Hoofdstuk 1

9 0 0
                                    







Het was een doordeweekse ochtend in de stad Glaswacht, een stad die altijd bedekt was door een grijze deken van wolken. De lucht voelde altijd zwaar, alsof de zon zich nooit echt liet zien, wat de stad een constante dreiging gaf. Het was de soort stad waarin je het gevoel had dat geheimen overal waren, verborgen in de scheuren van de stenen straten en achter de dikke muren van de oude gebouwen.

Maya zat in het klaslokaal, haar ogen gericht op de grijze lucht buiten het raam, de regen die tegen de ramen tikte. De leraar sprak, maar zijn woorden leken niet door te dringen. Haar gedachten dwaalden af naar haar ouders. Haar moeder was al wekenlang ziek, altijd moe en zwijgzaam, terwijl haar vader vaak niet thuis was, druk met zijn werk. Het huis voelde steeds meer als een leegte, gevuld met stilte. Soms leek het alsof haar ouders geen idee hadden van wat er in haar omging. Ze waren nooit echt aanwezig, fysiek of emotioneel.

Maya probeerde haar gedachten bij de les te houden, maar dat was moeilijk. De woorden van de leraar doordrongen haar pas toen hij iets zei wat haar hart een paar slagen liet overslaan.

"Er is een meisje vermist," zei de leraar plotseling, zijn stem zwaar. "Emma Steigers, 15 jaar oud. Ze werd voor het laatst gezien gisteravond in het park bij de oude brug."

Er viel een doodse stilte in het lokaal, en de gezichten van haar klasgenoten veranderden van onverschillig naar bezorgd. Maya voelde een rilling over haar rug trekken. Emma Steigers... die naam zei haar wel iets. Emma was een meisje van haar school. Ze was niet iemand die ze goed kende, maar toch was ze altijd aanwezig geweest, een beetje in de achtergrond van haar gedachten, een van de velen die ze af en toe in de gangen van de school zag. Ze had altijd een glimlach, een vriendelijk gezicht, niets wat opviel. En toch, nu, was ze weg. Verdwenen.

De herinnering aan Timon sloeg hard in haar buik, de pijn van zijn verdwijning een constant, zwoele herinnering die haar altijd volgde. Timon, haar beste vriend, was een jaar geleden verdwenen zonder een spoor. Niemand had hem ooit teruggevonden. Niemand had ooit antwoord gekregen op de vraag waarom hij was verdwenen. Maya had die vraag niet durven stellen, omdat het te pijnlijk was. Maar nu, nu gebeurde het weer. Het was te veel, te veel van dezelfde soort gebeurtenis die haar angstig maakte. Emma was niet het eerste meisje dat verdween. Timon was de eerste, en die leemte was nog steeds niet gevuld.

Maya keek naar haar vrienden aan de andere kant van het lokaal. Jack zat, zoals altijd, met zijn gezicht een beetje in de schaduw van zijn bruine haar. Hij had zijn ogen half gesloten, en zijn gezicht was moeilijk te lezen, maar Maya wist wat er door hem heen ging. Ze voelde de spanning in de lucht, de stille angst die hen allemaal omhulde. Lea, aan de andere kant van het lokaal, zat met haar armen over elkaar, haar blik strak op het bord gericht, alsof ze zich concentreerde, maar haar handen knukkelden zich vast in haar mouwen.

Timon was niet de enige die hen had achtergelaten. Lea was ook veranderd sinds zijn verdwijning. Het was niet alleen haar schuld dat hij weg was. Iedereen had op de een of andere manier het gevoel gehad dat ze iets hadden gemist, iets niet hadden gezien. Het was een zware last voor hen allemaal, vooral voor Lea. Maya wist dat de woorden tussen hen onuitgesproken waren. Het was moeilijk om een vriendschap te onderhouden als iedereen in stilte met dezelfde pijn worstelde, maar Lea had zichzelf altijd meer afgesloten, meer in zichzelf gekeerd, sinds Timon weg was.

Maya voelde zich altijd dichtbij Jack, veel dichterbij dan Lea. Ze konden elkaar lezen zonder woorden, zoals vrienden die iets diepgaand met elkaar delen, en dat was altijd zo geweest. Maar Jack was ook anders geworden. Hij leek onbereikbaar, afgesloten in zijn eigen wereld van verdriet en onrust. Het was moeilijk om de jongen die ze altijd had gekend, te herkennen, en zelfs moeilijker om hem vast te houden, om te hopen dat er iets was dat hen weer samen zou brengen zoals vroeger.

Maya zuchtte zachtjes en keek opnieuw naar de leraar, die nu verder sprak over de vermissing van Emma. "De politie heeft haar nog niet gevonden. Er zijn geen aanwijzingen. We moeten allemaal alert zijn en melden als we iets vreemds zien in de buurt." Zijn woorden dreunden na in haar hoofd, als een waarschuwing die haar niet losliet.

Emma was verdwenen. Timon was verdwenen. En wat als ze het niet konden stoppen? Wat als ze opnieuw te laat waren?

Haar gedachten werden plotseling onderbroken door Jack die zich omdraaide en haar aan keek. "Wat denk je?" vroeg hij met een geforceerde kalmte in zijn stem. "Is dit... het weer?"

Maya slikte, haar hart ging sneller kloppen. "Het is hetzelfde," zei ze zacht. "Het voelt precies hetzelfde als toen met Timon."

Jack knikte langzaam, zijn ogen op de tafel gericht. Hij wilde niet verder praten, maar Maya kon zien dat hij het begreep. Dit was niet zomaar een vermissing. Dit was geen toeval. Het was iets groters, iets dat hen allemaal op de een of andere manier zou betrekken.

Lea draaide zich om en keek naar hen. "Misschien moeten we de politie gewoon hun werk laten doen," zei ze, haar stem kalm maar met een ondertoon die Maya niet helemaal kon plaatsen. Het was niet de gebruikelijke kalmte van Lea, maar eerder een afwezigheid, een leegte die Maya niet begreep.

"De politie doet al maanden niets met Timon," zei Maya, haar stem vast. Ze voelde haar handen jeuken, alsof ze iets moest doen. "Dit is te veel van hetzelfde. Emma, Timon... Ze horen bij elkaar. Dit is niet zomaar een toeval. Iemand moet iets weten."

Lea keek weg, alsof ze de woorden niet wilde horen. Jack keek haar aan, zijn ogen serieus. "Misschien moeten we zelf op zoek gaan," zei hij, zijn stem laag en bedachtzaam. "Misschien kunnen we iets vinden. We weten dat de politie niet genoeg doet."

Maya voelde een opwelling van vastberadenheid. Ze wist dat ze geen andere keuze hadden. De drie van hen hadden altijd samen onderzoek gedaan naar kleine mysteries, maar dit was iets groters. Het was geen schoolproject meer. Dit ging over het vinden van hun vrienden, het begrijpen van het onbegrijpelijke, en misschien, als ze geluk hadden, het vinden van een antwoord op de vragen die hen al zo lang achtervolgden.

Ze keek naar Lea, die nog steeds met haar armen over elkaar naar haar keek. "Lea, wil je ons helpen?" vroeg ze voorzichtig.

Lea zuchtte, haar blik verslapte even, en uiteindelijk schudde ze haar hoofd. "Ik weet niet of dit... iets is wat ik wil doen," zei ze zacht. "Het is te veel. Ik kan het niet meer aan."

Maya voelde een steek in haar buik. Ze had niet verwacht dat Lea haar zou afwijzen, maar iets in haar ogen vertelde haar dat Lea het niet aankon. Misschien was het de pijn, misschien was het de angst, maar het was duidelijk dat Lea zich aan het terugtrekken was. Maya keek naar Jack en zag dat hij het ook voelde. De drie van hen waren niet meer de vrienden die ze ooit waren geweest.

"Dan gaan wij wel," zei Maya, haar stem vast. Ze keek naar Jack, en voor een moment leek alles in de wereld stil te staan. Ze wist dat dit het begin was van iets groters, iets gevaarlijkers. Maar het was iets waar ze geen keuze in hadden. Het was iets dat hen allemaal zou veranderen.

En zo begon de zoektocht.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: 7 days ago ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Verloren SporenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu