Ergens, van ver weg, kwam een stem. De stem echode door Robyns gedachten. Langzaam maar zeker kwam de stem steeds dichterbij, maar Robyns hersenen leken het niet te verwerken.
"Robyn!"
Op slag was Robyn wakker. Ze schoot overeind en keek verwilderd om zich heen. "Wat is er aan de hand?" vroeg ze paniekerig. Tegelijkertijd voelde ze hooi in haar neus kriebelen en werd ze in beslag genomen door een flinke niesbui. Robyn wreef over haar neus en knipperde met haar ogen. Toen ze eindelijk weer een beetje bij zinnen was, zag ze dat haar oma pal voor haar stond. Bezorgd had oma zich over Robyn heen gebogen. "Hier was je dus!" riep ze uit.
"Uh, ja," reageerde Robyn vertwijfeld. Ze had zelf nog niet helemaal door waar ze was – maar gezien het hooi dat aan haar lichaam klitte, zou ze zeggen dat ze in een boeren omgeving was.
Oma zette nog een stap dichterbij en klemde haar handen om Robyns schouders. "Weet je wel hoe bezorgd ik was!" oma's stem klonk verstikt. Ze rammelde Robyn eens flink door elkaar.
"Ow," kreunde Robyn. "Oma, ik bent net wakker!"
"Maar meisje, ik dacht, ik dacht..." oma slikte haar zin in en schudde haar hoofd.
"Wat dacht u?" vroeg Robyn fronsend. Nu oma eindelijk de houdgreep op haar schouders verlichtte, had ze de mogelijkheid om op te kijken. Robyns ogen schoten wijd open toen ze het gezicht van haar oma zag. "Heeft u gehuild?"
"Ach, kind," zei oma hoofdschuddend. "Ik heb geschreeuwd en gehuild tot ik mijn stem zo ongeveer kwijt was." Ze ontspande wat en ging naast Robyn op een hooibaal zitten. "Weet je hoe bang ik was toen je gisterenavond niet thuis kwam?"
Verwarring maakte zich van Robyn meester. "Huh? Gisteravond?"
"Ja!" oma zuchtte diep en keek Robyn toen onderzoekend aan. "Ben je je geheugen verloren? Weet je niet meer wat er gebeurd is?"
"Uh... nee?" vroeg Robyn onzeker. Wat er gebeurd is? Wist zij veel! Het enige wat ze wist was dat ze in het hooi lag en dat oma haar zojuist half gillend wakker maakte!
"Je ging gisterenmiddag naar buiten om water te halen bij de pomp. De afgelopen dagen was het erg koud geweest en was alle sneeuw bevroren. Het was een hele heisa om je buiten te krijgen."
"Oh, maar dat weet ik wel!" onderbrak Robyn het verhaal. "Ik ben net wakker, maar dat betekent niet direct dat ik mijn geheugen kwijt ben..."
"Waarom ben je dan niet thuis gekomen?" vroeg oma daarop wanhopig. "Je had toch kunnen bedenken dat ik doodsbang zou worden? En waarom ben je in de stal? Je ging alleen water halen."
"Correct. Ik ging water halen, maar toen ik bij de pomp aankwam, was die bevroren." Robyn haalde haar schouders op. "We hadden toch water nodig, we kunnen moeilijk doodgaan van de dorst. Dus toen heb ik Maanlicht opgehaald uit de stal en zijn we naar de rivier gereden." Ze kreeg een trotse uitdrukking op haar gezicht – dat had ze toch maar mooi gedaan! Ze was gewoon door de sneeuwstorm water gaan halen!
"Maar waarom ging je dan helemaal naar de rivier?!"
Waarom klonk oma alsof ze haar keus helemaal niet begreep? Het was toch logisch geweest? Ze hadden toch water moeten hebben? En de rivier was de laatste optie geweest... "Omdat de waterpomp bevroren was?" vroeg Robyn op een duh-toon.
Oma zweeg en Robyn kon haar wanhoop bijna voelen. Even bleven ze beide stil. Ted wurmde zich tussen de twee en legde zijn kop op Robyns schoot. Robyn streek met haar vingers over Ted's dikke vacht.
"Maar nu weet ik nog niet waarom je daarna in ieder geval niet thuis bent gekomen," verbrak oma uiteindelijk de stilte.
"Er kwam weer een sneeuwstorm opzetten toen ik terugreed naar de stallen. Ik was halfbevroren toen ik daar eindelijk aankwam. Ik had het heel koud en wilde eerst een beetje op temperatuur komen, voor ik weer naar buiten ging." Robyn keek vertwijfeld voor zich uit. "Ik neem aan dat ik toen in slaap ben gevallen."
JE LEEST
De Verschoppeling |2|
AdventureDE VERSCHOPPELING - vroeger 'De Bloedhond' - Een nieuwe leven breekt aan voor Robyn Duncan. Zo op het eerste gezicht lijkt dat een leven te zijn waarin alles goed is. Langzamerhand komt Robyn echter tot het besef dat moeite en verdriet zich niet al...