Epiloog

5 0 0
                                    

Ik kon alleen maar denken aan hoe verschrikkelijk koud het was. Het was koud en ik kon me niet bewegen. Mijn hart klopte zo langzaam dat het voelde alsof het elk moment kon stoppen. Ik was in veel pijn. Herinner je je nog dat het zo koud was buiten, en je was vergeten om handschoenen aan te doen, dus je handen begonnen pijn te doen van de kou? Dat gevoel verspreide zich momenteel over mijn hele lichaam. Alles deed pijn en ik kon me niet bewegen.

Ik wist dat ik in de sneeuw lag. Ik lag er al een tijdje in. Sneeuw was mijn favoriete ding in de hele wereld. Ik zou het herkennen in de eerste seconde dat ik het aanraakte. Ik herinner me dat ik als klein meisje wakker werd en naar beneden strompelde, de ruiten waren beslagen van de kou en er lag een dikke laag sneeuw buiten. Pap en ik aten ons ontbijt dan altijd razendsnel op en gingen zo snel mogelijk naar buiten, de slee onder zijn arm gedrukt. Dan renden we naar de heuvel waar ik mee ben opgegroeid en daar gingen we sleeën. Het is de beste herinnering die ik nog van hem heb. Toen ik 14 was werd vastgesteld dat hij kanker had. Toen ik 15 was is hij eraan overleden. Ik wist dat ik niet aan deze dingen moest denken, en al helemaal niet als ik op het punt lag te sterven van kou. Maar helaas leid het brein zijn eigen weg, net als het hart trouwens. Stom hart. Stom hart dat langzaam klopt.

Waar ik me zorgen om zou moeten maken was waar ik was en hoe ik er weg kwam. En daarnaast hoe het zo snel van zomer naar winter kon veranderen. En sinds wanneer is het normaal om half dood in de sneeuw wakker te worden? Nou ja, wakker? Het is maar wat je wakker noemt.

Ik voelde mezelf weer langzaam wegzakken tot het diepe zwart van het niets.

FrostbiteWhere stories live. Discover now