Hoofdstuk 7.

200 6 0
                                    

Als ik eindelijk na super hard fietsen thuis ben, gooi ik meteen mijn fiets tegen het hek. Snel ren ik naar binnen.

"Mam alles oke?" vraag ik hijgend. Dan zie ik dat alleen mijn vader in de woonkamer zit. "Waar is mam?" vraag ik. "In het ziekenhuis." zegt mijn vader. "Wat is er gebeurd met Sam?" Ik kijk mijn vader hoopvol aan. Mijn vader barst in tranen uit. Grote dikke druppels water rollen over zijn wangen. "Hij, hij... Sam is..." stottert mijn vader. "Hij is neergestoken..." zegt mijn vader. Ik had mijn vader nog nooit zo gezien. "WAT?!" "MAAR HOE DAN?!" schreeuw ik woest. "Met een mes." "Sam was met vrienden op het pleintje toen er een aantal dronken gasten aan kwamen lopen, Sam kreeg ruzie met een van die jongens en toen hebben ze hem gestoken met een mes." "NEE, NEE DAT KAN NIET, NIET SAM!" Sam is mijn broertje van 15 jaar oud, we hebben een super goede band samen, we doen alles voor elkaar. "Hij leeft toch nog wel he?!" "Zeg pleas dat Sam nog leeft pap!" schreeuw ik. "De doktoren opereren hem nu, maar zijn toestand is kritiek." "Waar is hij gestoken dan?" vraag ik. Mijn vader wijst naar zijn buik, precies midden in zijn buik. "Is dat erg?" vraag ik. "Natuurlijk is dat erg, daar zitten al je organen, en zonder dat kun je niet leven!" roept mijn vader. Dan gaat de huistelefoon af.

Papa: Hallo met James Waldorf

...............

Papa: Nee dat kan niet!

...............

Papa: We komen meteen!

Mijn vader legt de telefoon weg en begint als een gek te krijsen. Huilen, schreeuwen, vloeken, slaan en schoppen tegen spullen in huis. "Pap?" vraag ik heel voorzichtig. "Wie was dat?" Mijn vader gaat weer zitten. "Rachel... de operatie is mislukt, Sam heeft het niet gehaald." Met open mond staar ik mijn vader aan, tranen stromen met volle snelheid over mijn wangen. "Kom, we moeten naar het ziekenhuis.

Daar staan we dan. In het ziekenhuis, in een kamer, met Sam op een bed. Alle drie staan we te huilen, te huilen, en nog eens te huilen. "Weten jullie wie het was?" vraag ik dan. "Nee." zegt een zuster. "Maar volgens de politie, en na wat DNA onderzoek, zijn ze te weten gekomen dat het een Ierse jongen is geweest. Mijn gedachten gaan razendsnel. Niall... Maar dan bedenk ik me dat het helemaal niet kan. Niall is de hele avond van 20:00 tot nu nog op het feest. "Een Ierse jongen?!" vraagt mijn moeder geschrokken. Ze kijkt me aan. "Rachel jij kent toch een Ierse jongen?" vraagt mijn moeder. "Ja maar hij kan het niet zijn, want toen het gebeurde was Niall op het feest." "Maar hij is wel Iers toch?" vraagt mijn moeder. "Ja..." zeg ik voorzichtig. "Ik heb die Ieren altijd al naar gevonden, en toen kwam er ook nog eens 1 bij jou in de klas!" zegt mijn moeder dan boos. Ik kijk haar verbaast aan. "Het zijn ook altijd van die zigeuners en aparte mensen, nu blijken het ook nog eens moordenaars te zijn!" schreeuwt mijn moeder. Mijn vader kijkt me boos aan. "Wat heeft Niall hier mee te maken?" vraag ik dan. "Rachel, het lijkt me beter als je Niall maar niet meer ziet en spreekt!" zegt mijn moeder. "WAT?!" schreeuw ik hard. "Je hoorde je moeder wel!" zegt mijn vader. "Je mag hem niet meer zien en spreken." "Maar Niall is mijn vriend, en hoe kan ik hem niet meer zien als hij bij me in de klas zit?!" roep ik. "Je ontloopt hem maar." zegt mijn moeder bot. "Maar mam..." "Niks te mare!" "Je mag hem niet meer zien en spreken, punt uit." zegt mijn vader. "Maar..." probeer ik nog. "PUNT UIT!" Schreeuw mijn vader nog een keer. Huilend draai ik me om, en ren ik de kamer uit. Geen idee waar ik naartoe zou moeten gaan, maar alles is beter dan dit!

They don't know about us (ft. Niall Horan)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu