14

431 15 6
                                    

Tineke

Koen en ik werden net opgeroepen voor een gevecht. Met het zwaailicht op, scheuren we door de straten. Eenmaal op de plaats aangekomen stappen we uit de wagen, en met een lichte looppas gaan we naar de mannen die ferm aan het discuteren zijn toe. Koen en ik halen de mannen uit elkaar. Op het moment dat ik de man in de boeien wil slaan hoor ik Koen mijn naam roepen. Als ik omkijk hoor ik tegelijk een schot die gelost word. En geen 2 seconden later zie ik hoe Koen op de harde grond neervalt. De twee mannen lopen weg maar het enige wat mij nu kan schelen is Koen. "Koen!" Roep ik terwijl ik naar hem toe ren. Ik laat me naast hem op mijn knieën vallen. In paniek roep ik een ambulance op. De tranen in mijn ogen borrelen op. "Doorzetten, Koen. Niet opgeven." Snik ik. Met haast doe ik mijn trui af om het bloed van de wonde te stelpen. Zijn witte polo is, waar de wonde is, ondertussen al voor een deel rood gekleurd en de vlek komt als maar groter. "Volhouden asjeblieft." Fluister ik tegen Koen die bewusteloos naast mij ligt. Ik blijf mijn trui goed tegen de wonde aandrukken. "Tineke.." een hese stem spreekt mij aan. "Koen." Fluister ik terug. Hij probeert zijn ogen te openen wat hem een beetje lukt. "Tineke. B.. bedankt voor alles." Hij opent amper zijn mond maar ik begrijp wat hij zegt. "Nee, Koen, niet gaan, ik heb je nodig. Ik kan niet verder zonder jou!" Tranen glijden over mijn wang. "Niet wenen." Zacht spreekt hij tegen me terwijl hij zijn hand voorzichtig naar mijn gezicht toebrengt om mijn tranen af te vegen. "Ik hou van je." Een krak in zijn stem verraadt dat hij zich sterk houdt om niet te gaan wenen. "Ik hou ook van jou Koentje." De bibbering in mijn stem is duidelijk te horen. Koen neemt voorzichtig mijn hand en drukt er een kleine, zachte zoen op. "En dat al je dromen en wensen mogen uitkomen." Fluistert hij terwijl hij me aankijkt. Hij glimlacht zwak en sluit dan zijn ogen. Voor een laatste keer ademt hij in en zijn laatste adem blaast hij zachtjes uit.

In een schok, schrik ik wakker. Ik voel hoe ik in schuim en zweet sta. Waarschijnlijk door de nachtmerrie. Ik heb het ongelofelijk warm daardoor en als reflex daarvan gooi ik het dikke donsdeken van mij af. Maar zodra het van mij af is, krijg ik het veel te koud. Ik zwaai het deken terug over me heen. Over mijn hele lichaam krijg ik koude rillingen en de warmte van mijn deken helpt er niet tegen. Ik ga recht zitten en voel hoe geklop in mijn hoofd me bijna dwingt om terug te gaan liggen, wat ik dan ook doe. Ik besluit Koen ervan op de hoogte te brengen dat ik waarschijnlijk niet zal komen werken want ik voel me best ziek.
Koentje, ik kom waarschijnlijk niet werken. Ben wat ziekjes aan het worden. X
Ik wil mijn gsm net terug wegleggen wanneer ik al een antwoordt krijg. Ik ging vragen aan Koen wat hij zo laat nog op doet maar blijkbaar is het nog maar 10u 30. Ik ben dus blijkbaar vroeg in mijn bedje gekropen maar ik was echt doodop. Ik kijk op mijn gsm en open het berichtje van Koen.
Oei, wat heb je? :( x

Hoofdpijn, ik krijg het niet warm en ik ben echt doodop... x

Lieverd toch. Dat klinkt niet al te best hè.. Mag ik even naar je toekomen? x

Je weet dat je altijd welkom ben hè maar je komt langs op eigen risico. Ik wil jou niet besmetten x

Of je mij nu zult besmetten of niet, ik wil voor je zorgen! X

:) zeg je wanneer je vertrekt? X

Als ik mag, vertrek ik over enkele minuutjes? X

Is goed :) Jij hebt nog een sleutel van mijn huis hè? Kun je anders gewoon zelf binnenkomen? Ik lig in mijn bed, nu. X

Kom in orde! X
Ik vergrendel mijn gsm en leg hem terug op mijn nachtkastje. Ik vind het wel lief van Koen, dat hij zo bezorgd over me is. Ik besluit om nog even mijn ogen te sluiten voor Koen er is.

Ik voel zacht hoe er een kus op mijn haren wordt gegeven. Zachtjes kreun ik en open ik langzaam mijn ogen. Ik zie vaag hoe Koen gehurkt naast mijn bed zit. "Hey." Glimlach ik. "Dag prinsesje." Zegt hij terug. "Hoe gaat het?" Vraagt hij. "Kan altijd beter." Lach ik zwakjes. "Het is echt lief van je dat je zo bezorgd bent." Zeg ik. "Ik wil jou gewoon niet zo ziek zien." Antwoordt hij lief. Een kleine glimlach siert mijn gelaat. Koen brengt zijn lippen dichter naar de mijne toe maar ik leg mijn hand op zijn mond. "Ik wil niet dat je ziek wordt." Fluister ik. "Eentje." Smeekt hij. "Op eigen risico." Lach ik terug en haal mijn hand van zijn gezicht weg. Onmiddellijk drukt hij zijn lippen tegen de mijne. "Mag ik naast je komen liggen?" Vraagt hij lief. "Ik zeg het nog eens: op eigen risico." Knipoog ik. Hij grijnst en komt naast me liggen. "Weet je wat je hebt?" Vraagt Koen wanneer hij zich genesteld heeft in bed. "Koorts vermoed ik." "Heb je je temperatuur al gemeten?" Vraagt Koen terug. "Nee, mijn hoofd deed pijn toen ik rechtzat dus ik ben dan terug gaan liggen." "Waar ligt de thermometer?" Ik geef de uitleg aan Koen om de thermometer te vinden. Een minuutje later staat Koen terug aan mijn bed. "39 graden." Leest Koen van het schermpje af. "Ik ga de chef verwittigen want zo ga je niet werken morgen." Hij komt terug bij me liggen en neemt zijn gsm om een sms naar de chef te zenden.
Chef, morgen komt Tineke niet werken. Ze is wat ziekjes, vermoedelijk koorts. Ik ben nu bij haar en heb haar temperatuur gemeten. Ze heeft 39 graden.. zou ze thuis mogen blijven?
"Verzonden." Zegt Koen moet een gedempte stem. "Bedankt." Lief kijk ik hem aan. Hij glimlacht en knipoogt. Ik lach maar dat wordt onderbroken door een geeuw. "Aiai. Er is er eentje moe." "Ja. Ik ben redelijk vroeg gaan slapen maar ik ben terug wakker geworden door een droom. Allez, nachtmerrie eigenlijk." Zeg ik. "Over wat ging de nachtmerrie dan?" Vraagt Koen nieuwsgierig. Ik moet lachen. "Over ons. We waren op patrouille en werden opgeroepen voor een gevecht. We kwamen tussen de mannen in en namen elk 1. Even later riep je me naam en een seconde later werd er een schot gelost. De man die bij jou stond had je neergeschoten en ik zag je op de grond vallen. Die mannen zijn weggerend en ik ben naar jou toe gegaan. Ik heb een ambulance opgeroepen en je bloed beginnen stelpen maar je had het niet gehaald. En toen kwam ik wakker." Vertel ik. "Wel, dat die nachtmerrie nooit mag uitkomen." Lacht Koen. "Liever niet, nee." Lach ik terug. "Maar Koen.." zeg ik stil. "Je laat me toch nooit in de steek hè?" Vraag ik onzeker. "Nooit." Antwoordt Koen vastberaden. Hij komt dichter bij me liggen en geeft mij een knuffel. We blijven zo liggen en even later val ik terug in een diepe, vredige slaap.

Sorry als er weer (spel)fouten instaan:€

Wij.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu