Hoofdstuk 1

4 1 0
                                    

Pov. Eva
Langzaam komt er een lange man door de gang aangelopen, 4 andere mannen sluipen achter hem aan. "Hay pap!" Schreeuw ik enthousiast. "Kind! Ik dacht dat je sliep!" Snauwt hij naar me. Zijn toon bevalt me niet en je ziet aan zijn gezicht dat hij heel chagrijnig is. Ik sta op, ineens word er een jute zak in mijn richting gegooid, hij raakt me in mijn buik en ik val weer terug in de stoel.

Verontwaardigd spring ik overeind. Ik pak de zak en slinger hem boven me hoofd, als de zak genoeg snelheid heeft gooi ik hem naar Jake toe, hij heeft ook de zak naar mij gegooid dus hij kan het terug verwachten. Hij beland tegen Jake's hoofd en vloekend valt hij neer. Mijn vader loopt met grote passen op mij af en grijpt me in mijn nek. "Berg die zak op en waag het niet om nog een keer zoiets te doen!" Als mijn vader me eindelijk los laat pak ik de zak op en zoek naar een plekje in de grot waar nog geen buit ligt. Er is altijd één voordeel geweest met zo'n vader: ik ben sterk en weet veel van ontsnappen.

"Wat sta je daar te treuzelen?" schreeuwt Kay naar me. En hij komt op me af gelopen. "Moet ik het voor je doen of ben jij zelf sterk genoeg." Ik draai me om en kijk hem arrogant aan. "Is die schep niet te zwaar?" Grijnst Kay en hij kijkt me venijnig aan. Ik kijk naast me en pak de zwaarste schep op. Ik til hem hoog boven mijn hoofd en laat hem richting Kay vallen, hij kan nog net opzij duiken. De schep ploft naast Kay's hoofd neer. "Wat zei je precies?" Vraag ik glimlachend. Snel staat hij op en loopt grommend weg. Zelfvoldaan draai ik me weer om en begin een gat te graven. Jake en Kay komen aangelopen met nog meer zakken. "Succes!" Zeggen ze glimlachend.

"Eva, eten!" Roept mijn vader naar me. Ik laat mijn schep vallen en ren naar de woonkamer. Het is een grote ruimte, de vloer is gewoon van hout maar de muren en het plafond is van steen. Dat is heel normaal in een grot. Ik loop naar de grote ruwe tafel. Spottend kijken Jake en Kay me aan. "Jongens, wat hebben jullie toch met mij?!" Roep ik boos. "Ik weet dat ik mooi ben maar je hoeft me niet zo aan te kijken!" Iedereen aan tafel begint te joelen. Jake en Kay draaien beschaamd hun hoofd weg. Mijn vader kijkt iedereen boos aan maar niemand let erop. "STILTE!" Buldert mijn vader. Het is ineens heel erg stil.

"Eva haal het eten, nu!" Boos richt ik me op mijn vader. "Ik ben je slaafje niet!" Roep ik. "Als je niet wil luisteren ga je maar naar je kamer!" Roept mijn vader. "Nee! Ik ben zestien jij kan me niks meer zeggen!" Dreigend komt mijn vader in mijn richting gelopen. "Je bent nog niet volwassen dus luister je naar mij!" Sist mijn vader. "Nee! Ik begrijp nu dat mijn moeder bij je weg is gegaan! Je gebruikte haar als slaaf! En je doet alsof je de baas bent!" Dat was de druppel, mijn vader begint te schreeuwen en te brullen en slaat alles om hem heen kapot. De jongens rennen snel weg van de tafel en kijken me boos aan. "Watjes! En jullie zijn criminelen!?" Schreeuw ik over het gebulder van mijn vader heen.

Ik wil naar ze toe lopen, ineens vliegt er een glas rakelings langs mijn oor. Geschrokken draai ik me om. Mijn vader staat bij de kast en pakt een glas eruit, hij gooit hem in mijn richting. Ik kan nog net opzij duiken, mijn vader blijft glazen gooien en ik trek een sprintje naar de deur. Ik ruk de deur open en ren de trap op.

Het is een ruwe stenen trap en je moet oppassen dat je niet valt. Als ik boven ben ren ik mijn kamer in. Ik draai de deur op slot. "Doe open kreng! Ik krijg jou wel te pakken!" Schreeuwt mijn vader en hij begint tegen mijn deur te schoppen. Ik ga op mijn bed staan en trek aan een verroeste hendel. Hij gaat niet open. Ik ga eraan hangen en eindelijk komt er beweging in. Ik trek de ladder uit het kleine kamertje en duw hem weer dicht. Nu ga ik aan de hendel aan het plafond hangen. Die gaat al snel open. Ik zet de ladder op het bed en klim het kamertje in, als ik in het kamertje zit trek ik de ladder mee en klap hem in. Ik duw het luik dicht en leg de ladder in het kamertje. Het kamertje is 2 bij 2 meter en 1 meter hoog. Ik kruip naar de hoek van de kamer en duw daar weer een luik omhoog daar hangt een ladder en ik klim omhoog. Het steen gaat over in hout. Als ik eindelijk boven ben zit ik in een boomhut. Dit heb ik ooit gemaakt toen ik bang was voor mijn vader, dat was al best lang geleden en ik ben er ook al heel lang niet geweest. Beneden loopt Kay rond en roept mijn naam. Ik ga op het kleine stoeltje zitten en val langzaam in slaap.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jun 17, 2016 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Daughters of CriminalsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu