H.2

33 3 0
                                    

Ik stap uit bed en loop naar de woonkamer, waar Cici haar favoriete film genaamd 'Beastly' kijkt. Ik gaap en ze kijkt op van de film. 'Hey, Melody.' Glimlacht ze.

Cici is echt een ochtendmens, ze ligt om tien uur al te slapen en is om zeven uur weer op, ik daar in tegen ben een avondmens, ik slaap om twaalf uur s'nacts en lig tot tien uur in bed. Soms is dat best wel vervelend.

'Zullen we vandaag oppassen op Kees?' Vraagt Cici. Ik kijk op mijn zilveren horloge van Bering, die ik voor mijn verjaardag heb gekregen van mijn ouders. Kwart over negen. 'Ja, leuk.' Antwoord ik.

'Ik stuur haar wel een app'je of het uitkomt.' Zonder dat ik iets kan antwoorden heeft ze haar mobiel al gepakt en glijden haar duimen over de Samsung 5.

'Geregeld, we moeten daar om tien uur zijn.' Tien uur?! 'Tien uur, zo snel al, ik moet nog douchen en.. SHIT!' Cici lacht. Ik ren naar de badkamer en trek mijn pyjama en lingerie uit, en leg mijn zilveren horloge op de eikenhouten kast. Ik stap onder de warme stralen en sop mijn lichaam in. Ik pak een handdoek en wikkel het om mijn haar, en droog met de andere mijn lichaam af. Ik haal de handdoek van mijn haar en pak mijn witte föhn uit het eikenhouten kastje. Als mijn haar droog is pak ik mijn licht roze borstel, en begin mijn haar te kammen. Ik loop naar mijn inloopkast. Ja, ik heb een inloop kast. Ik pak een zwarte, losse taillerok met een geruite houthakkers blouse. Ik doe een zwarte panty eronder aangezien het erg koud is, en pak mij zwarte Dokter Martens. Ik pak mijn brede zilveren armband en werp een blik in de spiegel. Kan er mee door. Ik pak mijn zwarte eyeliner en trek een dun lijntje onder mijn oog. Ik twijfel tussen een zachtroze lipgloss en een knalrode lipstick, maar ik besluit voor de rode te gaan aangezien het goed past bij mijn blouse. Ik doe nog wat zwarte mascara op en besluit het zo te laten. Ik kijk op mijn horloge, tien voor tien. Dit heb ik snel gedaan. Ik geef mijzelf een denkbeeldig schouderklopje en loop naar beneden. Cici heeft een bakje cruesli en een beker optimel voor mij klaargezet. Ik kijk haar dankbaar aan en werk alles moeizaam naar binnen, ik heb nooit echt trek in de ochtend.

'We kunnen gaan.' Zeg ik als ik mijn cruesli op heb. Cici knikt en loopt naar buiten. Ik pak de huissleutel en draai de deur op slot zodra ik buiten ben.

Heb je haar adres al op je mobiel ingevoerd?' Vraag ik. Cici kijkt naar de grond terwijl ze een 'nee' mompelt. Ik lach. 'Dat is wel zo handig.' Ze knikt en voert het adres in op haar mobiel.

'Rechts, nee links!' Cici zucht wanhopig. 'Ik denk dat mijn mobiel ermee opgehouden is, we zijn dus verdwaalt.' Ik kijk haar aan en haal een wenkbrauw op. 'Meen je dat nou?' Mijn mobiel is leeg, dus ik kan ook niet helpen. We kiezen uiteindelijk voor rechts, en komen een bankje tegen. 'Laten we even gaan zitten,' zeurt Cici, 'mijn voeten doen pijn.' Ik zucht en we gaan zitten. 'Stuur de moeder van Kees dat we wat later zijn,' zeg ik tegen Cici, 'aangezien we VERDWAALD zijn.' Er loopt een man met gifgroene ogen voorbij. Ik herken die ogen. 'Kan ik jullie helpen?' Vraagt hij beleefd, waarschijnlijk omdat Cici non-stop aan het zuchten is. 'We zijn verdwaald, Cici's mobiel hield er mee op.' Hij knikt begrijpend. 'Waar moeten jullie heen?' Vraagt hij, terwijl hij me recht in mijn ogen aankijkt. Ik ril, het wordt me even te veel. Die ogen lijken sprekend op die van de moordenaar van mijn moeder en mijn vriendje. Maar het zal wel niet, volgens de politie was de moordenaar gevlucht. Niemand kon hem vinden, in elk land is politie ingehuurd, en de hele wereld was op de hoogte van de aanslag. Cici geeft hem het adres. Hij bekijkt het aandachtig, 'Potsdam, dat is hier heel dichtbij, ik breng jullie wel.' Hij glimlacht naar ons en begint te lopen.

Cici en de man lijken het goed te kunnen vinden en praten over koetjes en kalfjes. Zijn bruine krullen schudden heen en weer terwijl hij loopt. Hij lijkt niet veel ouder dan wij, drie-en-twintig misschien. 'Hoe heet je eigenlijk?' Ik onderbreek het gesprek tussen Cici en de man. 'Ik ben Chad Hammington.' Hij glimlacht naar me, terwijl hij verder praat met Cici. Ik kijk naar mijn schoenen en hobbel langzaam vooruit. De rit lijkt wel uren te duren, maar eindelijk zegt hij: 'Aah, hier is het. Potsdam 13a.' We bedanken hem en lopen naar de oprit. 'Wacht!' roept hij, 'Wat gaan jullie hier eigenlijk doen?' Hij kijkt ons vragend aan. 'Oppassen.' Glimlach ik, denkend aan de schattige kleine Kees. 'Oke, leuk. Ik zie jullie wel weer.' Hij lacht en loopt weg terwijl Cici aanbelt.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Lieve Lezers,

Weer een hoofdstuk. Wat vinden jullie ervan? Reactie, vote?

Ik ga een weekje naar Engeland dus ik zal ALWEER niet kunnen updaten. Sorry! Voordat ik morgen ga, update ik eerst al mijn boeken. Behalve BB (BadBoys) Dus als je een van mijn andere boeken leest weet je dat.

But Keep Smiling!

-x- Sanne

Murder - H.SWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu