Hey, hey! Ik heb gewoon eventjes voor de lol een quiz gemaakt over The Black Wolf and I en ik ben eigenlijk wel benieuwd hoeveel jullie nog weten van The Black Wolf and I dus hier is de link:
www.quizyourfriends.com/take-quiz.php?id=1601020953521964&lnk&
Ook heb ik een quiz gemaakt over It's Complicated en daarvoor is deze link:
www.quizyourfriends.com/take-quiz.php?id=1601021020328716&lnk&
Ik zou zeggen: veel plezier en kijk hoe goed jij de boeken van The Lost Mind Series kent ;)
Oh ja, je moet wel je naam invullen maar dan kun je gewoon de naam invullen die je gebruikt voor wattpad ;)Maaike pov.
Drie dagen.... We wachten verdomme nu al drie dagen op Sophie! Seff kan wel zo rustig wachten en zo maar ik ben daar niet voor gemaakt! Ik moet iets doen anders word ik gek! 'Maaike, ga zitten! Ik word een beetje kriegel van je.' 'Dat boeit me niet. Ik wil iets doen. Nu.' 'Nou, dan gaan we toch nog een potje-' 'Ik wil geen spelletjes meer spelen, Seff! Ik wil naar Sophie toe!' 'Ze word heus wel wakker.' 'En wat nou als ze dood is?' 'Dat zou ik voelen.' Antwoord Seff terwijl hij me doordringend aankijkt. 'En hoezo zou jij dat voelen?' 'Ze is mijn zusje. Er zijn weinig geestenwandelaars die een broer of zus hebben die ook een geestenwandelaar is, dus als ze die hebben is die band zo sterk dat je kunt voelen of die ander dood is of op sterven ligt en Sophie is geen van beide dus relax.' 'IK KAN NIET RELAXEN!' roep ik wanhopig uit. Seff zucht en staat op. 'Ga dan haar verjaardag voorbereiden. Ze is over ongeveer een weekje jarig!' 'Sinds wanneer weet jij wanneer Sophie jarig is?' Vraag ik wantrouwend. 'Nee, laat maar. Het is die band tussen jullie, hè.' 'Dat klopt. Wat zou ze eigenlijk voor haar verjaardag willen hebben?' 'Rust.' Zeg ik direct. 'Rust? Waarom rust?' 'Ik heb Sophie gezien, Seff. Ze gaat ernstig gebukt onder de druk van het bovennatuurlijke. Ik denk dat ik haar dan gewoon meeneem naar mijn huis en we daar dan is gewoon gaan doen wat we voor haar coma ook altijd deden: films en series kijken, de hele middag door. Ik weet zeker dat ze daar van zal genieten.' 'Mag ik dan ook komen?' 'Nee. Alleen wij twee.' 'Jammer, maar ik begrijp het wel.' Wow, wat? Seff gniffelt. 'Ik snap heus wel dat meisjes niet altijd met jongens willen zijn hoor. Ook al zijn het hun broers.' 'Oké...' Seff barst in lachen uit terwijl ik hem onbegrijpend aan blijf kijken. 'J-j-jouw gezicht!' Hikt hij lachend terwijl hij rechtop probeert te blijven zitten. Plots hoor ik voetstappen onze richting op komen. 'Seff... Hoor jij dat ook?' 'Wat?' Vraagt hij terwijl hij probeert te stoppen met lachen maar daarin eigenlijk heel erg faalt. 'Die voetstappen, hoor jij die ook?' Vraag ik nogmaals terwijl ik mijn oren spits opzoek naar de voetstappen. Seff stopt eindelijk met lachen en luistert. 'Ja.... Ze komen onze richting op... Misschien is het Sophie wel.' 'Echt? Kom! Dan gaan we haar tegemoet!' Roep ik enthousiast terwijl ik al in de richting van de voetstappen begin te rennen. 'MAAIKE! NEE!' Hoor ik Seff nog roepen maar hij is al te laat. Ik ben al in het gebied waar Sophie me kan vermoorden. Maar aangezien ze toch al wakker is, doet ze dat niet. Ergens in de verte hoor ik Seff vloeken maar ik negeer hem. 'Wat ben je toch een dom kind af en toe.' Klinkt er plots een stem achter mij en direct stop ik met rennen. Langzaam draai ik me om en ik zie een meisje staan. Hoofdschuddend staat ze tegen een boom aangeleund terwijl haar katachtige ogen me misprijzend aankijken. 'En wie ben jij?' Vraag ik misschien een beetje bitchy maar dat maakt me nu even niks uit. 'Mijn naam gaat je niks aan. Ik weet alleen dat je een best wel dom kind bent, Maaike.' 'En waarom ben ik dan een dom kind?' 'Je komt zomaar dit gebied ingerend terwijl Sophies ziel nog uit haar lichaam is.' 'Jij bent hier anders ook hoor.' Het meisje grijnst kleinerend. 'Maar ik ben hier niet echt. Ik ben al dood. Ik kan komen waar ik wil, mij kan je toch niet nog een keer vermoorden.' 'Oh.' 'Ja, oh, ja. Maar als ik jou was zou ik als de wiederweer weer terug naar die jongen rennen voor ze je vermoord zoals ze met The Five heeft gedaan.' 'The Five... is dood?' 'Jep.' Zegt het meisje terwijl ze de 'p' laat ploppen. 'Waarom waarschuw je me eigenlijk?' 'Omdat ik weet hoe het is als je beste vriendin je vermoord. En vervolgens het schuldgevoel waar zij ondergebukt zal gaan. Dat doe je haar toch niet aan? Als je echt haar vriendin bent, ren je nú terug. Ik kan haar ziel misschien even afleiden maar niet lang. Je moet nu echt gaan rennen.' 'En waarom wil je me zo graag helpen?' 'Zodat ik rust kan vinden.' Antwoord ze simpel. 'Nu, ga!' Ik knik en begin te rennen. Zigzaggend ren ik het hele eind weer terug, tot ik weer bij het kamp ben. Nou ja, de plek waar ik dacht dat het kamp was. Ons kamp is weg. Er is niks meer van te zien, zelfs geen voetstappen of geursporen. Verbaasd kijk ik om me heen. Ben ik verkeerd gerend? Nee toch? Ik heb mijn geurspoor teruggevolgd en hier houdt het op. Het moet hier zijn! Precies hier! Waarom is het dan niet hier? 'Stomme trut. Dacht je nou echt dat je zo snel zou kunnen rennen dat je mij voor zou kunnen blijven? Milah heeft precies gedaan wat ik haar heb opgedragen.' Klinkt Sophies stem overal om me heen. 'Waar is Seff?' Schreeuw ik boos. 'Oh, die stommeling zit nog precies waar jij hem hebt achtergelaten: bij jullie kamp.' 'Maar ik sta op de plek van het kamp!' 'Nee, je zit in de hallucinatie die ik je laat zien. En die hallucinatie is de plek van jullie kamp. Je kan nergens heen, dom wicht. Je bent volledig in mijn macht, Maaike. Je kan niet meer vluchten. Ik ga je horendol maken tot je me smeekt je te vermoorden, net zoals ik bij The Five heb gedaan. Je had Bealfire moeten horen. Of zoals jij hem noemt: Bea. Hij was de eerste die toe gaf. De eerste die me smeekte om hem te vermoorden. Vervolgens Mark. Daarna Diego en zo het hele rijtje af. Calvin hield het langste stand. Hij probeerde zelfs me over te halen om hem te laten gaan! De sukkel. Alsof ik hem zou laten gaan na alles wat hij míj heeft aangedaan! Hij-' Ruw word ik teruggetrokken. Hijgend kijk ik om me heen en vervolgens recht in Seffs gezicht. Direct stort ik me in zijn armen en begin hevig te snikken. 'Sshhh.... Rustig maar Maaike, het was allemaal maar een illusie. Je hebt geluk dat ik je net op tijd kon vangen voor je echt helemaal verdwenen was. Rustig maar, het is nu voorbij.... Sshhh...' 'W... Waarom huil ik?' 'Dat is het effect dat een hallucinatie van en geestenwandelaar op je heeft. Geen zorgen, iedereen huilt na zo'n hallucinatie. Zelfs vampiers.' 'W... wat?' Seff grijnst meelevend. 'Zelfs vampiers huilen als ze zo'n hallucinatie overleven. De meeste overleven het namelijk niet. Vooral omdat geestenwandelaars tijdens hun First, hun slachtoffer zover mogelijk van hun groep af proberen te krijgen. Zo zijn we hele groepen kwijt geraakt en nooit meer teruggevonden. Heel, heel soms vinden we één lichaam terug. Eén lichaam dat vaak bij een groep hoort van dertig anderen die het niet overleeft hebben. Waarom denk je anders dat veel geestenwandelaars depressief zijn? Hierom.' Luidruchtig haal ik mijn neus op terwijl ik me langzaam los maak uit Seffs armen. Direct voel ik me minder beschermend en schichtig kijk ik om me heen. 'Rustig maar, Maaike. Sophie kan je hier niks aan doen. Zou je me willen vertellen wat je hebt gezien?' Langzaam knik ik en Seff gebaart vriendelijk naar een stoeltje. 'Ga zitten.' Snel ga ik zitten en blijf schichtig om me heen kijken. 'Maaike, relax. Ze kan je hier echt niks doen. Tenzij iemand het lichaam meer in onze richting verplaats maar dat is nog nooit iemand gelukt omdat ze meestal al dood zijn voor ze het lichaam hebben bereikt. Dat moeten we straks wel doen zodra Sophie wakker is. Het gebied controleren of we misschien lichamen kunnen vinden ook al lijkt het me sterk. We moeten controleren of er mensen zijn geweest. Maar begin maar met je verhaal.' Ik adem diep in en vertel Seff alles over mijn hallucinatie. Wanneer ik begin over mijn hallucinatie ín de hallucinatie, verschijnt er een frons op zijn gezicht. 'Wat is er, Seff?' 'Van alle verhalen die ik heb gehoord, heb ik nog nooit gehoord van een geestenwandelaar die het voor elkaar krijgt een hallucinatie te maken ín een hallucinatie.' 'We praten hier wel over Sophie, hè. Een geval apart.' 'Dat wel ja, dat wel. Maar dan nog!' 'Zit er niet zo over in, Seff. Alsof jullie elkaar zo goed kennen.' 'Klopt... maar dan vind ik het nog steeds raar.' 'Goh, dat had ik nog niet door.' 'Nou, dan heb je het nu door.' 'Help...' klinkt het plots heel ver weg, heel zacht. 'Er is iemand in gevaar, Seff! We moeten iets doen!' 'Nee, de persoon is in Sophies gebied. Als we hem gaan redden betekend dat sowieso onze dood en dan gaat hij ook dood. We kunnen niks meer voor die arme stakker doen.' 'En hoe weet jij nou weer dat het een hij is? De stem is vervormd!' 'Help..!' Klinkt het nu harder. 'Het is een vrouw!' Roept Seff uit. 'Nee, het is nog mooier. Het is Sophie!'
Sophie pov.
Helemaal in paniek probeer ik weg te komen van het dier dat telkens naar mij benen hapt. Ik kan niet goed zien wat het is maar ik weet wel dat het groot, snel en gevaarlijk is. 'Help!' Roep ik nog een keer maar mijn stem is nog steeds schor en het doet verschrikkelijk veel pijn als ik praat. Ik voel hoe het dier mijn broek vast heeft en me mee begint te trekken. Wanhopig probeer ik dingen te vinden om me aan vast te grijpen maar ik grijp alleen maar lucht. 'Laat me los! Alsjeblieft, laat me los!' piep ik terwijl ik wilf begin te trappelen met mijn benen. Plots lig ik stil en hoor ik hoe het dier woest begint te grommen. Direct probeer ik tijgerend weg te komen alleen word ik direct weer teruggetrokken. Het gegrom verplaatst zich naar mijn linkerkant, naast mijn hoofd tot het dier voor me staat en ik eindeliijk goed kan zien wat het is, een wolf. Een grote, zwarte wolf met zilveren ogen. Grommend gaat het voor me in de aanvalspositie staan terwijl ik rennende voetstappen onze kant op hoor komen. Blijkbaar heeft de wolf ze ook gehoord want naarmate de voetstappen dichterbij komen gaat hij harder grommen en spannen zijn spieren steeds meer aan. Beschermt die wolf me nou? Nadat hij me zo helemaal heeft meegetrokken? Of beschermt hij zijn prooi? Nee toch? Wolven jagen meestal in een groep. Zou deze eruit zijn gegooid? Dat lijkt me niet, want hij is erg... indrukwekkend om het maar even zo te zeggen. Ik hoor de voetstappen voor ons stoppen maar ik kan niet zien wie het zijn want de wolf staat ervoor. 'Calum? Wat doe jij hier? Waarom ligt Sophie achter je?' Klinkt Seffs stem voor ons en direct probeer ik overeind te komen maar ik zak direct weer in elkaar. Snel draait Calum zich om en kijk me haast bezorgd aan. Sinds wanneer is hij bezorgd over mij? Hij mag me niet eens! Ik probeer nogmaals overeind te komen en net wanneer ik weer dreig te vallen, komt Calum naar me toe om me te helpen maar ik accepteer zijn hulp niet. Als er één iemand is waarvan ik geen hulp wil, is het Calum wel. Piepend probeert Calum me nogmaals te helpen maar ik duw hem weg. Hij stapt achteruit, ondanks dat hij veel sterker is. Ik zak door mijn knieën en vang mezelf net op tijd op zodat niet al mijn 'werk' weg is. Ik kijk op en zie Seff en Maaike staan. En Calum natuurlijk maar hij staat recht voor me en ik heb hem al gezien. Beide zien er moe uit, met donkere wallen onder hun ogen en een afgepeigerd gezicht. Zwak glimlach ik terwijl ik nu veel langzamer op probeer te staan en het lukt me! Trots kijkt Seff me aan terwijl hij naar me toe komt gelopen alleen zodra hij bijna bij me is begint Calum woest te grommen. Fronsend kijkt Seff hem aan. 'Jij bent Calum niet... Calum heeft als wolf blauwe ogen.... Wie ben jij dan wel?' De wolf gromt en maakt zo erg duidelijk dat hij niet van plan is om hem dat te laten zien of vertellen. 'Rustig, rustig oké? Ik ben haar broer. Ik ga haar geen pijn doen. Rustig.' Probeert Seff de wolf te kalmeren maar de wolf blijft grommen. 'Ik denk niet dat hij wilt dat je in de buurt komt...' mompel ik zacht terwijl ik wanhopig probeer te blijven staan ondanks de duizeligheid. Waarom ben ik zo duizelig? 'Góh, zou je denken?' Antwoord Seff sarcastisch. Direct hapt de wolf naar hem en snel zet Seff een paar passen naar achteren. 'Rustig maar, hij zou me nooit kwaad doen.' Zeg ik tegen de wolf terwijl ik met mijn hand naar zijn kop reik om hem te aaien. De wolf komt wat dichter bij mij staan en glimlachend krioel ik hem op zijn kop. 'Waarom laat hij jou wel toe maar laat hij mij niet bij jou in de buurt komen?' 'Weet ik veel.' 'Wacht eens... Ik weet wie hij is.' Zegt Maaike plots grijnzend. 'Dat is Joë! Hey, Joë!' 'Joë?' Vraag ik verbaasd terwijl ik de wolf aankijk. De wolf knikt en breed grijnzend omhels ik hem. 'Leuk je weer te zien.' Als antwoord komt Joë nog dichterbij waardoor ik mijn evenwicht verlies en om val. Lachend probeer ik Joë van me af te duwen, die uitgebreidt mijn gezicht likt. 'Joë! Kappen!' Roep ik lachend waarna ik in een hoestbui beland. Direct stopt Joë en kijkt me bezorgd aan terwijl ik op mijn zij rol. 'Dit is niet goed jongens...' mompelt Maaike terwijl ze dichterbij wilt komen maar Joë houdt haar ook op afstand. 'Joë, je kent me toch? Ik zou haar nooit kwaad doen!' Maar Joë gromt weer en ik hoor tanden op elkaar klappen terwijl ik maar blijf hoesten. Wat is er in vredesnaam met me aan de hand? Ik hoest iets op en het druipt langs mijn kind op de grond. 'ZE HOEST BLOED OP!' hoor ik Maaike zacht schreeuwen. Hoest ik bloed op? Waarom hoest ik bloed op? Je hoort toch geen bloed op te hoesten?
Zooooo, lekker lang hoofdstuk ;) Hope you liked it! Net zoals de quizzen, natuurlijk.
Keep dreaming!
Me.
JE LEEST
It's complicated ●The Lost Mind Series●
Hombres Lobo'Maiks, even eerlijk wezen, oké?' 'Eh, oké.' 'Ben je een weerwolf?' Even blijft Maaike stil. Dan begint ze als een idioot te grijnzen en veelste wild nee te schudden met haar hoofd. 'Natuurlijk niet! Hoe kom je daar nou weer bij?' zegt ze breed grij...