Een ridder komt bij een stadspoort de poortwachter vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, ik wil de koning spreken". Dus de poortwachter liet hem door.
Toen kwam hij bij de tweede poort en de poortwachter vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard?" "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik wil de koning spreken". Dus de poortwachter liet hem door.
Toen kwam hij bij de derde poort en de poortwachter vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, ik wil de koning spreken. Dus de poortwachter deed open.
Toen kwam hij bij de koning, en de koning vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard en ik wil uw dochter trouwen."
De koning antwoorden daar op: "Als je de gemene draak verslaat".
Dus hij kwam weer bij de derde poortwachter. En die vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zegt de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, ik moet de draak verslaan.
Dus de poortwachter liet hem door. Hij kwam bij de tweede poortwachter. De poortwachter vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik moet de draak verslaan." dus de poortwachter liet hem door. Toen kwam hij bij de eerste poortwachter. De poortwachter vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard?" "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik moet de draak verslaan". Dus liet de poortwachter hem door.
Toen kwam hij bij de draak.
De draak vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja"
Zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, "Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard en ik kom jou verslaan". Er kwam een hevig gevecht maar de Rood blauwe ridder op het zwart witte paard over won. Hij kwam weer bij de eerste poortwachter en die vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard,"Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik heb de draak verslagen."
Dus de poortwachter liet hem door. Hij kwam bij de tweede poortwachter en die vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard,"Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik heb de draak verslagen."
Dus de poortwachter liet hem door. Hij kwam toen bij de derde poortwachter en die vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard,"Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik heb de draak verslagen."
Dus de poortwachter liet hem door. Hij kwam toen eindelijk bij de koning en de koning vroeg: "Bent u de rood blauwe ridder op het zwart witte paard"? "Ja" zei de rood blauwe ridder op het zwart witte paard,"Ik ben de rood blauwe ridder op het zwart witte paard, en ik heb de draak verslagen. Mag ik nu uw dochter trouwen?"
Koning antwoorden: Ik heb geen dochter
