Eigenlijk vindt hij het wel mooi geweest. Juwelier Fred Hund is zesenzestig jaar en heeft geen zin meer om batterijen in horloges te zetten. Hij wil reizen. Vijftig jaar geleden begon zijn vader op een zolderkamertje in Amsterdam-West het familiebedrijf. Inmiddels staat hij al weer heel wat jaren samen met zijn zus Carla en zijn broer Gerard achter de toonbank van hun winkel in de Jan Evertsenstraat. Nog maar een half jaartje doorbikkelen en dan gooit hij de tent dicht. Dan kan hij samen met zijn vrouw genieten van zijn welverdiende pensioen. Maar op 7 oktober 2010 wordt de droom van een leven vol reizen naar zonnige oorden kapotgeschoten. Om iets voor elven stappen twee jongens in regenpakken en met scooterhelmen op de winkel binnen en trekken een vuurwapen. Fred en Gerard zijn vaker overvallen en ze besluiten dit keer niet mee te werken. De broers willen de overvallers de winkel uit jagen. Dat lukt. De jongens zijn overdonderd door de weerstand. Buiten gaat de vechtpartij door. Eén van de scootercriminelen merkt dat hij de worsteling dreigt te verliezen, ondanks dat hij Hund een flinke kopstoot met zijn scooterhelm geeft. Hij begint naar zijn handlanger te roepen: ‘Schiet hem, schiet hem!’ De kogel raakt de buik van Hund. De juwelier zakt in elkaar. Even later overlijdt hij in het ziekenhuis. Het land is in shock. Justitie looft een beloning van 20.000 euro uit voor de gouden tip, de Federatie Goud en Zilver doet daar nog eens 25.000 euro bij. ‘Verlink deze killers!’ kopt De Telegraaf in chocoladeletters. De krant doet een hartstochtelijke oproep om de daders van de roofoverval geen hand boven het hoofd te houden. ‘Degene die hier achter zitten zijn tuig en moeten worden verraden,’ zegt Hunds stiefzoon René. Ook Martien Kuitenbrouwer, de kersverse stadsdeelvoorzitter van Amsterdam-West roert zich: ‘Dit overschrijdt alle grenzen. Dat moeten we een halt toeroepen met alle middelen die wij hebben. Dat lukt nu onvoldoende. Daarom heb ik het stadsdeel, politie en justitie bijeengeroepen om uit te zoeken hoe dit komt en wat beter moet.’ Volgens Kuitenbrouwer is Amsterdam-West ‘in zijn ziel geraakt’. Samen met de burgemeester kondigt ze een heel pakket aan maatregelen aan. Betere verlichting, betere beveiliging, jeugdpreventieteams, straatcoaches, extra politietoezicht en DNA -douches die vluchtende overvallers brandmerken met een speciale spray, moeten de rovers er voortaan van weerhouden om het middenen kleinbedrijf te pakken te nemen. De politiek kan er nu niet meer omheen. Amsterdam-West is uitgegroeid tot de kweekvijver voor scooterovervallers, straatrovers en drugsdealers. Eberhard van der Laan is pas een paar maanden burgemeester van de hoofdstad en staat ieder weekend wel met een bosje bloemen voor de deur van iemand die is overvallen. Het lijkt erop dat zijn voorganger Job Cohen steken heeft laten vallen. Er is te weinig capaciteit, er is te lang niks gedaan, er is alleen maar thee gedronken. Van der Laan spreekt van ‘verloren terrein’. Samen met korpschef Bernard Welten, die veel moest slikken tijdens de ambtsperiode van Cohen, bedenkt hij na de moord op Fred Hund de Top 600-aanpak. Het wordt het voornaamste wapen van de gemeente Amsterdam in de strijd tegen jonge criminelen. Een paar honderd van de ergste veelplegers in de stad, worden intensief begeleid bij het beteren van hun leven. Ook komt er aandacht voor hun broertjes en zusjes, zodat die niet ook in de criminaliteit belanden. Voor een hele generatie criminelen komen de maatregelen te laat. In 2010 zullen in de regio Amsterdam-Amstelland in totaal 449 overvallen gepleegd worden. Dat zijn er 98 minder dan een jaar eerder. Terwijl de politie in de tegenaanval gaat, wijken de overvallers gewoon uit naar andere regio’s. Onderzoeken naar overvallen op juweliers en geldtransporten in de rest van het land leveren met grote regelmaat opsporingsberichten en arrestaties in Amsterdam-West op. Het uitwijken naar de provincie is slechts één trend. De criminelen zijn steeds jonger en gaan steeds gewelddadiger te werk. Ook bij simpele hit-and-runovervallen komen ze al aanzetten met semiautomatische wapens. Dat weet juweliersfederatie Goud en Zilver als geen ander. Die grijpt de dood van Fred Hund aan om een noodkreet te slaken. Ook de federatie maakt zich ernstige zorgen om de steeds jonger wordende overvallers. ‘Hun onervarenheid vormt het grootste gevaar voor de ondernemers,’ zegt een woordvoerder. ‘Tot drie jaar geleden zagen we vooral professionals die de winkels overvielen. Zij hielden nog een bepaalde rust. Die jonge gastjes van nu kunnen vrij zenuwachtig worden en doen dan rare dingen.’ Hoewel de dood van juwelier Hund ook onder de straatjongens van Bos en Lommer het gesprek van de dag is, vinden zij het voornamelijk heel dom van de winkelier dat hij is gaan vechten. Hij was toch immers verzekerd? ‘Als juweliers beter meewerken, wordt het niet zo gewelddadig.’ Waarom doen deze jongens wat ze doen? Ze geven de schuld aan de strenge politie, de enkele keer dat ze wel onterecht in de cel belandden, het niet kunnen vinden van een baan en de gebrekkige hulp van de Dienst Werk en Inkomen en andere organisaties. O ja, en luxe. Twee à drie minuten ‘werk’ en de buit kan oplopen tot tienduizenden euro’s per persoon. Als iedereen de nieuwe Black-Berry heeft, hebben zij hem ook. Binnen een week. De buit gaat verder op aan een Canadian Goose-jas, peperdure schoenen van Balenciaga, uitgaan, schulden, boetes, auto’s, een snuifje en hoeren. En het zijn niet alleen de kansarme jongens die roven. Ook leerlingen van het hbo doen mee. Deze generatie criminelen lijkt zich minder druk te maken over de gevolgen van hun daden dan hun voorgangers. Ze hebben geen geld, willen wel de nieuwste en mooiste spullen en denken niet na over de consequenties. Ze trekken er meteen met een vuurwapen op uit. Vroeger ging dat anders. Je doorliep toen eigenlijk een soort opleiding bij grote criminelen die al wat ouder waren en jaren ervaring hadden. Stap voor stap kwam je hoger in de criminele piramide. Deze veertigers en vijftigers in de wijk kijken naar de generatie van nu en verzuchten keer op keer dat er geen ‘orde’ meer is, geen ‘code’. Het respect ontbreekt, er is geen hiërarchie meer. Dat geldt overigens niet alleen voor de Marokkaanse overvallers van nu, in de Bijlmer zien ze hetzelfde gebeuren. De OG’S (original gangsters, de oude garde) wordt nauwelijks nog om advies gevraagd over hoe het nou precies moet, een overval plegen. Een traditie is daarmee verbroken. ‘Criminelen zijn zzp’ers geworden’, is een veelgehoorde analyse. Wie zoekt naar een oorzaak, krijgt allerlei verschillende theorieën te horen, maar ordinaire hebberigheid en een zucht naar status zijn de belangrijkste. Niemand die nog het vuile werk van de Hollanders wil opknappen, net als zijn vader en opa vroeger. Toch blijft het bij een ambitie. De schooluitval is hoog, de arbeidskansen laag. Zelfs een stageplek scoren blijkt vaak al een moeilijke opgave voor een puber uit Amsterdam-West. Om hen heen zien kansarme jongens hun oude vriendjes van het schoolplein wel lekker verdienen. Een enkeling als rapper, kickbokser of voetballer. Maar als je niet zo’n talent blijkt te hebben, dan is een loopbaan in de criminaliteit vaak de enige weg uit de armoede.
JE LEEST
Mocro Maffia
ActionHij hoort achter hem hoe de moordenaars blijven schieten op Said. Rida rent door. Hij moet overgeven. Het spuug op zijn gezicht en zijn kleren is geen reden om in te houden. Hij blijft rennen. In de verte klinken nog een paar schoten. Ze hebben Said...