om weg te rennen.
'Sorry, Kathinka, maar ik...' Vluchtig keek ik achterom.

Even leek ze in de war, toen begon ze te giegelen en rende achter me aan. Haar groene ogen glinsterden ondeugend. 'Geen sorry, ik snap het helemaal, je doet liever een kat en muis spel. Ik jaag graag.'

Ik hapte naar lucht bij het horen van deze woorden. Het toilet, de enige plek waar ik tijd had om rustig na te kunnen denken. Daar moest ik heen. Ik sprintte het café uit naar de smalle gang. Met trillende handen deed ik de wcdeur open, weer dicht en draaide hem op slot. De adrenaline pompte door mijn lijf en ik liet mezelf op de wc zakken.

Er werd op de deur geklopt en niet snel daarna ging de klink van de deur omlaag.

Ik hield mijn adem in. Wat in vredesnaam moest ik doen? Opeens schoot me iets te binnen.
'Kathinka, sorry, maar ik heb opeens een vreselijke diarree aanval.'
Met mijn tong uit mijn mond probeerde ik schetende geluiden te maken.
'Ahh, echt.. heel veel pijn, auw, auw. Ik denk dat ik straks ook moet spugen.' Roerloos wachtte ik af.

'Ooh, pff, jongen toch, ik zal kijken of ik een bouillonnetje kan maken voor je.'

'Neee, niet achter de bar komen,' riep ik. De angst sloeg me om het hart, straks zou ze de verkeerde elixers drinken en bleef ze nog langer in vaste vorm. Zouden er inmiddels al andere klanten zijn binnengekomen? Wat waren de gevolgen als ik die onbewaakt liet?

Snel maakte ik met mijn mond meer poepende geluiden. 'Auw, auw, auw, alleen al bij het idee, Kathinka, gaat het mis met mijn buik,' kermde ik. 'Ga jij maar lekker in het café zitten. Ik ben hier voorlopig, helaas, nog niet klaar.'

Het was even stil.

Ik legde mijn oor voorzichtig tegen de deur. Het hout voelde koud aan tegen mijn wang.

Het Bruine Café 'De Splitsing' [ONC 2024]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu