Hoofdstuk 7 - Mijn verleden is mijn verleden

1 0 0
                                    

Ik duw zomaar een deur open en kom in een kamer met een grote verzameling fotolijsten. Althans dat is wat ik kan onderscheiden in het donker. Ik loop langs de muur opzoek naar een lichtknop, maar Pieter heeft de knop al gevonden. Het resultaat als het licht aan springt is een grote kamer met een pooltafel en een grote ronde tafel, maar aan de hele muur hangen foto's van mensen. Op sommige staan Pieter en Angela, maar ook Janja staat vaak centraal op de foto. Ik loop langzaam langs de muur en kijk naar de foto's. Ze zijn geportretteerd en het lijkt van een afstandje soms alsof het van een reclameposter is of een billboard o.i.d. Ik blijf staan bij een vage oude foto van Janja waar ze blond punk haar heeft en een leren blauwe jas met een soort gevaarlijke spikes en een versleten verscheurde broek aan heeft. Ze lijkt wel een beetje op mij, zoals ik vanochtend was. Uitgehongerd, maar stoer. Geen watje zoals Angela en Pieter. 

'Je lijkt op haar, weet je dat?' hoor ik Pieter achter me zeggen, waardoor ik uit mijn mijmering wordt weggetrokken. 'Ik denk dat ze je gister heeft gevraagd om mee te eten en hierheen te komen, omdat ze zichzelf in jou herkende.' 

'Hoe bedoel je?' vraag ik, omdat ik nu wel nieuwsgierig begin te worden naar wie Janja eigenlijk is. 

'Mijn moeder leefde op straat net als jou. Ze was iets ouder, ik geloof negentien of twintig. Toen ze werd gespot door iemand voor modellenwerk. Ze greep de kans aan en deed een heleboel opdrachten. Totdat ze mijn vader leerde kennen tijdens een van zijn zakenreisjes en een van haar shoots. Toen koos ze ervoor dat het tijd was voor iets anders, namelijk kinderen en dat haar kinderen haar werk over moeten nemen. Ik heb het een tijdje geprobeerd, maar ik hou me liever met andere dingen bezig. Angela is niet dun genoeg om het werk van mama door te zetten. Hierdoor is mijn moeder altijd maar bezig met het vinden van een ander die het modellenwerk kan overnemen.' 

Ik zucht en weet waar hij heen wil. 'Mijn moeder wil graag dat jij diegene bent die haar werk als model overneemt. Ik heb al gezegd dat je daar vast niets voor voelt, maar mijn moeder zou mijn moeder niet zijn als ze zich ergens in vast bijt.' 

Als ik hier ooit nog wel wil, dan moet ik me zo snel mogelijk uit de voeten maken. Ik kan geen modellenwerk doen, want dan ben ik herkenbaar en weten ze me te vinden. 'Pieter, hoe krijg ik je moeder zo ver om me niet tot model te kronen. Ik bedoel kijk naar me, ik ben klunzig, ik ben een rat en ik ben totaal en dan bedoel ik TOTAAL niet geschikt om een model te zijn.' 

'Dat wordt waarschijnlijk erg moeilijk, maar ik wil je er best bij helpen. Als je me een ding belooft.' zegt hij en doet een stap in mijn richting. Ik doe een stap achteruit. 'Wat dan?' 

'Dat jij jezelf nooit en te nimmer een rat noemt. Dat Angela dat doet is puur uit afgunst en ik heb je nooit een rat genoemd. Althans niet letterlijk. Dus doe mij een plezier en noem jezelf geen rat.' 

Verbaast over zijn uitspraak kijk ik hem ontgoochelt aan. Ik probeer zijn ogen te lezen, zoals ik dat altijd bij mannen kan, maar helaas ik lees niets in zijn ogen. Hij is zo gesloten als een oester. 

'Kun je poolen?' vraagt hij dan en loopt richting de pooltafel. Ik schrik op en kijk naar de tafel. 

'Euh... nee niet echt nee. Ik heb het ooit wel eens gezien, maar ik kan het zelf niet. Nooit geprobeerd.' zeg ik, omdat ik niet wil dat hij weet dat ik het vroeger moest spelen om anderen te vermaken. Ik zucht als hij seint dat hij het me gaat leren. Ik loop naar de tafel en pak een keu aan. Hij geeft me een krijtje en doet voor hoe ik het moet toepassen op de top van de keu. Als ik het begrijp zet hij de biljartballen klaar en vraagt of ik wil afstoten. Ik kijk hem vreemd aan en hij begint te lachen. Laat hem alsjeblieft niet zien dat je het al eerder hebt gespeeld. 

Hij legt de witte bal op de stip en stoot af. De ballen schieten alle kanten op en er schiet een hele bal in. Pieter legt uit dat ik de halve heb, de bal met het wit er tussen en dat hij de volle kleur ballen heeft en dat ik dus moet zorgen dat de halve in de gaten komen. Eitje denk ik en vraag hoe ik de keu moet houden. Pieter lacht en komt bij me staan om het voor te doen. Zijn hand ligt over de mijne en zet de houding goed, hij geeft aan hoe ik het beste kan staan. Zijn hand ligt even aarzelend op mijn heup en duwt me een klein beetje meer in de maar al te bekende houding. Ik tik tegen de witte bal en de eerste halve valt in het gat. Hierna mag ik nog twee keer en daarna is Pieter weer. 

'Je bent hier erg goed in, weet je zeker dat je het niet eerder hebt gespeeld?' vraagt hij en kijkt me onderzoekend aan. 'Neuh, natuurtalent denk ik.' zeg ik en geef hem een knipoog, terwijl ik de volgende bal wegstoot. Hij begint te blozen en ik grinnik. 'Wat is er? Kun je er niet tegen dat een meisje knipoogt.' verwoed schud hij zijn hoofd en kijkt me even bedenkelijk aan. 'Nee, ik weet gewoon zeker dat je het spel eerder hebt gespeeld, maar dat je het me niet wilt vertellen. Het geeft niet, ik heb alle tijd, want zou graag willen leren hoe je zo accuraat en goed die ballen wegstoot. Misschien dat ik dan eens een potje win van mijn vrienden.' 

Ik grinnik en zie dat ik de zwarte bal kan potten. 'Pieter, mijn verleden is mijn verleden en dat laat ik als het even kan voor altijd rusten. Ik leef, sorry leefde niet voor niets op straat. Dat heeft een reden.'

Future, past, presentWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu