Dit verhaal komt voort uit het verwerkingsproces dat ik momenteel onderga. Waarschijnlijk is het niet gezond om te rouwen om een fictioneel karakter, maar dat moeten jullie dan maar voor lief nemen. Alle gekheid op een stokje, het is wel het soort verhaal dat ik nodig vond om op te schrijven. Tissues at the ready?
Lieve Fleur,
Er zijn nog zoveel dingen die ik je wil zeggen. Hoe onnatuurlijk het voelt om deze woorden nu op papier te zetten in plaats van ze je rechtstreeks te kunnen verkondigen is onbeschrijfelijk. Woorden zijn simpelweg een aaneenschakeling van letters waar wij betekenis aan geven door onze aangeleerde leesvaardigheid. Woorden kun je uitspreken of opschrijven. Hier zou geen verschil in moeten zijn. Toch is dat er wel. Het verschil is onoverkoombaar groot. Het zit hem in het feit dat de woorden niet rechtstreeks bij de ontvanger aankomen wanneer ze via papier worden gecommuniceerd. Deze wetenschap is echter alleen in een normale situatie het geval. Maar niks aan deze situatie is normaal. Of ik nu de woorden die ik nog zo graag tegen jou wil zeggen hardop uitspreek of met pen op papier schrijf, het maakt allemaal niks uit. Je hoort, leest of begrijpt ze niet meer. Want je bent er niet meer.
Lieve schat van me, je bent van me afgenomen. Je bent op brute wijze van het leven beroofd. Jouw leven waar nog zoveel uit te halen viel. Je was getalenteerd en gepassioneerd over van alles en nog wat. Je doorzettingsvermogen had je van je moeder. Je koppigheid had je van mij. Je was mooi, lief, zorgzaam en de beste dochter die een vader zich ooit kan wensen. Deze zomer zou je 32 jaar zijn geworden. Nu is je leven gestopt bij 31.
De afgelopen jaren hebben we heel wat gemiste tijd ingehaald. Maar het was nog lang niet genoeg. Jou terug in mijn leven hebben was het beste cadeau dat ik ooit heb gekregen. Ik heb je kunnen zien opbloeien van een zoekende student tot de zelfverzekerde vrouw die je nu was. Ik moet je bedanken voor deze kans die je me hebt gegeven. Dankjewel voor het me toelaten in je leven, en voor het delen van al die mooie, moeilijk en belangrijke momenten. Jij besloot mij in vertrouwen te nemen, en voor dat ben ik je eeuwig dankbaar. Dit is iets wat ik al veel eerder tegen je had moeten zeggen.
Het pijnigt me dat ik nooit meer je aanstekelijke lach kan horen en je prachtige glimlach kan zien. Nooit meer met je door de stad kan lopen. Je nooit meer kan zien stralen op het podium. Je nooit meer mee kan nemen om een nieuw restaurant uit te proberen. Het spijt me dat ik nooit meer in je aanwezigheid kan zijn.
Lieve Fleur, ik had je nog zoveel gegund. Al het geluk van de wereld had ik bij elkaar geschraapt en aan je gegeven had ik de mogelijkheid gehad. Ik weet hoe graag je kinderen had gewild. Een klein jongetje of meisje dat helemaal van jou was. Ik kan je vertellen Fleur dat ik de trotste opa zou zijn geweest die er bestaat. Alle liefde wat ik in me heb had ik aan jouw kinderen geschonken. Ik zou ze mee hebben genomen naar voetbal, zwemles of ballet. Gekkigheid met ze uithalen, tijd met ze doorbrengen. Ze beschermen voor al het slechte op deze aardkloot. Iets waarin ik keer op keer faliekant in heb gefaald bij jou.
Je weet, ik geloof nergens in. Niet in een God, niet in een Hiernamaals. Toch hoop ik dat er iets is waardoor deze woorden jou kunnen bereiken. Deze woorden die met pen op papier zijn gezet.
Het spijt me Fleur. Ik hou van jou. Voor altijd en eeuwig.
Papa
Wolfs kijkt op van zijn papier wanneer Eva de keuken binnenkomt. Ze kan het niet helpen dat ze de aanhef van de brief ziet, maar leest uit respect niet verder. In plaats daarvan vraagt ze: 'Wil je dat ik binnenkort een keertje met je mee ga naar Fleur?' Bewust vermijdt ze het woord 'graf' of iets overeenkomstigs. Ze wil niet dat de herinneringen aan Fleur worden beïnvloed door een bepalende term als 'graf' of 'begraafplaats.' De herinneringen aan Wolfs' dochter moeten levend gehouden worden.
De zwartste dag in hun leven ligt nu een paar weken achter hen. Sinds die dag is Wolfs als een schim door het leven gegaan. Hij eet bijna niks meer, zit vaak urenlang bij Fleur's graf en s' nachts hoort Eva hem vaak huilen. Dat geluid gaat telkens bij haar door merg en been. Ze wil haar partner helpen, maar heeft geen idee hoe. Ze merkt dat hij haar constant probeert te vermijden. Ze is ook nog niet samen met hem bij het graf geweest, de begrafenis daargelaten. Ze wilde hem niet in de weg staan, en hij had haar nooit gevraagd. Vandaag kon ze het echter niet langer aanzien en had ze het voortouw genomen door de beladen vraag te stellen.
Wolfs geeft nog niet meteen antwoord, maar rolt de brief op en stopt het in een plastic, waterdichte koker. Eva gaat achter hem staan en legt voorzichtig een hand op zijn schouder. Er gaan een schokje door haar heen als hij uit het niets een hand bovenop die van haar legt. Dat soort fysiek contact heeft Wolfs de afgelopen tijd consequent afgehouden en de spontane beweging verbaast haar dan ook ten zeerste. Wanneer hij zich omdraait en hij haar aankijkt, ziet ze de tranen in zijn ogen staan. Ze slikt de brok in haar keel weg. Ze is bang dat ze anders ook gaat beginnen met huilen. En dat kan niet, want zij moet de sterkste zijn nu.
'Heel graag,' komt het langverwachte antwoord van haar beste vriend. Dat deze twee woorden zoveel impact kunnen hebben had Eva niet verwacht. Er lijkt een zware last van haar schouders te zijn gevallen. Eindelijk laat hij haar weer toe. Ze kijkt Wolfs na als hij opstaat en de trap opgaat. Nog geen minuut later komt hij terug met haar leren jack. Zelf heeft hij zijn jas al aan. Hij helpt haar in haar jack, pakt de plastic koker van de keukentafel en loopt weer naar boven, er van uitgaande dat Eva hem volgt.
Het is een prachtige, maar koude namiddag. De zon gaat net onder en levert een spookachtig schouwspel op hier op de begraafplaats buiten Maastricht. Wolfs had zelf, met goedkeuring van Fleur's moeder, het graf en de locatie uitgekozen weet Eva. Het is een prachtige plek met uitzicht over het glooiende heuvellandschap van Zuid-Limburg. Er staan een bankje bij Fleur's graf waar Eva op gaat zitten. Wolfs knielt neer bij het graf van zijn dochter en legt met grote voorzichtigheid de koker met de brief tussen de ontelbare bossen bloemen. 'Voor altijd in onze herinneringen. Onze lieve dochter Fleur Wolfs. 29 juli 1985 – 17 februari 2017' leest Eva op de steen.
Wolfs begint het graf schoon te maken van blaadjes en zand die erop terecht zijn gekomen. Blijkbaar gaat het niet zoals hij het wil, want op een gegeven moment gooit hij een takje met bladeren met wel erg veel agressie weg. Zijn ademhaling wordt ook sneller. Wanneer hij een vaas met bloemen op wil pakken om weg te gooien grijpt Eva in. Snel staat ze op en knielt naast hem neer. Ze slaat haar armen stevig om hem heen om zo te voorkomen dat hij nog meer schade kan aanrichten. Ze pakt de vaas met bloemen af die het anders zou moeten ontgelden en zet het weer neer op zijn plek.
Tot dan toe had Wolfs nog geen geluid gemaakt maar ineens komt er een angstaanjagende kreun vanuit het diepste van hem naar boven. Snel wakkert het geluid aan tot een afgrijselijke schreeuw die Eva kippenvel bezorgd. Een woord vormt om zijn lippen. Eén woord dat alles omvat. Het schuldgevoel, het verdriet, de boosheid. Alles komt samen in dat ene woord. 'Waarom?' roept hij uit in pure frustratie. 'Waarom?' Het is een retorische vraag van de hoogste categorie.
Het is de puurheid van de uitval van Wolfs waardoor Eva het niet droog kan houden. Het is afschuwelijk hem zo te zien, maar ze is ook opgelucht dat hij zich eindelijk laat gaan. Nog steeds houdt ze hem stevig vast. Ze merkt dat de gespannenheid van zijn woedeaanval zojuist aan het afnemen is en hij steunt als een slappe lappenpop tegen haar aan. Ze moet haar best doen om zo op haar hurken te blijven zitten en niet om te vallen door het gewicht. Er zijn geen woorden nu goed genoeg om Wolfs troost te bieden. Dat weet zij ook wel. Daarom houdt ze hem simpelweg vast en laat hem zijn gang gaan.
Wanneer de zon helemaal onder is pakt ze zijn hand en leidt ze hem de begraafplaats af. Nog één keer kijkt ze om naar Fleur's graf. Dan kijkt ze Wolfs aan en geeft hem een zacht kneepje in zijn hand. Ze is er voor hem en dat zal ze ook altijd zijn.
JE LEEST
Flikken Maastricht - In het kort gezegd
FanfictionEen verzameling van korte Flikken Maastricht verhalen. Want wie het kleine niet eert... Cover door: @Marleenh20