3

399 10 5
                                    

Isa stond op deed haar schoenen aan en legde het boek terug op de vensterbank. Isa wou naar buiten toe lopen maar Baldassare hield haar tegen. 'Wat is er' vroeg ze.

'Ik moet je handboeien omdoen.'

Isa keek hem verbaasd aan 'hoezo?'

'Orders van de baas, hij hoorde over je gevecht met de mannen.'

Isa zuchtte en deed haar handen naar voren. Hij pakte de handboeien en deed ze om. Daarna liepen ze naar beneden. Ze gingen de deur tegenover de deur naar de trap in. Ze kwamen in een grote kamer. De kamer was groen geschilderd en de vloer was van lichtbruine houten planken. Met in het midden een kleed. Op het kleed stond een lange tafel met ongeveer 16 stoelen, aan iedere kant 7. En twee aan iedere kant van het hoofd. Aan het hoofd van de andere kant van de kamer zat Marcus. Naast Marcus zat een jongen ongeveer dezelfde leeftijd als Isa. Ook Gregorio zat aan tafel en nog één iemand aan tafel. 'Ah, daar ben je Isa.'

'Ja' zei Isa 'hier ben ik. Mogen nu die handboeien af, alstublieft?'

'Dat is goed' zei Marcus 'Baldassare doe maar.'

Hij knikte en deed de handboeien af. 'Padre,  perché si sta parlando non italiani quando si dà un comando' vroeg de jongen - Vader, waarom praat je geen Italiaans als je een opdracht geeft-

'Perché posso capire' zei Isa -Omdat ik dat kan verstaan-

'O' zei hij 'dat wist ik niet.'

'Dan weet je het nu' zei Marcus.

Zijn zoon keek hem boos aan, 'vader.'

Isa grinikte, 'vervelend zijn die vaders, hé?'

Hij keek naar haar, 'inderdaad.'

Ondertussen had Baldassare de handboeien losgemaakt en op het tafeltje naast de deur neergelegd. 'Isabella kom hier maar zitten' zei Marcus.

Hij stond op en schoof de stoel aan de andere kant naast hem naar achter. Isa liep naar de stoel en ging zitten. Marcus ging ook terug zitten op zijn plek. 'Wacht' zei hij, 'ik heb je nog niet voorgesteld aan mijn zoon en mijn broertje. Dit is mijn zoon', hij wees naar de jongen 'Beniamino.'

'Ehilà' - hoi- zei Beniamino.

Ze knikte kort, 'hoi.'

'En dat is mijn broer Alfeo.'

Hij wees naar de man die Isa nog niet kende en naast Gregorio zat. 'Ciao' - hallo- zei Alfeo.

'Ciao' antwoorde Isa terug.

'Goed, nu je iedereen kent gaan we eten' zei Marcus.

'Inderdaad' zei Baniamino 'ik heb honger. Wat eten we?'

'We eten lasagne. Lust je dat Isabella?'

'Ten eerste wilt u me alstublieft Isa noemen en ten tweede... tuurlijk lust ik dat.'

'Mooi zo' zei Beniamino 'want anders krijg je geen eten.'

Isa keek hem aan. 'Dat zou ik maar niet doen, dan zal ik tegen mijn vader zeggen dat jullie me heel slecht hebben behandeld.'

'Jij denkt dat je je vader weer levend terug zal zien.'

'Eh... ja' zei Isa 'waarom zou ik hem niet levend terug zien?'

'Omdat mijn oudoom misschien andere plannen heeft dan mijn vader.'

Isa keek naar Marcus, 'is dat waar?'

'Weet ik niet, misschien wel.'

'Maar u zei....'

'Ik weet wat ik zei' onderbrak Marcus haar, 'ik heb het plan niet nog niet gehoord van onze baas.'

'Dus uw oom is ook uw baas.'

'Ja' zei Marcus 'nu een ander onderwerp.'

'Oké' zei Isa 'ik heb nog een vraag, hoeveel talen spreken jullie?'

'Even nadenken' zei Marcus 'we spreken: Italiaans, Nederlands, Spaans, Engels, Duits, Frans en Grieks. Sommige van ons spreken zelfs chinees.'

'Echt' vroeg Isa verbaasd.

'Ja echt' zei Beniamino 'geloof je mijn vader niet.'

'Jawel' zei Isa 'rustig maar, ik was alleen verbaasd dat jullie dat kunnen.'

'Hoezo, denk je dat wij dat niet kunnen?'

Hij stond op en leunde op de tafel. 'Rustig' zei ze 'dat bedoel ik helemaal niet! Wat is jouw probleem?!'

'Mijn probleem ben jij' zei hij boos, 'snap je het?'

Ze stond op, 'ik snap het ja.'

'Mooi' zei hij 'en nu zitten, je mond houden en eten.'

'Jij bepaald niet wat ik moet doen' zei Isa boos.

'Zal ik je even helpen' zei hij geamuseerd.

'Kom maar' zei Isa uitdagend.

Hij wou om de tafel heen lopen naar haar toe, maar zijn vader hield hem tegen. 'Ik zou het niet doen' zei hij.

'Waarom niet' vroeg Beniamino boos.

'Ze kan heel goed vechten' zei Baldassare lachend 'en het doet pijn.'

'Heb jij dat dan gevoeld' vroeg Beniamino.

'Nee, ik niet maar Alonso voelde het wel.'

Iedereen keek naar Alonso, 'ja inderdaad' zei hij 'ze schopte me in mijn kruis.'

'Auch' zei Beniamino.

'Deed je dat echt' vroeg hij aan Isa.

Ze knikte, 'ja, dat deed ik ja.'

Hij dacht even na en ging toen weer zitten. Isa ging ook weer zitten. Ze aten rustig hun eten op en aten ook het toetje op. Dat was tiramisu. Huisgemaakt had Alonso erbij gezegd. Nadat ze alles op hadden zei Marcus: 'Baldassare, breng Isa maar terug naar haar kamer en kom dan nog even terug hierheen.'

'Sì Capo' - ja baas-

Hij stond op en pakte de handboeien. 'Moet dat' vroeg Isa geïriteerd.

'Ja' zei Marcus.

Isa zuchtte en deed haar handen naar voren. 'Best' zei ze 'doe wat je moet doen.'

Baldassare deed de handboeien om en begeleide haar naar haar kamer. Toen ze daar waren deed hij de handboeien af. Isa wreef over haar polsen, 'is die Beniamino altijd zo?'

'Ja, helaas wel' zei hij zuchtend 'hij wil graag een hogere baan krijgen als zijn vader.'

'Hoe kan zijn gedrag daar voor zorgen?'

'Nou ja, zijn oudoom was vroeger ook zo. En hij heeft de hoogste baan in de bende.'

'Dus dat wil hij ook?'

'Sì.'

'Dat kan hij niet aan' zei Isa 'hij is te snel opgefokt.'

'Helaas denkt zijn oudoom daar anders over. Hij heeft zelf nog een kleinzoon, maar daar wil hij de bende niet aan over leveren. Maar ik moet nu gaan, ik moet terug naar de rest.'

'Oké' zei Isa 'tot morgen.'

'Tot morgen.'

Hij liep de kamer uit en deed de deur op slot. Isa keek in het rond. Ze pakte het boek weer en begon te lezen. Na een uur begon ze zich moe te voelen. Ze kleedde zich om in de joggingsbroek en roze T-shirt die in de tas zaten. Ze ging slapen.

ontvoerd door de maffiosoWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu