Proloog
Het water was mijn thuis, het strand was mijn thuis, surfen was mijn leven. Totdat mijn vader het allemaal moest verpesten door met die afschuwlijke stadsvrouw te gaan samenwonen.
Mijn naam is Juan, Juan Fernández. Mijn vader komt uit Spanje, vandaar de Spaanse naam. Ik ben in Nederland geboren omdat mijn moeder Nederlands was. Toen ik drie jaar was is mijn moeder gestorven en zijn mijn vader en ik weer teruggegaan naar Spanje. We woonden in een prachtig strandhuis met geweldig uitzicht op de zee. Elke dag kon ik surfen, elke dag kon ik in het water zijn. Ik voelde me altijd vrij in het water, geen verplichtingen. Maar toen ontmoette mijn vader Elena, de afschuwelijke stadsvrouw. Helaas werd mijn vader verliefd op haar en zij wou absoluut niet bij het strand wonen. Dus waar stemde mijn vader mee in? Je raadt het vast al. Het gebeurde zo:
"Ik weiger om hier te wonen." Bij het woord 'hier' trok ze een vies gezicht. "Dit is te ver van de stad. En al dat zand in je huis is toch afschuwelijk.." Ze veegde met haar handen over haar nette jurkje om haar woorden kracht bij te zetten. Mijn vader keek haar met medelijden aan. "Ik heb nooit gezegd dat we hier moesten blijven wonen..." Elena had mijn vader helemaal ingepakt, ooit had mijn vader gezegd dat hij hier wou sterven. "Maar je zoon wel." Ze wees vol afschuw naar mij, tot mijn verbazing mijn vader ook. Hij was helemaal veranderd nadat hij Elena had ontmoet. "Hij gaat waarschijnlijk over een paar jaartjes uit huis dus maakt het niet uit wat hij denkt." Dit had ik absoluut niet verwacht van mijn vader, we deden alles samen, we waren altijd samen geweest en nu moest die Elena het allemaal weer verpesten. Begrijp mij niet verkeerd Elena was een hele mooie vrouw met krullend bruin haar en chocolade bruine ogen.
"Ga met mij weer terug naar Nederland. Er is niets mooier dan de prachtige stad Amsterdam." Ik had een hekel aan de stad, je had er totaal geen vrijheid. Geef mij maar de zee, het strand. Ik keek mijn vader smekend aan en hoopte dat hij nee zou zeggen. Zonder na te denken gaf mijn vader antwoord. "Ik ga met je mee," hij keek mij aan, "en jij ook." Ik wist dat mijn leven verpest was.
En nu was ik mijn spullen aan het inladen in de verhuiswagen. Ik had mijn vrienden al gedag gezegd en ik was van plan om zometeen nog even naar het water te gaan. Ik kon niet weggaan zonder haar nog een keer te zien. We surften al sinds we jong waren samen en ik begon steeds meer voor haar te voelen. Haar lange stijle, blonde haar waaide altijd in de wind als we samen over het strand liepen. Soms keken haar donker blauwe ogen mij zo diep in mijn ogen aan dat het leek alsof ik de golven in haar ogen zag bewegen. Haar ogen deden mij altijd denken aan de zee, de zee waar ik me thuis voelde.
Ik zag haar op een rots zitten, voor haar uit te staren. Stilletjes ging ik naast haar zitten en sloeg een arm om haar heen. Ze schrok even want ze had me blijkbaar niet aan horen komen lopen.
"Hey." Zei ze. Ze keek me niet aan en ik hoorde aan haar stem dat ze gehuild had. Ik pakte haar kin zachtjes vast en draaide haar gezicht naar me toe. Ze kon zich niet meer inhouden en de tranen begonnen over haar wangen te stromen. "Ik wil niet dat je weggaat. Met wie moet ik nu surfen?" Ik nam haar in een omhelzing totdat ze wat rustiger werd.
"Ik zou ook het liefst blijven. En je vindt vast wel iemand waarmee je elke dag kan surfen."
"Niemand surft zo goed als jij." Ze stond op en begon heen en weer te lopen. "Kan je niet gewoon blijven? Je kan best bij mij en mijn ouders komen wonen, we hebben nog een soort van klein appartement in onze tuin."
"Dat vindt mijn vader vast niet goed." Ik keek haar twijfelend aan.
Ze keek naar de grond en ademde diep in en uit voordat ze weer begon te praten. "Ik moet wat bekennen, voordat het te laat is." Ik stond nu ook op en pakte haar armen vast en keek diep in haar ogen. "Ik jou ook." Zei ik met een verlegen stem.
"Ik.. Ik denk-" Begon ze.
"Juan! We gaan zo vertrekken." Schreeuwde mijn vader vanaf ons strandhuis.
"Juan?" Ik keek haar weer opnieuw aan. "Ik vind je al een tijdje leuk. Dit wou ik je toch nog vertellen voordat je.." Ze moest een snik onderdrukken. "Voordat je weer naar Nederland gaat."
Ik haalde opgelucht adem en nam haar in een diepe omhelzing. "Ik jou ook." Fluisterde ik in haar oor. Onze gezichten kwamen steeds dichter bij elkaar. En voor het eerst voelde ik haar zachte lippen, die roken naar meloen-lipbalsem, op mijn lippen, iets waar ik al jaren van droomde. Het was nog beter dan in mijn dromen. De tijd leek stil te staan en even dacht ik dat deze geweldige kus eeuwig zou duren en dat ik nooit weer terug naar Nederland zou hoeven gaan. Totdat onze kus abrupt werd verbroken door mijn vaders schreeuwende stem. "Juan! We gaan!"
Ik deed een stapje naar achteren en keek haar opnieuw aan. Ik kon geen woord uitbrengen en wou me omdraaien om naar mijn vader te lopen toen ik opeens een hand op mijn schouder voelde. "Ga niet weg." Ze keek me met smekende ogen aan. Ik liep verder zonder iets te zeggen en zwijgend liep ze achter me aan. Beiden wisten we dat het niet anders kon.
Mijn vader deed de deur van de auto voor me open. "Je bent al laat, jongen. We moeten nu echt gaan."
"Nee, alsjeblieft ga niet!" Ze pakte mijn arm vast en liet me niet instappen. "Kan hij niet bij mij blijven?" Ze keek mijn vader smekend aan.
"In jou bed zeker? Ik dacht het niet, daar zijn jullie te jong voor."
"Nee, natuurlijk niet. We hebben een klein appartement in onze tuin, daar kan hij wonen." Mijn vader zijn uitdrukking veranderde toen ze dat had gezegd. Hij wist dat hij mij er gelukkig mee zal maken, maar toch durfde hij mij niet te laten gaan. Zijn uitdrukking werd weer harder. "Ik kan hem niet laten gaan, nog niet. Het spijt me." Ik stapte in de auto nadat hij dit had gezegd, ik wist dat hij niet van gedachte zou veranderen. Mijn vader stapte ook in, ik zag Elena al voorin de auto zitten naar haarzelf te kijken in een spiegeltje.
Ik draaide mijn raam open en keek voor de laatste keer naar de golven in haar ogen.
"Ik zal je missen, Fiona."
Vote ^^
Comment ^^
JE LEEST
Back to Spain
RomanceHet water was mijn thuis, het strand was mijn thuis, surfen was mijn leven. Totdat mijn vader het allemaal moest verpesten door met die afschuwlijke stadsvrouw te gaan samenwonen. Mijn naam is Juan, Juan Fernández. Ik moest mijn grote liefde in Span...