Hoofdstuk 4

570 78 5
                                    

In de trein aangekomen zag Indy haar medetribuut Cenzorro, al in de trein zitten, ze vroeg zich af hoe hij het kon, niet huilen, geen gevoel tonen, altijd maar neutraal blijven kijken. Iets wat zij altijd had geprobeerd en gewild. Toen ze zag dat Cenzorro naar haar keek veegde ze snel haar tranen af met de mouw van haar jurk. ‘H-hoi,’ zei ze zacht, terwijl ze haar districtgenoot aankeek, hij negeerde haar, ‘Hoi, Cenzorro,’ zei ze nu wat harder. Hij zei nog steeds niks, hij keek haar kwaad aan. Ineens werd ze boos, heel boos, ze raasde van de woede, ‘Waarom, Waarom! Waarom negeer je me? Dat je zusje me haat, oké. Maar moet jij nou ook weer zo gemeen doen, je weet dat we een lange tijd met elkaar opgescheept zitten, het heeft geen zin om me te negeren!’ hij haalde zijn schouders op en zei toen wat: ‘Weet je? Eerst vond ik je nog wel aardig, ik vond dat mijn zusje zich aanstelde, maar jij zet de beroeps voor schut. Jij. Je kan er niks van.’ Nou, dat zullen we nog wel is zien, Cenzorro… Dat zullen we nog wel eens zien, dacht ze in zichzelf, ze grinnikte zacht. ‘Wat is er zo grappig, Indy? Dat hij dit allemaal tegen je zegt? Kom op, jongens, Indy heeft gelijk, jullie kunnen niet zo tegen elkaar blijven doen,’ zei een piepstem achter ze, Oliver Bumbel. Ze keken hem allebei geïrriteerd aan.

Achter Oliver stonden nog twee mensen, Indy keek ze nieuwsgierig aan, het meisje zou haar mentor worden, ze heette Emily. Emily had twee jaar geleden gewonnen met de spelen, toen ze vijftien was, nu was ze zeventien en bijna volwassen. Ze had de meisjes van de twee afgelopen jaren goed geholpen, ze kwamen beiden bij de laatste drie. Naast Emily stond een jongen, die vorig jaar gewonnen had, Indy wist het niet zeker, maar ze dacht dat hij Mervil heette. Mervil zou Cenzorro trainen.

Emily liep naar me toe en gaf me een hand: ‘Jij bent Indy, toch? Ik hoor vaak dingen over je, ik hoop voor je dat je wel iets kan, want de geruchten…’ Indy onderbrak haar mentor vlug: ‘Ja, ik kan wel iets, ik wil het alleen niet in het bijzijn van Cenzorro zeggen, we hebben… niet zo’n goede band.’ Emily knikte, ‘oké.’

‘Nou, laten jullie dan maar even rondleiden in deze GE-WEL-DIGE trein!’  Oliver Bumbel onderbark ons gesprek en met een luide enthousiaste stem praatte hij verder: ‘Dit is natuurlijk de gezamelijke coupé en daar is de privé coupé van Indy,’ hij wees met zijn vinger waarvan de nagel knalroze gelakt was naar de linker coupé aan het einde van de gang, Indy knikte als een teken dat hij verder kon gaan. ‘En die rechter is van Cenzorro, natuurlijk, tja, van wie anders, ga maar even kijken jongens.’ Hij lachtte nog even na om zijn eigen grapje en duwde hen richting hun kamer. ‘Fris je even op voor het eten allebei!’ riep hij ze nog na.

Indy’s kamer was prachtig, net als de gezamelijke coupé die helemaal in het mintgroen was, haar kamer was zilver, haar lievelingskleur, overal lagen zilveren spullen. En het bed, ze had nog nooit zo’n lekker bed gezien, met een gelukzalig kreetje liet ze zich op het hemelbed vallen en verstopte haar hoofd in de dekens. Ze dacht aan thuis, aan hoe ze nou aan het rouwen waren, omdat ze niet meer terug zou komen, hoe haar vader niet meer zou praten alleen voor zich uit zou staren. Ze rilde bij de gedachte, het was waarschijnlijk afschuwelijk voor haar moeder.

Nee, Indy, ze mocht van zichzelf niet meer aan thuis denken, ze was moe en het zweet plakte aan haar voorhoofd. Ze bedacht zich dat ze wel een douche kon gebruiken. Ze liep naar de badkamer, waar een grote regendouche was en bekeek de dingen die op de badkamer lagen. Er lag een doos vol met make-up, nou, dat was het laatste waar ze naar verlangde, er lag een grote stapel handdoeken, vijf soorten shampoo en super veel zeepjes, met allemaal verschillende geuren. Ze koos er een met de geur van vanille, waar ze vond dat haar vriendin Alinda naar rook.

Ze nam een douche, thuis hadden ze geen douche, ze wasten zichzelf altijd in een soort van ton. Deze douche was heerlijk en rustgevend. Toen ze klaar was met douchen kroop ze in bed en staarde naar het plafond, ze maakte zorgen om wat er ging komen, hoe vaak iedereen haar ook moed in probeerde in te spreken, ze bleef zich zo voelen, ook voelde ze zich alleen, ze had zich nog nooit in haar leven zo alleen gevoeld…

De 56ste HongerspelenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu