De bestelwagen racete door de straten van Amsterdam, het geluid van sirenes die hen op de hielen zaten. Joost klemde zijn handen om het stuur, terwijl Daan voortdurend over zijn schouder keek, de zaklampen van de politievoertuigen steeds dichterbij komend.
"We moeten sneller!" riep Daan, zijn stem trillend van adrenaline.
"Ik doe mijn best!" antwoordde Joost, zijn ogen gefocust op de weg voor hen. Hij nam scherpe bochten en probeerde de politievoertuigen af te schudden door smalle steegjes en zijstraten.
Maar de politie leek hen overal te volgen. De stad, die zo vertrouwd had geleken, veranderde in een doolhof van obstakels en gevaren. Joost manoeuvreerde de bestelwagen door een drukke straat, auto's ontwijkend en voetgangers die op het lawaai reageerden.
"We moeten van deze weg af," zei Daan, terwijl hij naar een aankomende barricade wees. "Rechtsaf, nu!"
Joost draaide het stuur met al zijn kracht en de bestelwagen slipte door een smalle doorgang tussen twee gebouwen. Ze renden door een smal steegje en kwamen uit op een verlaten industrieterrein. De geluiden van de stad vervaagden even, maar de sirenes klonken nog steeds dreigend dichtbij.
"Daar, het magazijn!" Daan wees naar een groot, verlaten gebouw aan de rand van het terrein. "We kunnen daar binnen schuilen en proberen hen te misleiden."
Joost knikte en reed de bestelwagen naar de achterkant van het magazijn. Ze sprongen eruit en sleepten de tassen met geld mee naar binnen. Binnen was het donker en stil, de perfecte plek om even op adem te komen en een plan te bedenken.
"We kunnen hier niet lang blijven," zei Joost terwijl hij naar buiten keek, op zoek naar beweging. "Ze zullen ons snel vinden."
Daan knikte en keek rond. "We moeten een andere uitgang vinden. Als we hier blijven, zitten we als ratten in de val."
Ze slopen door het magazijn, hun voetstappen zachtjes echoënd in de verlaten ruimte. Daan vond een oude trap die naar het dak leidde. "Hier, we kunnen via het dak ontsnappen."
Ze beklommen de trap en kwamen op het platte dak. Vanaf daar konden ze de politievoertuigen zien die het terrein omsingelden. Ze kropen naar de rand van het dak en zagen een smalle steeg die hen verder weg van de politie zou kunnen leiden.
"Daarheen," fluisterde Joost. "We moeten springen."
Daan keek naar de afstand en knikte. "Het is onze beste kans." Ze sprongen naar het naastgelegen gebouw en renden over de daken, de geluiden van de sirenes verzwakkend naarmate ze verder kwamen.
Na wat een eeuwigheid leek, bereikten ze een gebouw met een brandtrap die hen naar de grond leidde. Ze slopen de trap af en kwamen in een stille achterstraat. De sirenes waren nu ver weg, en het leek erop dat ze de politie eindelijk hadden afgeschud.
"Daar, een metro-ingang," wees Joost. "We kunnen ondergronds gaan en een veilige plek vinden om te schuilen."
Ze renden naar de ingang van de metro en gingen snel naar beneden. Ze mengden zich met de weinige nachtelijke reizigers en wachtten op de eerste trein die hen ver weg van de achtervolging zou brengen.
In de stilte van de metro, terwijl de trein door de donkere tunnels raasde, voelden Joost en Daan voor het eerst een gevoel van opluchting. Ze hadden het gehaald. Ze hadden de politie afgeschud en waren op weg naar veiligheid.
"Dat was te dichtbij," zei Daan terwijl hij diep ademhaalde.
"Ja, maar we hebben het gehaald," antwoordde Joost, zijn blik vastberaden. "Nu moeten we nadenken over onze volgende stappen."
De trein stopte bij een afgelegen station en ze stapten uit, hun tassen stevig vasthoudend. Ze liepen naar een verlaten hoek van het station en wachtten op het eerste licht van de ochtend, wetend dat hun avontuur nog lang niet voorbij was, maar vastbesloten om samen verder te gaan.
YOU ARE READING
Overval op de Nederlandse Bank
Adventure"Overval op de nederlandse bank" vertelt het verhaal van Joost en Daan, twee jeugdvrienden die door omstandigheden gedreven worden tot een gedurfde overval op de Nederlandse Bank. Wat begint als een plan om snel rijk te worden, escaleert al snel tot...