Hoofdstuk 1

196 36 7
                                    

{Luna}

Ik breek.
Alles wat nog heel was in mij is dat nu niet meer...
Met moeite sta ik op, shit eh, de trap in mijn maag heeft me meer pijn bezorgd dan ik had verwacht.. Maar het is nu niet echt het goede moment om zwak te zijn.
Ik moet op zoek gaan.. Ik ren zo snel als ik kan zoekend naar hem.

Wanneer ik hem zie krimp ik ineen.. 'Wat moet ik zeggen?',
'Hoe moet ik beginnen?'..

Het is wel duidelijk dat ik nog niet klaar ben voor een gesprek.

Ik trek me terug uit de drukte en vlucht weg. Ik voel alle ogen in m'n rug branden, het doet pijn, ookal is het figuurlijk.

Ergens hoop ik dat iemand het hem al heeft verteld zodat hij het al kan verwerken, maar ergens anders bid ik dat iedereen z'n mond houdt zodat hij het van mij kan horen...

Theo is er niet meer, eigenlijk heb ik hem nodig, maar ik weet dat als ik steun bij hem zou zoeken ik het alleen maar erger maak.

Ik ren door de stad, zonder doel, zonder zicht op het leven.
Door mijn tranen heen zie ik iemand lopen die verdomd veel op mijn moeder lijkt, zonder na te denken schreeuw ik "MAMA."
Ze kijkt om, ziet blijkbaar geen dochter of zoon en draait zich weer terug.

Hopelijk heeft ze mij niet gezien..
Toen ik haar riep wist ik dat ik gedronken had.. Normaal zou ik zoiets niet doen.. Maar nu wel, want ik was godverdomme dronken.

Toen ik haar gezicht zag sprong ik, door een automatische reactie, een winkel binnen. Alleen toen ik de geërgerde blikken van de winkeliers zag ging ik maar snel weer naar buiten..

Ik wist wat ik moest doen.. Mama bellen.

Huilend en nog vol ongeloof vertel ik haar wat er is gebeurd.
Nog steeds dwaal ik rond in de stad, steeds minder mensen om me heen en een steeds donkere lucht.

Ik vraag me af hoe laat het is..
Snel werp ik een blik op mijn horloge; 23:45.

Nog steeds heeft m'n moeder niks gezegd op het verhaal dat ik net vol tranen heb geproduceerd vanuit mijn vuile mond.

Voorzichtig en zacht zeg ik, met een vragende ondertoon, "Mam..?"

Ik hoor wat geluiden aan de andere kant van de lijn en uiteindelijk weet ze wat uit te brengen..

Maar ik krijg het al niet meer mee, de wereld om me heen is begonnen met draaien.

Verward, met nog steeds mijn mobiel in m'n hand, ren ik door de stad.

Ik ren richting het plaatst delict. Maar al snel zie ik dat geen van de jongeren er meer is en opeens krijg ik een flashback..

Flashback
Ik zie Theo en mij samen met de rest van de jongeren, in de juwelier staan. Ik weet niet wat we hier met z'n allen doen, maar het boeit me ook niet.
Theo staat voor me en kijkt me lief aan, ik schenk hem een lieve blik terug. Ondanks dat ik weet dat hij hier ook is, blijft m'n aandacht bij Theo. Theo spreekt een paar woorden uit.. Maar
ik kan niet horen wat er gezegd wordt door Theo..

Blijkbaar is m'n flashback net zo dronken en wazig als ik zelf nu ben.

Na de wazige letters die woorden moeten vormen loopt Theo weg.
Mijn blik glijdt al gauw naar hem en langzaam vormt mijn mond een halve, maar gemeende, glimlach.
Einde flashback.

Ik word uit m'n flashback gehaald door een harde botsing..
Blijkbaar ben ik, tijdens het herbeleven van het moment, gewoon doorgelopen. Ik zie te wazig om te zien wie ik tegen het lijf ben gelopen.
Het boeit me ook niet.

Alleen hij boeit nu..

Tranen beginnen weer te stromen..
Het stopt niet, ze vloeien over mijn, door schaamte, rood gekleurde wangen.

Opeens realiseer ik me dat ik m'n moeder nog steeds aan de lijn heb. Wanneer ik m'n mobiel naar m'n gezicht gebracht heb begin ik nóg harder te huilen..

Het doet zo'n pijn.

Ik vertel m'n moeder hoe ik me voel, hoe het laatste beetje heel nu ook gebroken is in mij..
Zachtjes klinkt haar stem aan de andere kant van de lijn..
Ze zegt me dat ze me begrijpt, ze verteld me een heleboel, maar tot m'n grote schaamte heb ik al geen aandacht meer voor wat ze te zeggen heeft.

Ik ben inmiddels al bij de juwelier aangekomen.

Ik zie twee vrouwen alles opruimen en klaar maken voor sluitingstijd.
Zonder na te denken loop ik naar een van die vrouwen toe.
Ik vraag haar of ze een huilende jongen hierbinnen heeft gehad.
De vrouw antwoord me en we beginnen een gesprek.

Ze verteld me dat hij inderdaad heeft gehuild, en langzaam beginnen de tranen ook weer over mijn wangen te stromen.
Ik kan me niet inhouden, maar doe ook m'n best er niet voor.

We hebben nog een lang gesprek waarna ze me wat eten aanbiedt.
Ik wijs haar aanbod af en meld haar dat het al laat is en ik nog naar huis moet reizen.

Nog steeds heb ik mijn moeder aan de lijn.. Ik breng mijn mobiel naar mijn oor en ik zeg tegen m'n moeder dat ik de eerste beste trein naar huis pak, daarna hang ik op.

In de trein stromen er alweer tranen over m'n wangen, ik kan het niet helpen en soms verlaat een snik mijn lichaam.

Als ik thuis kom zie ik m'n moeder in de woonkamer zitten, haar gezicht is wit, ik kan er maar niet over uitkomen of het door de slaap is of door de gebeurtenis.
Ik schenk haar een zachte blik en vertrek daarna naar boven.

Ik laat me op het bed vallen en opnieuw breek ik..
Na wat een eeuwigheid leek te duren viel ik uiteindelijk in slaap.

I should've told you..Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu