5

2.5K 139 2
                                    

Ryan pov.

Ik zoek al even naar Snow. Ik ben zo stom dat ik gister weg ben gegaan. En ik weet gewoon dat Snow weet dat ik loog.

'We hebben onze mate verdrietig gemaakt.'

Stefan heeft gelijk. Hij zegt het al de hele tijd en de verdriet die Snow uitstraalt doet pijn. Letterlijk én figuurlijk. Opeens dringt de beste geur die ik ooit geroken heb mijn neus binnen. De geur van vanille met chocola, de geur van Snow. Ik ren zo snel als ik kan de richting van de geur in.

'Sneller! Sneller! We hebben haar bijna gevonden! Onze mate!'

Ik ren nog een stukje door en kom uit bij een meertje. Ik kijk rond en zie Snow bij het meertje zitten met een schetsboek in haar handen. Wat ze tekent kan ik niet zien.

"Ik weet dat je er bent." zegt ze en hoe ze het zegt breekt me, met een krakende stem alsof ze gehuild heeft maar het wil verbergen. Ze wil haar gevoelens voor me verbergen. Ik loop snel naar haar toe, ik probeer langzaam te gaan maar Stefan werkt niet mee. Ik hurk bij haar neer en sla mijn armen om haar heen. Haar ogen zijn rood en licht opgezwollen. Ze doet niks, ze hangt er maar bij. Ookal ben ik blij dat ze me niet wegduwt. Haar aanraking laat me bijna kreunen van genot, maar ik hou me in. Ze heeft een effect op me die ik niet kan verklaren, het laat me me afvragen hoeveel sterker het nog wordt wanneer ik haar gemarkeerd heb als de mijne.

"Alsjeblieft wees niet verdrietig. Ik wil je zien lachen, niet zien huilen. Alsjeblieft Snow, het spijt me van gister. Het spijt me echt heel erg." het was grotendeels Stefan die praatte want als alpha ben je meestal niet zo gevoelig, ookal heb ik gehoord dat als je een alpha bent, het hebben van een mate vele male meer effect heeft dan bij gewone weerwolven. We worden sneller jaloers, zijn overbezorgd, en ga maar door.

"Ik haat het." mompelt Snow. "Wat haat je Prinses?" vraag ik terwijl ik ons heen er weer wieg en kusjes op haar hoofd druk. "Ik haat het dat je zo'n effect op me hebt. Ik haat het dat je me kan laten huilen als een baby, ik haat het dat je de muren die ik jaren lang heb opgebouwen, aan het afbreken bent, ik haat het hoe je me laat voelen, ik haat het dat ik elk moment van de dag bij je wil zijn. Ik haat het dat ik zoveel van je ben gaan houden, in zo'n korte tijd." mompelt ze. Elk woord laat ik tot me doordringen, maar ze blijven haken op de laatste zin. Ze houd van me.

'Ze houd van ons!!'

Mijn hart gaat tekeer. "Ik hou ook van jou Prinses." fluister ik haar toe en hou haar nog steviger vast en laat mijn hoofd in haar nek rusten. Ze antwoord niet maar slaat haar armen stevig om me heen, mijn hart klopt nog sneller dan daarvoor.

Nadat ik haar thuis heb gebracht ben ik meteen naar het packhuis gegaan. Ik zit nu in mijn 'kantoortje' totdat er geklop op de deur klinkt. "Binnen." zeg ik en mijn beta David komt binnengelopen. "Hallo alpha." ik knik. "David. Is er iets aan de hand?" hij schudt zijn hoofd. "De pack vraagt zich af wanneer ze hun luna gaan ontmoeten, alpha." voordat dat gebeurt wil ik haar eerst markeren, en ik wil dat ze eerst mijn zusjes ontmoet. "Binnekort David." hij knikt en gaat weer weg. Kort daarna komen mijn zusjes Phoebe en Paris de kamer in, ze zijn een tweeling van 6 jaar. "Ryan!" zeggen ze tegelijk met hun hoge stemmetjes. Ze hebben beide zwart haar dat tot hun middenrug komt, in een vlechtje, groene ogen en een jurkje met legging en laarsjes.

"Hey meiden, ik heb een vraagje voor jullie." zeg ik en ze knikken vlug. "Hoe zouden jullie het vinden om mijn mate te ontmoeten morgen?" ze beginnen te gillen en te springen. Dat neem ik aan als een ja...

"Mine"Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu