•Hoofdstuk 1, vijfde jaar•

405 17 8
                                    



Raven
Ik liep de Hogwartsexpress door. Bijna alle coupés waren al bezet. Ik opende de deur van de volgende coupé. Er zat een meisje in van mijn leeftijd met rood, krullerig haar en groene ogen. ''Hey, mag ik hier komen zitten?'', vroeg ik haar. ''Tuurlijk!'', zei ze, en ik ging zittten. ''Ik ben trouwens Raven, Raven McWillow.'' Ze lachte naar me en zei: ''Ik ben Lily Evers. Ben je nieuw trouwens? Volgens mij heb ik je nog nooit gezien. ''Nee hoor. Of eigenlijk, ja. Ik was twee jaar op uitwisseling naar Beauxbattons, je weet wel, die school in Frankrijk. Niet echt mijn ding. Veel te streng, en ik mocht geen Transformagie gebruiken.'', vertelde ik haar. ''Ben je Transformagiër?'', vroeg Lily. Ik knikte. Vervolgens keek ze me een beetje schaamtelijk aan. ''Wat is jouw bloedstatus dan?'', vroeg ze dan twijfelend. ''Nog nooit gehoord van John McWillow?'', vroeg ik lachend. Ze schudde beschaamd haar hoofd. ''Geeft niets. Ik ben er juist blij om. Hij is mijn vader. Hij regelt dingen voor bezems enzo, daarom kijken mensen vaak. Zeg het niet door, maar mijn vader is volbloed Russische tovenaar, maar mijn moeder een Waternimf. Dus ja. En ik geef niet om bloedstatus. We zijn allemaal hetzelfde, alleen kunnen Dreuzels niet toveren. ''Lily keek me aan met een opgelucht gezicht. ''Gelukkig. Ik heb dreuzelouders, en daarnet schold Malfoy, die zevendejaars Slytherin me uit voor mudblood. Hij keek zo gemeen naar mijn ouders. Echt eng gewoon.'' Ze huiverde lichtjes. Hoe durfde hij? Domme Zwabberaar. Voor ik kon reageren ging de coupédeur open. ''Lilyflower!'', riep een opgewonden stem, en Lily slaakte een lange zucht. ''Help.'', vormden haar lippen. Ik grinnik zachtjes. Er kwam een jongen met warrig, kastanjebruin haar, kastanjebruine ogen en een ronde bril binnengestormd. Hij was best knap. ''Lilyflower! Daar ben je! Je bent me niet eens hallo komen zeggen op het perron!'', riep hij verontwaardigd. ''Je hebt me daarnet gezien, arrogante zak die je bent!'', riep Lily uit. Nu hield ik het niet meer. Ik barstte in lachen uit, en hij kijkt me verbaast aan. ''D..dat ggezicht whahaha! Ge gewweldig!'', lachte ik. ''Lilyflower, wie is zij?'', vraagt hij verbaast. ''Zij heeft ook een stem.'', zei ik nepboos. ''Aangenaam, Raven McWillow. James Potter, als ik het niet mis heb? Je lijkt op je vader.'' Hij kijkt me verbaast aan. ''Hoe weet jij dat nu weer?'', vroeg hij verbaast. ''Voor jou een vraag, voor mij een weet.'', knipoogde ik. Nu was het Lily's beurt om te beginnen lachen, en haar lach was zo aanstekelijk dat ik meelachte. James' gezicht was gewoon dommig. Hij ging quasi-beledigd zitten, maar zijn gezicht klaarde op toen een gestalte in de deuropening van de coupé stond. ''Hey, Siri!''
Ik kleine irritatie kwam op, maar ik negeerde het. Ik voelde al dat ik deze persoon niet mocht. Toen hij de coupé binnenkwam, verbaasde me dat eigenlijk niet. De gestalte was net iets groter en gespierder dan James, zwart haar en donkerbruine ogen. ''Black.'', zei ik kortaf. Vreemd hoe snel de sfeer kan omslaan in een paar seconden. Lily en James leken te voelen dat ik hem nu al niet mocht, en ze zaten er wat ongemakkelijk bij. ''Zozo, jij kent mij al. Nu nog omgekeerd.'', grijsde hij. ''McWillow voor jou.'', zei ik kil. ''Zeg eens Raviepoo, wil je naast mij zitten tijdens de sorteerceremonie? Die is altijd zo saai, en ik wil me wel met iets leukers bezighouden.'', knipoogde hij. ''Wat dacht je van: nee.'', zei ik. ''Oeeehh, Siri, dat is zeker de eerste keer dat jij wordt afgewezen?'', plaagde James hem. ''Kop dicht, Jamie.'', gromde Sirius.
''Oké, oké.'', mompelde James. ''Kom, we gaan naar Remus.'', gromde Sirius. En ze vertrokken. '''Ik ben niet zoals mijn familie.'', zei Zwarts. Ik trok een wenkbrauw op. ''Hij zit in Gryffindor.'', zei Lily. ''Weet ik. Hoezo kende jij James en Sirius al?'', vroeg ik Lily. ''Bij Madame Mallekin, voor onze schoolgewaden in het eerste jaar. Ik haat ze. Enkel Remus is aardig. Hiervoor zat ik met hen in een coupé, maar ik ben er vertrokken.'' Ik knik begrijpend. ''Maar hoezo ken jij hun?'', vroeg ze verbaasd. ''James' vader werkt soms samen met de mijne en nou ja, de familie van Sirius is redelijk ''bekend'', zeg maar dat ze van mening zijn dat zij de besten zijn en de rest kan sterven voor hun part. Ik zag ze op de Diagonally. Lijkt me een vreselijke familie.'', mompelde ik zachtjes. Er viel een opgelaten stilte, maar die werd al snel onderbroken door-Bonk! ''Auw!'' ''Kijk is uit!'' ''Doe het zelf!'' ''Ik hoef niet per se te weten of ''Lilyflower'' me leuk vindt!'' ''En jij dan! Jij wilt alleen weten wie dat nieuwe meisje is om weer een hart te breken!'' ''Houd je mond, James!'' ''Houd hem zelf, Sirius!'' Ik liep naar de deur en rukte hem open. James en Sirius lagen voor de deur op de grond. Ze keken zo onschuldig mogelijk naar boven. ''Hoi, moonlight! Hoe gaat ie?'', vroeg Sirius opgelaten. Ik kneep mijn ogen tot spleetjes. ''Serieus? Moonlight? Weet je niks beter? Echt hoor.'' Ik rolde met mijn ogen, hoewel die naam me bang maakte. Zou hij me herkent hebben? Dat zou rampzalig zijn. ''Nou ja, James noemt Lily toch ook Lilyflower? Had je dan liever Raafje ofzo? Vind ik ook nog wel een goeie!'', knipoogde hij. Ik zuchtte. ''Wat jij wil. Waarom liggen jullie hier op de grond?'' Ik kijk hen uitdagend aan. ''Laat ze maar, Rave. Ze zijn het niet waard.'', zei Lily. James keek haar nep-gekwetst aan.

Me? Loveproblems? Never! I think so...Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu