18

273 26 5
                                    

Ik heb nog een stuk of tien vragen beantwoord en het is nu afgelopen. De journalisten zijn allemaal weggescheurd in hun auto's, om meteen al het nieuws te verwerken en klaar te maken voor het journaal en de krant. Ikzelf heb nog even gepraat met wat familieleden, wat ook wat journalisten gedaan hebben, en ik heb ze allemaal gecondoleerd met hun verlies. Ik mag nu eindelijk naar huis. Ik ga me daar - weer - wassen en dan ga ik naar bed. Morgen is de rechtzaak al, en ik moet erbij zijn. Na de rechtzaak beginnen de gezinnen van de slachtoffers met mij aan de begrafenis tot in de puntjes uitwerken. De familieleden van de eerste vijf slachtoffers waren er al aan begonnen, nu gaan we alles samenvoegen en er een mooi geheel van maken. Maar eerst de rechtzaak zien te overleven.

"Meghan, liefje, wakker worden." Mijn moeder fluistert tegen me. Ik weiger te luisteren en blijf liggen. Ik ben te moe en ik heb geen zin in vandaag. Mijn moeder opent de gordijnen en het felle licht schijnt naar binnen. "Meghan, liefje, ik weet dat vandaag een lange en vooral lastige dag wordt, maar je moet jezelf erdoorheen slepen."
"Ik wil niet en ik kan het niet", zeur ik. Mijn moeder komt naast me op bed zitten.
"Meghan, liefje, je hebt al zo veel moeten doorstaan, maar dit is de afsluiting. En je vader zal erbij zijn. Ook je nieuwe vriendinnetje, Savannah, is het niet? Zij is er dus ook."
"Ik zou wel moeten", mopper ik en ik sta op. "Vandaag sluit ik het grootste gedeelte hiervan af."
"Meghan, liefje, het komt goed", zegt mijn moeder en ze kust me op mijn voorhoofd. Ze loopt uit mijn kamer.
"Het kan niet meer goed komen. Alleen eindigen", fluister ik zacht. Maar ze kan me niet horen. En als ik eerlijk moet zijn, dat was de bedoeling. Ik heb geen zin in een discussie over dit of een teleurgestelde blik omdat ik 'een doemdenker ben'.
Ik loop naar beneden, ik draag een zwarte broek en een wit shirt. Mijn afgetrapte gympen moeten wel nodig vervangen worden, maar dat komt later wel.
"Veel succes, liefje, het komt goed. Ik moet nu werken." Mijn moeder kust me op mijn voorhoofd en loopt vervolgens het huis uit. Mijn vader brengt me naar de rechtzaal en blijft erbij zitten. De ouders van de slachtoffers zitten er ook bij, Savannah dus niet.

"Meghan, liefje, hoe ging de rechtzaak?" tettert mijn moeder meteen door de telefoon.
"Ging wel", antwoord ik.
"Wat is er gezegd?" vraagt ze ongeduldig en bezorgd. Ze wilt de antwoorden, maar de hoofdreden dat ze zo gehaast doet, is dat haar pauze zo voorbij is.
"Het verhaal alweer, media nam weer alles op, en hij heeft levenslang gekregen", mompel ik.
"Meghan, liefje, dat is mooi! Maar ik moet hangen, veel geluk vanmiddag! Hou van je!" Ik kan al niet meer antwoorden, mijn moeder heeft opgehangen.
"Oké dan", zeg ik en ik stop mijn telefoon in mijn broekzak. Een flits verblindt me bijna en ik kijk op als een drugsverslaafde. "Huh?" zeg ik. Lekker intelligent, Meghan, lekker intelligent.
"Zou ik wat vragen mogen stellen?" vraagt de journalist met de camera.
"Liever niet", antwoord ik beleefd. De journalist kijkt me aan alsof ik zojuist zijn moeder heb beledigd en heb geslapen en ik loop weg. "Debiel", mompel ik nog.

"Dus we hebben nu de kisten, bloemen, ballonnen, uitnodigingen en de liedjes. Nu moeten we nog een plek, weten hoe veel mensen er komen, een datum en we moeten weten wie en hoe veel mensen gaan spreken", zeg ik. Ik heb een soort van de leiding genomen, ik check in ieder geval wat we al hebben en wat nog gedaan moet worden.
"De plek kan gewoon bij de begraafplaats, daar zijn zalen", zegt Savannah. Ze kijkt op van haar mobieltje en kijkt mij nu aan. Ze schuift haar mobieltje voor mijn gezicht.
"Dat kan wel", zeg ik. "Vindt iedereen het goed?" Ik kijk rond en niemand protesteert. "Mooi."
"Er kunnen vierhonderd mensen in de grootste zaal, dan kan iedere familie vijftig mensen kiezen die de begrafenis mogen bijwonen", zegt de moeder van Anne-Fleur, die haar mobieltje er ook al heeft bijgepakt.
"Top", zegt een andere moeder.
"Ik vind het best", stemt iedereen in.
"Is het volgende week beschikbaar?" vraagt iemand.
"Ja", zegt de moeder van Anne-Fleur.
"Zullen we het volgende week dan doen?" vraagt ze weer. Niemand spreekt haar tegen. Mooi. Dan is dat ook weer geregeld.
"En nu wie en hoe veel mensen er mogen spreken", zeg ik, "ik wil sowieso mijn speech houden."
"En dan één iemand per slachtoffer?" vraagt Savannah. "De families kunnen zelf kiezen wie."
"Geweldig. Alles is dan nu rond", zeg ik. "Tot volgende week." Ik sta op en loop de deur uit. Ik word op de voet gevolgd door Savannah.
"Samen naar huis fietsen?" vraagt ze. Ik knik en we gaan weg.
De afgelopen twee dagen zijn zwaar voor ons geweest, maar vooral voor mij. Ik heb naast het plannen nog moeten spreken voor media en in de rechtzaal moeten zitten.
"Zullen we een kopje thee gaan drinken bij mij thuis?" vraagt ze. Ik glimlach naar haar.
"Duh", zeg ik. Met elkaar thee drinken is zo'n beetje een gewoonte van ons geworden.
"Ga jij morgen naar school?" vraagt Savannah en ze zet een kopje kruidenthee voor me neer.
"Ja, maar ik hoef niet van mijn ouders", zeg ik.
"Ik hoef ook niet, maar als jij gaat, ga ik mee." Ons besluit staat nu vast en we gaan morgen dus naar school.
"Misschien is het wel goed voor ons", zeg ik schouderophalend en ik drink wat van mijn thee. "Heet!" gil ik meteen.
"Is kokend water heet...?" zegt Savannah zogenaamd dom. Ik kijk haar zogenaamd boos aan en steek mijn tong uit. 

De blauwe glijbaan #Wattys2016Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu