Hoofdstuk 48: Amber Hoekstraat, als eerst dronken op haar achttiende. AlléénMusic: Bored - Billie ellish
Hoi Teo, (4 maart, nog steeds.)
Mijn wraak was bitter dan bitter en zoeter dan zoeter. Je kan me gemeen noemen. Dat was ik ook. Want ik wist dat Amber die avond werkte, ja, ik kende haar hele rooster uit mijn hoofd. Noem mij maar gek Teo.
Ik nam Liselotte mee, naar het restaurant van Amber waar ze werkte. Ik wist toch al dat het te laat was tussen mij en Amber, ze had mijn hart, twee keer gebroken.
Dus ik vroeg of Liselotte met me mee ging, de bitch en de meeste geliefde bij de jongens, ze wou graag mee. En daar zaten we dan. Amber kwam de keuken uitlopen met een grote glimlach. Mijn eerste gedachtes gingen gelijk naar: Wil ze mij een laatste kans geven? Wat doe ik hier nog met Liselotte.
Maar mijn kwaadaardige grijns kon ik maar niet van mijn gezicht afkrijgen, net zoals mijn ogen die haar aankeken.
Ze keek op, ontmoette mijn ogen. En haar uitdrukking veranderd gigantisch. En ik wist wel zeker dat die glimlach iets met mij te maken had. Want ik hoorde door alle geroezemoes en glazen die klinken haar hart breken.
Wou ik haar zoveel pijn doen?
Roderick, je broer.
---
Ik lig op mijn buik, mijn ogen gericht op het straatje, het straatje wat mij nu misselijk maakt. Liefde maakt mij misselijk.
Vroeger zou ik mijzelf voor gek verklaren, ik was immers het meisje die alles wist van de liefde, maar nu. Nu wil ik alleen zijn, weg van Julian of Roderick. Ja, je hebt het goed gezien.
Ik zei Roderick in mijn zin.
Was het omdat ik medelijden met hem had? Of omdat ik eindelijk de waarheid van Roderick wist. Ik zucht diep. Het liefst zou ik weer gaan huilen. Zo vaak. Over en over.
Mijn telefoon gaat, ik pak hem en kijk wie mij belt. Julian.
Ik neem aarzelend op. "Hee." Zeg ik.
"Hee Am, gaat het wel goed?" Vraagt hij bezorgd wat mijn hele hart in een keer verwarmt. "Je was opeens weg."
"Ik weet het, ik ben denk ik ziek aan het worden." Zeg ik zacht en ik hoor Julian grinniken. "Wat ik je wou vragen, ja nou je weet wel het bal, komt dichtbij." Ik glimlach.
"En ja, nou ik vroeg me af. Wil je misschien mijn date zijn voor het lentebal?" Vraagt hij verlegen. Ik lach. "Natuurlijk!"
Hij lacht ook. "Het is pas over twee weken."
Daarna praten we nog eventjes veder over het lentebal en wat ik moet aantrekken. Een witte jurk. We hangen op.
Ik zucht weer en kijk naar buiten. Gedachtes bij een oplossing voor dit verrote gevoel in mij. Plotseling schiet een idee mij te binnen, een misschien wel dom idee.
Ik ga dronken worden.
---
Zo gezegd zo gedaan. Ik ben naar de drankwinkel geweest een paar flessen sterke drank gekocht, ik ben immers 18 en ik mag drinken. En daarna naar huis gegaan. En hier zit ik dan.
Te kijken naar mijn eerste glas vol geschonken met wodka.
Ik pak het glas tussen mijn handen vast, voel mijn vinger om het glas heen trillen, en drink hem daarna in een keer naar achter.
Ik voel het drank mijn keel binnendringen en een spoor van prikkel achter laten. Ik heb al een keer drank op, maar dat waren vaak cocktails. Ik neem nog een glas en nog een.
Ik doe mijn muziek aan en voel mijzelf al wat soepeler worden, ik neem nog een paar grote sloken van de fles wodka voordat ik de andere fles open maak, en daar een slok van neem. Ik weet dat dit niet heel goed voor mij is maar voor een keer vind ik dat het mag, en dus blijf ik door drinken. Totdat ik haast neer val.
"DON'T SHA WISH YOU *Tring* GIRLFRIEND WAS HOT LIKE *Tring* ME! Don't Sha! Don't *Tring* Sha!" Ik hoor de bel door mijn zangkusten heen gaan en loop wankelend naar de voordeur toe. "Wie is daar? Sinterklaas? De kerstman?"
"Wat?" Hoor ik een bekende stem zeggen.
"Het lijkt alsof ik je stem herken, wacht laat me raden. Ben jij Guus Meeuwis? Of uh Chantal Janssen?"
"Als je nou de deur open doet dan kan je weten wie ik ben." Zegt de stem weer. Dat klinkt wel handig. Ik druk op het knopje en hoor een piepje afgaan. Ik hoor iemand haastig de trap opkomen en doe mijn deur open. "Wie ben jij!" Zeg ik.
Ik kijk naar de trap en mijn ogen ontmoeten die van Roderick die met zo verbaasd is als ik. "Amber wat heb je in hemelsnaam op!" Zegt hij en loopt dichter naar mij toe.
"Wat heb jij op." Probeer ik terug te kaatsen. "Ik bedoel, wat doe jij hier?" Hij schudt zijn hoofd. "Doet er niet toe."
"Jawel!" Protesteer ik. Hij loopt dichter naar mij toe en doet de deur wat wijder open terwijl zijn ogen mijn appartement doorzoeken, en stoppen bij de vijf flessen drank op mijn keukentafel. "Amber." Zegt hij zuchtend.
"Nee! Jij bent zo vaak dronken! Ik oordeel jou ook niet en jij mij dus ook." Zeg ik, hij loopt zonder wat te vragen al mijn appartement binnen. "Hé! Ik woon hier!"
"Weet ik. Waarom drink je Amber?" Vraagt hij opeens erg serieus. "Waarom drink jij?" Kaats ik terug. Hij zucht.
"Als je mijn verdomme dagboek heb gelezen weet je wel waarom ik drink!" Schreeuwt hij opeens heel boos. Ik slik.
"Door je broer?" Vraag ik voorzichtig. Hij zucht gefrustreerd. "Nee Amber niet door mijn dode broer, door jou verdomme, snap je het dan nog steeds niet Amber?"
Ik schud mijn hoofd, opeens helemaal zeker van mijn zaak. Hij zucht en loopt naar de keuken toe en pakt een fles. "Hé!" Zeg ik.
Hij kijkt me aan terwijl hij een slok neemt. "Je denkt toch niet dat ik je alleen laat drinken of wel?"
---
DIE LAASTE ZIN, HOLY SHIT!!!
The way to get started is to quit talking and begin doing. -Walt Disney
JE LEEST
A little bit of love in a lonely story
RomansaIedereen ontmoet wel een jongen of een meisje, toch? Nou dat zeggen ze dus, alsof iedereen een soulmate heeft zoals ze zo mooi zeggen in al die boeken en films, elke potje past wel op een deksel toch? Nou niet dus. In deze achttien jaar dat ik al l...