Hoofdstuk 11

87 8 6
                                    

'Mary, wat is het antwoord?'
Shit. Het andwoord op wat? De zin van het leven? Het antwoord van alles was bestaat? Het andwoordvan de stelling van pytagoras? Het onvoltooid bijvoegelijk opsommend lidwoord?
'Ehhhm, vijventwintig?' Gok ik
Iedereen lacht. Fijn.
'Mary, dat is fout. Als het later goed met je komt dan ga je naar de universiteit en dan word je dokter. En daarvoor moet je wel goed opletten in de les, Mary.'
'Maar ik wil helemaal geen dokter worden.'
Een boze blik.
'Maar als iedereen dokter is, stort de economie toch helemaal in? En u bent toch ook geen dokter, mevrouw? En met u is het toch ook goedgekomen? Of niet? Vind u soms dat u een mislukkeling bent. Dat hoeft u echt niet van izelf te denken hoor, ik zeg altijd maar: je moet van jezelf houden zoals je bent. Anders word je nooit gelukkig zijn, dat wilt u toch ook? Gelukkig zijn. Weet u, mijn moeder heeft heel veel boeken daarove, zal ik er een kee-' 'MARYANNE! ERUIT! EN LAAT JE HIER VANDAAG NIET MEER ZIEN!'
'Oke,' mompel ik,'ik wou alleen maar helpen.'
Blijkbaar word mijn advies dus niet gewaardeerd. Maar goed. Ik ga maar weer mensen kijken. Sommige mensen lijken op dieren. Dat is grappig. Er loopt een jongen voorbij die op een hamster lijkt met hele dikke wangen. Ik had zelf ook een hamster. Knabbel heette ie. Hij was best wel lief, maar soms niet. Eigenlijk meestal niet. Eigenlijk nooit. Het was een valse hamster. Elke keer als ik hem voerde, bijt hij me, zo van: 'ooh dankjewel, eten. Nu ga ik je vermoorden zodat ik jou lekker op kan eten in plaats van die vieze brokjes van je.' Maar ik hield wel van hem. Op een dag was hij dood. Ik had hem meegenomen naar school in een tupperware-bakje. Dat was geen goed idee. Maar hé, ik was vijf ofzo.

ik moet nog meer dan een half uur wachten tot de volgende les, en dus besluit ik maar een rondje om de school heen te lopen.

Toch jammer dat Maaike nu eerste uur vrij heeft. Anders hadden we er samen uitgestuurd kunnen worden en ons samen kunnen vervelen. Da's altijd beter dan alleen. Ik hou niet van alleen zijn. Als ik alleen ben, krijg ik altijd vreetbuien en dan ga ik heel veel chocola eten, dus ik word er ook nog dikker van. Waarom dacht ik dat nou? Nu heb ik zin in eten. Ik besluit maar een Milka-reep te kopen.

Vergezeld door mijn beste vriend Benny Milka-reep (ja, ik geef mijn chocoladerepen altijd een naam, jij niet dan?), slenter ik achter de school langs. Hier komt bijna niemand, want onze school ligt in een bos en het is een klein paadje, dus veel mensen weten niet eens dat het bestaat. Toen we in de brugklas zaten, zaten Kate en ik in de lente altijd hier in het zonnetje te eten (ja, eten is gewoon een groot deel van mijn leven). We spaarden altijd ons zakgeld op om dan in de lente elke week een berg Tony's Chocolonely te kopen. Tony's Chololonely is echt lekker. Vooral de oranje. Als ik en DJWIDNNWMDWOKI en ik later ooit een zoon krijgen noem ik hem Tony. Of Milka. Maar volgens mij staat in de wet dat je je kind geen merknaam als naam mag geven. Maar stel nou dat een merk bijvoorbeeld Kees heet? Mag het dan ook niet? En als het nou een heel onbekend- NEE.

Het GEWELDIGE (en een heel klein beetje chaotische) Leven Van Mary van BerkelenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu