'Staat dit me niet?' voor ons verschijnt Raya in een lichtroze gala jurk. Ze ziet er werkelijk prachtig uit. Ik hoor Nasser hoesten en ik geef hem een dodelijke blik waarna ik op sta en naar Raya toe loop.
'Het. Staat. Je. Prachtig Raya!' Zeg ik vol verbazing terwijl ik de stof van haar jurk voel. Ze bloost en glimlacht vredig naar me. 'Nasser vind jij het ook mooi?' Vraagt ze. Dit keer kijkt Nasser mij speels aan, ik knik hem toe dat hij niets bots moet zegen. Hij knikt terug en staat op. 'Je ziet eruit als een prinses.' Zegt hij vermaakt maar vol sarcasme. 'Dankjewel.' Zegt Raya en verdwijnt de paskamer terug in.'Sukkel.' Zucht ik en plof op de bank. Hij kijkt me verwaand aan en ploft naast mij. 'Wat nou.' 'Ik proefde haast de sarcasme.' 'Ja nou en.' 'Ik ga je slaan vrees ik.' 'Oké.' Zegt hij. Dat was dus de druppel. Ik geef hem zonder erbij na te denken een klap op zijn borstkast en hij trekt zijn wenkbrauw op. Ik grom het uit van de woedde en begin harder te slaan terwijl hij me vermaakt aanstaart. 'Ben je klaar?' Zegt hij dan rustig. Ik zucht slibberend en laat me achterover vallen. 'Arrogante kwal.' Hijg ik. 'Volgende keer beter.' Knipoogt hij wat me op een of andere manier warm maakte.
'Amira!' Hoor ik Raya plots uit de kleedkamers roepen. 'Wat!' 'Kom eens.' Ik sta met tegenzin op en trek haar gordijn open. 'Ja?' 'Pas eens deze jurk, past me niet.' Zegt ze waarna ze een zwarte strakke jurk te voor schijn haalt. 'Geen denken aan.' Glimlach ik.
Wederom heeft ze het voor elkaar gekregen. 'Raya ik ben klaar!' Roep ik vanuit de paskamers. 'Laat dan zien?' Weergalmt haar stem in mijn oren. Ik zucht en bekijk mezelf nog in de spiegel voor ik de gordijn open trek. De jurk zit echt strak, ik meen het je ziet al mijn rondingen maar ik zou liegen als ik zei dat het me niet staat. De jurk is van onder eenbeetje open en daardoor zie je mijn benen langs de zijkant wel.
Als ik de gordijn open trek zie ik Raya mij verbijsterd aanstaren en Nasser druk op zijn gsm. 'Omg!' Roept ze waardoor ook Nasser opkijkt.'Hij staat je zo beeldig Am.' Zegt ze en knikt keurend. 'Deze ga je kopen.' 'Ik weet het niet hoor.' Zegt ik. 'Jawel!' Roept ze. Dan kijk ik op naar Nasser die mij ook nog steeds verbaasd aanstaart. 'Ik ga bij passende hakken zoeken.' Zegt Raya en verdwijnt dan in een klap. 'Tong verloren.' Grinnik ik naar Nasser. Hij lijkt te ontwaken en herpakt zich. Hij staat op en loopt mijn richting uit. Uit schrik kraak ik mijn vingers. 'Afstand.' Zeg ik maar hij lijkt het niet te begrijpen want onze afstand word steeds kleiner. Hij glimlacht zijn tanden bloot als hij pal voor me staat. Hij trekt de gordijn dicht en laat me in de spiegel kijken. 'Het staat je wel.' Zegt hij. Ik zie mezelf in de spiegel blozen en probeer hem niet aan te kijken. Hij kijkt me in de spiegel aan en verlaat dan de paskamer. O god wat was dat nu? Ik snap het niet? Wat was dit? Wat gebeurde er net?
'Ik vind het echt dom van je.' Herhaalt Raya. Ik kijk gefrustreerd naar het uitzicht dat we voorbij rijden. 'Ik bedoel hij stond je zo mooi.' Zegt ze. Ja ik heb de jurk niet gehaald. Wist ik nou dat die jurk duurder is dan al mijn spaargeld bij elkaar? Ik heb maar een smoesje verzonnen en het neergelegd. 'Ongelofelijk.' 'Oh Raya hou nu eens je mond.' Zucht Nasser van achter het stuur. 'Als ze die jurk echt wilde had ze die gewoon gekocht.' Zegt hij. Ik wenkt mijn blik af van het uitzicht en zie hem via het kleine spiegeltje naar me kijken. 'Ze wilde die jurk heel graag.' Zegt Raya. Ik zucht en kijk weer uit het raampje naar de gekleurde huizen die voorbij schieten net een regenboog.
Nadat Nasser Raya heeft afgezet aan haar hotel ben ik van voor gaan zitten. In de bijstoel. Hij brengt mij nu terug naar oma toe. Ik zal even in de details vliegen. Er heerst echt een ongemakkelijke stilte. Je hoort het geluid van de buitenwereld door de raampjes weergalmen. Ik probeer me te concentreren op de auto's voor ons maar op een of andere manier schenk ik af en toe Nasser een blik en kijk dan vlug weg.
Mijn ringtone onderbreekt de stilte. Godzijdank.
Als ik mijn gsm uit mijn zak vis zie ik een onbekende nr. 'Onbekend.' Fluister ik met een opgetrokken wenkbrauw.
Dat kan dus iedereen zijn, een moordenaar? Iemand die me achterna zal komen, of de tanden fee die me eindelijk komt betalen voor al die tanden dat ze van mij heeft genomen die bitch krijgt rente van mij dat het zo lang duurde. Ik bedoel elke keer als ik onder mijn kussen keek was het weg? Gone? En geen muntje letterlijk niets. Ik kreeg wel altijd van mijn ouders meer dan een muntje maar wat voor waarde heeft dat als-. Ik ratel maar door en mijn gsm rinkelt nog steeds.Ik neem op maar zeg geen woord. Je weet maar nooit wie je belt.
'Amira.' 'Ik weet dat je daar bent Amira.' Dan gebeurt het. Ik begin sneller te ademen en mijn hart klopt sneller, mijn benen trillen en ik weet dat ik elk moment kan uitbarsten.
'Antwoord!' Roept ze. 'Ik ben je moeder! Ik heb je verdomme negen maanden moeten dragen, gevoed en groot gekregen! Je kan op zen minst en antwoord geven!' Ik haal diep adem en knipper de tranen snel weg. Dan kijk ik uit het raam en merk dat de auto tot stilstand is gekomen. Als ik naast me kijk zie ik Nasser met een vragende blik opkijken. Ik leg mijn hand op mijn been en sluit mijn ogen. 'Ja.' Zeg ik kort maar krachtig. 'Ik weet waar je bent, toe kom naar huis.' Ik open mijn ogen en kijk voor me uit. Zij was degene die zei dat ik weg moest, en nu moet ik terug komen? 'Waarom.' Komt er hees uit. 'Je bent mijn dochter.' Ik voel woede. Ik ga uitbarsten. Ik voel hoe mijn hart breekt bij die woorden.
'Jou dochter? Ik ben jou dochter? En jij vind het normaal om je dochter weg te jagen? Om me niet te steunen? Ik bedoel je liet me niets eens zijn wie ik zelf wilde zijn? Ik denk dat je liever Soumia als dochter wilt dan mij want haar steun je wel in de fout die ze is begaan. Ik kom niet naar huis, nu niet. Nooit niet. Ik ben jullie spuug zat, jullie leugens allemaal. Ik bedoel je geloofde je zogenaamde dochter niet eens toen ik zei wat ik met mijn eigen ogen zag sterker nog je klapte me. Ik.. ik.' Ik val weg als ik Nasser zijn warme hand mijn koude hand zie vasthouden. Hij knikt me geruststellend toe en ik haal diep adem. 'Bel me niet meer.' Zeg ik en verbreek meteen de verbinding voor ze iets kan zegen.'Dankjewel.' Zeg ik naar Nasser als ik bijkom. Ik trek mijn hand vanonder zijn hand en duw de auto deur open. 'Amira?' Ik draai me vragend om en word meteen geduwd in een zak. Ik kijk hem vragend aan maar neem de zak toch aan. Als ik erin kijk zie ik de jurk. 'M..m..maar-' 'Je wilde die jurk zo graag ik zag het wel dus ik dacht hey waarom doe ik niet eens iets goeds voor het universum.' Glimlacht hij. 'Nasser ik-' 'Graage daan.' Onderbreekt hij me als hij ziet dat ik de woorden niet vind. 'Ik kan dit niet aannemen.' 'Amira, zeg dat nou niet. Wat moet ik er anders mee. Nou hup weg ik heb werk te doen.' Zegt hij. Ik knik en open nogmaals de deur. 'Dankjewel.' Zeg ik beschaamd en gooi de autodeur achter me dicht waarna hij de weg afscheurt mij verbijsterd achterlatend.
Daar ben ik weer in levende lijven. Kip met groene olijven. Hmm sorry. Heb weereens honger.
Nou Goodmorning het is 12.42 en ik lig nog te niksen in bed. Verder heb ik niets te zegen dan dat school bijna begint. Ik wil niet naar school waarom bestaat dat zelfs. NoujaVote⭐️
Comment💬Kuskus
Foodlover🍕
JE LEEST
Run away
RomanceAmira zo heet ik. Alles veranderde. Ik veranderde. Mijn leven werd een grote puinzooi door bedrog dat mijn ondergang vormde in de toekomst. Het was de liefde dat controle over me wilde nemen.