16. Ayame - Reünie

4 1 0
                                    

Hier wegkomen zou dus niet zo gemakkelijk zijn als men eerst zou denken. Volgen Aeolus waren de gangen compleet overwoekerd met Drür. Over zijn gesprek met Evrost wil de Farantiaan trouwens ook niets loslaten. Aeolus liet het erbij dat er niets interessants was gebeurd en dat hij Evrost ook niets had verteld wat deze niet zou moeten weten. Dit betekende ook, dat Aeolus niet uit weet over wat hij wel had verteld. Ik maakte me namelijk wel zorgen over wat de Farantiaan mogelijk had verteld aan de 'Koning'. Maar deze weigerde botweg om hier verder over uit te wijden. Uiteindelijk had ik het dus maar op moeten geven. Asl had ondertussen ook geen woord gezegd en dit gold eveneens voor Flúmen. De Pegasus was verdacht stil en ik vroeg me af waar hij nu precies was. Het leek er niet op dat hij moeite had gehad met communiceren. Aangezien de laatste keer dat ik hem sprak, hij duidelijk had geklonken. Misschien hadden de Drür hem ondertussen verplaatst? Waar hij überhaupt zat wist ik niet. Heel kort had de Pegasus wel wat gezegd over de vreemde hagedissen, maar dat was dan ook alles.

Diep zuchtend liet ik mezelf opnieuw zakken tegen de koude celwand. In de gepasseerde tijd, had ik mezelf een aantal keer bewogen. Deels om warm te blijven en deels om gewoon in beweging te blijven. Ik verveelde me en maakte me zorgen. We waren onderweg naar Saltus, we konden hier niet te lang vastzitten. Zo kwam ik nooit meer thuis. Mijn hoofd achteroverleunend deed ik iets wat ik al zo vaak had gedaan. Ik zocht contact met Tero.

~

Luid gekletter wekte me uit mijn met vlammen gevulde dromen. Verstoord kwam ik overeind, ondertussen mijn ledematen strekkend. Mijn blik richtte zich buiten mijn cel, waar ik een aantal Drür hoorde mompelen. Al snel leek het erop dat er alarm geslagen werd. Aangezien één van drie zich de tunnel in haastte. Nieuwsgierig bekeek ik het stel wat beter. Zo te zien stonden ze bij Morgane haar cel en deze was open. Was ze ontsnapt?

Veel langer hoefde ik trouwens niet op het antwoord te wachten. Evrost kwam uit de tunnel tevoorschijn. Hij wierp een blik op de cel en begon daarna op een hoge toon bevelen te blaffen. "Vind haar nu! Ver kan ze niet gekomen zijn!" Woest keek hij zijn onderdanen aan. Deze vielen haast over hun voeten, in een poging om te maken dat ze wegkwamen. Terwijl een deel van het gevolg de tunnel in verdween, kwamen er ook een aantal andere Drür tevoorschijn. "Breng de overige drie gevangen naar de Qar Zaal! Bewaak ze zodat er niemand meer weg kan." Kwaad wierp hij een blik op de cel van Aeolus en Asl. Waarna zijn blik zich kruiste met die van mij. Chagrijnig keek Evrost me kwaad aan, maar zonder verder nog iets te zeggen verdween hij uit het zicht.

De bevelen snel opvolgend, werden we alle drie ruw uit onze cellen getrokken. Asl had liggen slapen aangezien hij er allesbehalve wakker uit zag en meermaals over zijn eigen voeten struikelde. Flink en niet bepaald zachtaardig, vooruitgeduwd werden we opnieuw door meerdere tunnels geleid. Ditmaal leken we nog verder af te dalen. Tot we uiteindelijk halthielden voor een stel dubbele deuren. Luid krakend gingen de deuren open en werden we, opnieuw, naar binnen geduwd. Ze hielden wel erg van duwen hier.

Deze zaal was niet zo groot als de troonzaal van Evrost. In het midden van de ruimte stond een ronde tafel, waaraan 11 stoelen geplaatst waren. Voor de rest stonden er enkele halve pilaren verspreid door de ruimte. Op de top van de pilaren waren kaarsen geplaatst, die slechts een flauw licht verspreidden. De rest van de ruimte was leeg. Na om zich heen te hebben gekeken was Aeolus de eerste die zich neer zetelde op een van de stoelen. Asl volgde al snel zijn voorbeeld, waar ook hij neerplofte op een stoel en zijn hoofd op tafel legde. Ik daarentegen was niet moe meer. Klaarwakker liep ik door de ruimte heen, kijkend of ik nog iets bijzonders kon ontdekken. Helaas zou ontsnappen waarschijnlijk wel onmogelijk zijn. Aangezien er twee Drür bij de deur stonden die ons nauwlettend in de gaten hielden en ook nog is zwaarbewapend waren. Aan de buiten kant zouden er waarschijnlijk nog meer Drür staan. Met een zucht gaf ik na een tijdje mijn zoektocht op en begaf me ook maar in de richting van de tafel. Neerploffend op een van de stoelen, een eindje van beide Farantianen verwijderd, werd er een blik op me geworpen door Aeolus. Natuurlijk kon ik het niet laten om een koude blik terug te werpen. Iets wat resulteerde in een Farantiaan die een diepe zucht slaakte. Asl keek ons kort eventjes aan, waarna hij door ging met pulken aan zijn kleding. Nadat de Drür ons voor het eerst gepakt hadden, hadden ze zijn kleding ook meegenomen. Die had de Farantiaan in zijn handen geduwd gekregen voordat hij zijn cel in was gegaan. Al eerder was het Aeolus geweest die hem had gezegd om de emblemen van de koning te bedekken. Eerst had Asl tegengesputterd, maar uiteindelijk had hij het argument niet gewonnen. Vandaar dat nu allebei de plekken waar de emblemen zaten, bedekt waren met een goedje dat leek op houtskool. Ik hoopte alleen dat het wel een stuk zou blijven zitten dan houtskool, ondanks dat het dit tot nu toe inderdaad wel had gedaan. Opnieuw een zucht slakend liet ik mijn hoofd achterovervallen. Mijn blik gericht op het onregelmatige plafond boven onze hoofden.

Next to Earth - Ayame || Onder constructieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu