hoofdstuk 9. Mijn arm is een zombie

137 2 4
                                    

hoofdstuk 9.

iedereen drong om me heen om te zien wat er gebeurde, ik kreunde want mijn hoofd bonkte ontzettend hard. Somige haalden opgelucht adem omdat ik leefde, anderen keken me nog bezorgder aan.

Iemand kwam langs de massa's mensen, degene duwde iedereen opzij en iedereen heek toen haar toen verontwaardigt aan, het was een jong meisje, 'hoe gaat het met je'? vroeg ze met een vriendelijke stem, 'kan beter' en ik vloog het meisje in de armen want ik wist wie dit was.

Dit was Chelsea.

Mijn geheugen begon aan een opfristour en ik herkende een paar gezichten langzaam, Tale, Aiden, Alleen de grote grijze man met de lange baard bleef onbekend.

Ik knipperde met mijn ogen en zag, dat bijna alle jongens van het kamp hier in mijn kleine hutje stonden geperst. Ik zag ook dat ik nog gewoon in mijn bed in mijn hutje lag.

Ik wilde overeind komen maar een vreselijke steek in mijn rechter onderarm, ik keek er naar en zag een rafelige wond, de wond was knalrood en er stroomde een heel klein stroompje bloed uit, om de wond heel was mijn arm helemaal wit en gevoelloos. Ik hield mijn linkerhand voor mijn mond om niet over te geven, maar het was te laat en ik gaf over over het eerste wat ik kon vinden, Aiden.

'Sorry, Aiden' mompelde ik toen ik klaar was en mijn mond helemaal naar mijn maagzuur smaakte. hij keek me pijnlijk aan maar zei niks. Chelsea wees naar de douche in mijn hut en Aiden begreep het in liep naar het hokje.

'wa-wat, wat is er gebeurt?' vroeg ik aan niemand in het algemeen, iedereen keek elkaar mysterieus aan. Ik hoorde Aiden de douche aanzetten, iedereen keek even bijna als uitvlucht van mijn vraag, alleen de man met de grijze baard bleef me aankijken.

Er schoot weer een pijnscheut door mijn arm, en ik verstarde helemaal door de pijn, het voelde alsof iemand mijn bloed aan het uitzuigen was, ik rilde.

De grijze man fluisterde iets tegen Chelsea, blijkbaar wilden ze het niet tegen mij vertellen want ze negeerden me volledig.

'Chelsea?' vroeg ik vragend want ik begon echt bang te worden, ze zei nog wat tegen de grijze man en richtte zich tot mij.

'Je heb een nachtmerrie gehad, een hele erge nachtmerrie, je bent een paar dagen van de wereld geweest, telkens kwamen er wonden op je, je rilde alsof je het helemaal koud had, uiteindelijk gebeurde er niks meer, je hebt ongeveer 4 uur niet geademd, en zojuist hapte je opeens naar adem.'

'En mijn arm, gaat die ooit nog leven?' Chelsea vroeg weer wat aan de grijze man en antwoorde toen met een beetje zekerheid, 'Ja die gaat nog leven,we hebben je speciale medicijnen gegeven die je net in leven hebben gehouden, dat gaat nu ook gebeuren. Maar je moet weer gaan slapen, je moet rusten.'

Ik werd helemaal bang want alles was vorige keer begonnen met het slapen, maar toen ik na wat jammeren toch nog op mijn bed ging liggen viel in direct in slaap.

Nadat ik weer in slaap was gevallen viel ik weer in de donkerte, in werd nu met een veel lichtere druk naar beneden getrokken, eentje die ik makkelijk kon tegenhouden.

Maar er zat 1 adertje onder het gras, hoe langer ik het tegenhield hoe zwaarder het werd, ik had geen idee hoe lang in in deze donkerte zat maar het begon zo zwaar te worden als laatst, ik hield het gewoon niet meer.

Ik wist niet wat er gebeurde, maar ik viel weer naar beneden, en het zwart maakte weer plaats voor het wit, ik zag de hand alweer, maar ik wees hem af. Het voelde als een lucide droom, ik kon beslissen wat er gebeurde, alleen was er een levensgevaarlijke druk die op me duwde.

Ik wees de hand af en kwam weer in mijn hutje terecht, Aiden zat er ook, je kon zien dat hij zachtjes had gehuild. Ik had medelijden met hem ook al was ik degene die telkens weer bijna doodging, hij had niet gemerkt dat ik wakker was geworden. Ik kuchte een beetje en Aiden keek me blij aan, hij vroeg nog wat voodat ik weer in de donkertje belandde, ik hoorde niet wat hij zei maar het zag er lief uit.

De dagen daarna volgden in een grote waas, soms werd ik wakker maar geen keer stond er zoals die eerst keer iemand naast me.

Toen ik uiteindelijk wakker werd was Chelsea voor er voor me om voor me te zorgen, ze voerde me en schudde mijn kussen op tot ik weer kon lopen, wat met de speciale medicijnen al verbazingwekkend snel was.

Ik was helemaal weer beter behalve mijn arm die was nog best dood en die zat ook in een mutella, en ik ging alweer naar het kampvuur, ik voelde me weer helemaal weer fit.

lostWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu