Hoofdstuk 39/2
Voor mij zag ik een grote mensenmassa. Het krioelde er zelf van de mensen. Mensen? Ik zag allemaal wezens. Wezens zoals Steven, of Dylan. Maar ook wezens die ik niet kende. Met puntige oren of een lange neus. Ik zag dat het wezens waren. Maar ze hadden toch allemaal een menselijk uiterlijk. Ik keek verwonderd rond. Het was gewoon een stad onder de grond. Ik stapte uit de lift en deed mijn tas op mijn rug en liet mijn blik nog een keer rond gaan. Her en der stonden wat kraamjes met eten of sieraden. Als ik niet beter wist zou ik denken dat dit een normale stad was met gewone mensen. Maar ik wist dat het niet zo was. Kom zei Dylan in mijn oor. Hij gaf me een zachte duw tegen mijn schouder. Ik keek hem aan en gaf hem een glimlach. Hij glimlachte terug. Dit was gewoon werkelijk prachtig. Ko. zei Steven. Hij stond een eindje verder op ons te wachten. Ik rende snel naar hem toe. Dylan shokte achter ons aan. Ik liep langs een kraampje. Er lagen prachtige oorbellen. Ik bleef staan om ze beter te bekijken. Het waren hangers ingelegt met kleurijke kralen. Ik keek er verwonderd naar. Achter het kraampje stond een oudere vrouw. Mooi hé? Heb ik helemaal zelf gemaakt. Dylan kwam achter mij staan. Vind je ze leuk? Ik knikte. Dylan haarde een geldbiljet uit zijn broekzak. Hij gaf het aan de oude vrouw. Dat moet genoeg zijn toch? De vrouw glimlachte. Ze pakte de oorbellen en deed ze in een zakje dat ze vervolgens aan mij gaf. Aps je blieft meid. Je mag blij zijn met zo'n vriendje! Ik merkte dat mijn wangen gloeiden. Ik bloosde. Dylan lachte en sloeg zijn arm om mijn schouders. Zo liepen we verder.
-Dylan-
Ik wist dat dit nou niet echt het moment was om Rosa cadeau's te kopen. Maar wat moest ik anders? Ze keek zo verwonderd naar de oorbellen. En ik moest haar gelijk geven ze waren echt mooi. De vrouw dacht dat we een koppel waren. Rosa begon helemaal te blozen...
-Rosa-
Ik liep achter Steven En Dylan liep achter mij. Het zag er vast grappig uit. Net een stelletje ganzen ofzo.. Auw. Steven stopte en ik botste tegen hem op. Ow, sorry zei hij. En hij kwam langs mij staan. Ik keek voor me. Ik zag een ouderwets trein station. Het zag er erg mooi uit. Steven trok mij mee. Het trein station in. Hij keek op de bordjes. Tickets. Daar moesten we zijn. Er was een loket. Een oudere man met een grote snor keek ons aan. Ja? Dylan stapte naar voor. Drie kaartjes alstublieft. De man knikte en schoof drie kaartjes naar voor. Dylan pakt de kaartjes en gaf de man zijn geld. Nu pas viel het me op dat het geen gewoon geld was. Ik vond het er straks ook al zo raar uit zien.. Toen we weer bij het loket weg liepen weea ik er naar. Wat is dat voor geld? Dylan hield het geld omhoog. Dit? Dit zijn weralas. Het werkt het zelfde als gewoon geld. Alleen ziet het er anders uit. Hij gaf me een biljet. Hier. Ik nam het aan. Er stond een grappig mannetje op. Hij had een spitse neus en lange oren. Wie is dat? Steven keek over mijn schouder mee. Dat is Elapus de eerste. Ik grinnikte. Elapus. Je zou maar zo heetten...
Dit was het voor dit hoofdstuk. Hope you like it.
comment & vote & share
JE LEEST
Een meisje en haar (geheime) leven.
VampirVoltooid (Dit is een ouder boek, toen ik hier aan begon gebruikte ik nog geen aanhalingstekens. Dit kan soms wat verwarring veroorzaken.) -Word naarmate je verder leest beter- Rosa word gepest. Als ze een jongen een bloedneus slaat word iedereen ban...