Hoofdstuk 17

1.3K 64 8
                                    

Het liefst zou ik nu op de bank in slaap vallen. Zó moe ben ik, maar het kan niet. Ik moet wakker blijven, duidelijke vragen stellen en dan mezelf en Shawn in veiligheid brengen. Ik moet hem op één of andere manier zien te bereiken voordat hij hier heen komt.

Er zit een gek naast me, die toevallig zijn broer is, maar ik heb nog geen idee waar hij tot toe in staat is.

Ik bijt keihard op de binnenkant van mijn lip en proef bloed. Het doet pijn, maar zo kan ik tenminste wakker blijven.

'Weet je, ik was jaloers op Shawn, heel erg. Hij kreeg altijd alles voor elkaar en de wereld was niet eens op de hoogte van mijn bestaan. Nu nog steeds niet, maar daar komt verandering in. Ik was en ben altijd de zwakste geweest en ben daarom angstvallig verborgen gehouden. Ik heb voornamelijk heel mijn leven in ziekenhuizen geleefd. Ik heb altijd het idee gehad dat mijn familie liever zo min mogelijk met me te maken wilden hebben.'

De laatste twee zinnen spreekt hij uit, maar die had ik liever niet gehoord. Ik hou mijn hart vast. Deze keer laat hij  een langere stilte vallen. Hij kijkt me aan met die mooie, bruine ogen van hem. Dan zie ik dat ze anders zijn dan die van Shawn. Donkerder, somberder. Ze stralen veel minder leven uit, ze kijken vermoeid de wereld in.

'Ik heb je vader vermoord toen ik in een heel erge kwade bui was. Ik had mezelf niet meer onder controle en...' nu komen er tranen te staan in zijn donkere, bruine ogen.

Opeens twijfel ik aan het feit of ik het antwoord wel wil horen, maar ik kan niet meer terug. Hij herpakt zichzelf weer, 'en ik ben naar jou huis gelopen. Ik wist waar je woonde omdat ik je een paar keer gevolgd ben. Terwijl ik jullie straat inreed zag ik vanuit mijn ooghoek een man uit de auto stappen, ik probeerde nog uit te wijken maar... Het ging niet met opzet. Echt niet. Dit klinkt als een het ook, maar het waren de medicijnen.'

'LUUUUKEE!' schreeuwt een stem. Ik schrik en spring op van de bank. Dan word de deur opengegooid en komt Shawn de kamer in gesprint. Zonder me te bedenken ren ik naar hem toe. Hij stopt met rennen en slaat zijn armen om me heen. Ergens weet ik dat Shawwn hier niet mag zijn. Straks schiet zijn broer, die blijkbaar Luke heet, ons beide neer, maar ik kan niet meer helder nadenken. Zijn, warme, sterke armen beschermen me. De tranen beginnen over mijn wangen te lopen. 'Rustig maar, het komt goed. Ik haal je hier weg, rustig maar.' fluistert Shawn zachtjes in mijn oor. Dat is het breekpunt en volgens mij val ik flauw in zijn armen. Van spanning, verdriet en vermoeidheid.

Shawn Mendes - LostWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu