Hoe je van kinds af aan opgroeit en in aanraking komt met de wereld en de mensheid om je heen maakt je tot wie je bent. Eén verkeerde keuze op het pad naar volwassenheid en je kunt van kletsen op slaapfeestjes verlaagd worden tot het in brand steken van auto's – omdat je 'vrienden' dat van je verwachten om enkel al tot hun vriendenkring te behoren. Alle acties hebben gevolgen, niet alleen voor jou, maar ook voor de connecties om je heen.
Vanaf de eerste dag gingen alle alarmen bij mij af elke keer als ik Ramon zag, een tweedejaars uit een rijk gezin en de populairste op school. Zijn houding, zelfvoldane blik en 'grappige praktijken' lieten mij direct weten dat ik niets met deze jongen te maken wilde hebben. Toch heeft die bewustzijn mij nooit voorbereid op waartoe hij in staat was. Alle eerstejaars lagen aan zijn voeten, bereid om alles te doen om ook maar tot zijn vriendenkring te behoren en iedereen geloofde hem als hij weer eens onzin sprak. Alles wat hij hen heeft laten doen... en toch lijkt hij de negatieve gevolgen af te stoten bij elke keuze die hij maakt.
Dagelijks vraag ik mij af welke keuzes ik anders overwogen zou moeten hebben om niet op deze plek op dit moment uit te komen. Zijn die keuzes mij wel eens aangeboden, of heeft elke generatie een zondebok nodig om het leven van anderen in het zonlicht te zetten.
Nee, er hebben mij zich genoeg momenten toegereikt, alleen was ik te bang om die gelegenheden te accepteren voor wat ze zijn: een kans op een beter leven. Maar waarom heb ik die zoete seconden, die kansen naar geluk, aan mij voorbij laten schieten? Waarom ben ik het duistere pad blijven volgen, terwijl er op elke afslag een deur beschikbaar was naar vrijheid.
Misschien is de scheiding tussen een goede en slechte keuze voor anderen beter te onderscheiden. Zij blijken immers een leven te leiden waar ik enkel van kan dromen. Een leven waarin ik gelukkig kan wezen, waarin ik kan lachen, plezier kan hebben aan de kleine dingen in het leven: wandelingen door het bos, naaktzwemmen in een meer of enkel kan genieten van het leven van een vlinder – misschien wel van vlinders in mijn buik.
Mijn voeten en hart verzetten zich hevig tegen hetgeen wat ik van plan te doen, maar mijn brein maakt het inmiddels niet meer uit. Zonder een woord te spreken loop ik de douche in, ook al heb ik niet mee gedaan met de gymles – ik voel me desalniettemin vies.
Het gegiechel en gepraat verandert in een ijzige stilte wanneer ze mij zien langslopen. Stekende ogen volgen mijn iedere stap en laten onzichtbare schrammen achter bij elke spier die ik beweeg. Terwijl zij in gedachten slecht over mij praten is het enige wat in mij opkomt: welke keuzes hebben zij anders genomen, welke momenten hebben zij toegereikt gekregen om daar te staan, en ik hier - en waarom ben ik daar het gevolg van.
Gisteren zagen deze meiden mij nog als hun klasgenoot, als hun vriendin. Nu kan ik de aanraking van hun ogen op mijn huid voelen, op zoek naar het geringste, om hun vermoedens - dat ik een monster ben - te bevestigen. Acht paar ogen bekijken mij van top tot teen. Geen met dezelfde gedachten, maar wel met dezelfde woorden die hen is toegefluisterd.
Normaal doe ik nooit mee met het douchen na een gymles. Het liefst douche ik thuis om de starende blikken te voorkomen, bang dat het enige wat ze zullen zien een gebroken tiener is die op elk moment aan gruzelementen kan vallen.
Terwijl ik mijn handen door mijn haar haal hoor ik mijn klasgenoten achter mijn rug om over mij praten.
'Nee, niet doen,' hoor ik zachtjes door de douche echoën.
'Eh, slet,' hoor ik een ander gebeten achter mij zeggen. 'Mooie tatoeages. Is dat eigen productie of heeft iemand anders die je gegeven.' Waardoor de rest de moed krijgt om te lachen en weer te roddelen. 'Ik heb mij altijd al afgevraagd waarom je nooit douchte na de gymles. Nu weet ik waarom.'
Zoals altijd probeer ik het simpelweg te negeren, probeer ik de gevoelens die mij mijn hele leven aandringen tot actie te negeren. Het heeft in het verleden immers geleid tot meer problemen, maar een gebalde vuist kan ik niet onderdrukken. Het lijkt hen enkel meer aan te zetten.
Wat me het meest woest maakt zijn de woorden die ik opvang. Woorden uit scenario's die ik met hen heb meegemaakt, waarin we tezamen genoten. Van keren dat we faalden met volleyballen of gesprekken die we met zijn allen hebben gevoerd, pratend over de leuke jongens op school. Nu draaien ze de woorden om en laten het lijken alsof het nooit leuke momenten zijn geweest. Ze praten er slecht over met de hoop dat het nooit gebeurd zou zijn. Ze laten het lijken alsof ze me liever nooit hadden ontmoet.
'Wil je vechten?' Klinkt de stem nu nog dichter achter me, welke ik nu kan onderscheiden als die van Denise. Twee handen pakken mij op mijn heupen vast waardoor ik geschrokken opspringt en omdraait. 'Waar is die woede nou in eens heen.'
Ze kijken me allemaal met een glimlach of verachting aan, op Sara na, die niet op haar gemak lijkt en met dit alles het liefst niets te maken wilt hebben. Hoe zeer ik ook hoop dat zij mij een helpende hand toeschiet, ik weet dat die niet zal komen. Niet op dit moment.
'Ramon had haar net aan het huilen gemaakt,' zei een van de anderen. 'Ik weet zeker dat ze nu aan het huilen is. Waarom zou ze anders gaan douchen.'
Nog meer gelach.
Het gelach echode door de douche heen en zorgt er voor dat mijn benen beginnen te trillen. Ik kan de tranen over mijn wangen voelen rollen, maar hoop enkel dat het niet opgemerkt word en dat het zo voorbij zou zijn. De les begint zo en als ze te laat de les komen riskeren ze het om na te moeten blijven. Het enige wat ik tot die toe moet doen is hun geen appel toereiken.
Dit hele gebeuren zullen ze binnenkort weer vergeten, sprak ik mezelf toe. Dat is hoe het altijd ging. Altijd wanneer ik in mijn moeders ogen weer iets fout deed, kreeg ik dat voor een paar dagen te horen. Daarna suste vader haar altijd en was het wachten tot de volgende uitbarsting.
Toch rolt er een vraag over mijn tong. 'Van Ramon had ik verwacht dat hij het als een spelletje zou gaan zien, maar van jullie had ik het anders verwacht. Weet je, als vriendinnen.' Ik hoop alleen dat ze de kwetsbaarheid in mijn stem niet opmerken.
Stilte. Blijkbaar hebben ze niet verwacht dat het gebroken meisje nog zou praten. Toch denkt Denise daar anders over.
'Wij vriendinnen. Meid, we gaan alleen met je om omdat je vriendinnetje dat van ons verwachtte. Onthoud. Dat.' Bij de laatste woorden pookt ze met haar vinger in mijn schouder.
'Stop dat,' roep ik binnensmonds. Als ik opkijk zie ik de mondhoeken van Denise langzaam krullen. Geef ze geen appel.
'Vind je het niet leuk als ik dit doe?' Bij elk woord pookt Denise haar vingers in mijn huid.
Geef niet toe blijf ik mijzelf toe fluisteren.
'Heb je liever dat Fabiënne het doet?' zegt ze speels.
Voor ik mezelf kan stoppen is het al gebeurd. Door de onverwachte impact verliest Denise haar evenwicht en land ongemakkelijk op haar achterste in het midden van de douche. Enigszins verast en geschaamd is ze zonder woorden. Alle ogen zijn nu gericht op Denise en het enige wat door mijn hoofd rond gaat is: of er een betere keuze was. Een keuze die zou leiden tot een sprankje hoop. Het enige wat ik nu kan doen is afwachten op het positieve of negatieve gevolg.
JE LEEST
Een Prachtig Lied
Short StorySommigen leven een leven vol vrolijkheid en genot, anderen hebben niet zo'n geluk. Wat doe je, als tienermeisje, wanneer de hele wereld tegen je lijkt te zijn terwijl je vroeger ten volste genoot? En wat doe je dan als de enige persoon die om je gee...