Jayda

2 0 0
                                    

Als ik mijn ogen open schijnt er een fel wit licht in mijn gezicht, ik knijp mijn ogen snel dicht door het effect en krijg meteen hoofdpijn. Ik open weer rustig mijn ogen en knipper een paar keer zodat mijn ogen wennen aan het licht. Ik kijk om me heen door de witte onbekende kamer.

Het duurt even voor ik besef waar ik ben, maar aan de piepende geluiden te horen ben ik in het ziekenhuis. Ik probeer recht op in het bed te zitten maar het gaat met veel moeite. Ik zucht diep.

"Hey vreemdeling." Een zachte stem naast me doet me schrikken. "Rustig maar, ik ben het." Cameron geeft me een geruststellende blik en ik glimlach. "Hey kleintje." Antwoord ik zwak. Hij glimlacht weer. "Je moet me niet meer zo een hartaanval bezorgen anders word jij een kleintje!" Grapt hij. "Sorry.." antwoord ik zacht. Cameron schud zijn hoofd. "Ik ben lang blij dat het goed komt." Hij geeft me een kus op mijn voorhoofd en gaat weer in zijn stoel zitten.

Naast hem zitten Michelle en Shemaira. Ze komen naast mijn bed staan. "Sukkel!" Roept Michelle en ze veegt haar tranen weg. "Je hebt me laten schrikken." Ik glimlach. "De Michelle? Heb ik DE Michelle laten schrikken?" Ze giechelt en gaat weer zitten. Shemaira blijft naast mijn bed staan.

"Hey." Zeg ik. "Hey, het spijt me.." begint ze ik glimlach. "Voor wat? Het luisteren naar mijn problemen? Me laten genieten van een lekkere champagne? Je hebt me meer geholpen dan wie dan ook!" Ze glimlacht en geeft me een zachte knuffel. Ik zucht en zie dat iedereen de kamer verlaat. Ik frons mijn wenkbrauwen als Jayden naast mijn bed komt staan.

"Hi.." begroet ik hem. Zijn ogen zijn rood en hij kijkt bezorgd. "Gaat het?" Vraag ik meteen. "Nu wel ja.." ik glimlach. "Ik maakte me zorgen." Geeft hij toe. "Om wie? Om mij? Ach ik ben sterk!" Hij lacht om mijn grapje. "Jayda ik.." hij stopt met praten. "Wat?" Vraag ik zacht. Hij schud zijn hoofd "laat maar, hoe voel je je?" Veranderd hij het onderwerp. "Nou gewoon goed. Behalve dat ik eigenlijk niet met je moet praten." Vertel ik eerlijk.

"Waarom niet?" Hij verheft zijn stem weer. "Precies om deze reden. Je kan niet doen alsof we geen ruzie hebben gehad voordat ik in deze lelijke kamer terecht kwam, Jayden." Zeg ik rustig. Ik ben heel erg uitgeput van de medicatie die ze me hebben gegeven.

"Ik had geen ruzie met je.." liegt hij. "Je bent met me naar bed geweest en de volgende dag doe je alsof ik stof ben. Ik wil niet, nee ik ben niet een van de vele meiden waar je mee naar bed bent geweest Jayden. Ik heb meer zelfrespect dan dat." Een traan verlaat mijn wang. Jayden brengt zijn hand naar mijn wang om de traan rustig weg te vegen.

"Sorry.." fluistert hij. "Jayda ik.." begint hij weer. "Je wat Jayden?" Hij kijkt me recht in mijn ogen aan. "Ik weet niet hoe ik moet omgaan met dit alles. Ik wil je geen pijn doen.. ik weet gewoon niet hoe ik, wat ik.. waar ik moet beginnen.. of waar ik heen wil.." ik zucht diep. "Laat me je helpen Jay.." hij knikt en leunt naar voren. Een paar centimeter van mijn lippen verwijderd vraagt hij "is dit oké?" Ik knik en hij drukt zijn lippen zacht op de mijne. De kus is teder en geliefd. Hij pakt een stoel en plaatst die naast mijn bed voor hij erin gaat zitten.

"Meneer Maxwell, het bezoekuur is voorbij." Een verpleegster komt binnen en kijkt Jayden aan. "Ik blijf hier de hele avond. Ze mag morgen weg." Zegt hij vastberaden. De verpleegster wil ertegenin gaan maar zwijgt en loopt weg als ze zijn blik ziet.

"Ik ben moe." Jayden richt zich weer op mij. Hij zet een losgeslagen krul achter mijn oor en wrijft over mijn wang. "Ga maar slapen." Zegt hij en hij kust mijn voorhoofd.

Een hand maakt zachte bewegingen langs mijn arm en ik probeer te zien wie het is. Als ik mijn ogen open kan ik niets zien, het is pikkedonker. "Je bent zo volwassen geworden.." hoor ik een stem fluisteren. De stem is warm en donker, zwaar. Het is een man dat weet ik zeker, maar wie?

"Ik wist dat je voor mn jongen zou zorgen. Je bent zo een sterke vrouw, net als je moeder." Gaat de stem verder. Is dit..?

"Pap?" Probeer ik te zeggen, maar er komt geen geluid uit mijn mond. Ik probeer het weer en dit keer verlaat een kreun mijn mond. Waarom kan ik hem niet roepen?

"Pap?" Mijn stem komt er schor en zacht uit, maar de man heeft me gehoord. Ik hoor wat gevloek en geritsel en voor ik het weet val ik weer in een diepe slaap.

//

De volgende ochtend word ik langzaam wakker. Ik staar meteen recht in de rustgevende ogen van Jayden. "Goedemorgen schoonheid." Glimlacht hij. "Hoe lang kijk je al naar me?" Vraag ik, mijn stem nog steeds schor. "Hmm een klein uurtje zo?" Ik probeer recht te zitten. Jayden fronst zodra hij ziet dat het heel moeilijk gaat en schiet me meteen te hulp. "Ik kon het zelf.." mompel ik. Jayden kijkt verward.

"Ik heb liever niet dat je naar me staart als ik slaap." Zeg ik zijn blik negerend. "Hoezo niet?" De verwarring is in zijn stem te horen. "Ik zie er dan niet uit en ... ik wil het gewoon niet oke." Ik weet dat ik lieg. Ik vind het leuk dat hij naar me staart, maar ik moet een reden geven van mijn irritatie en dit is de meest makkelijke.

Jayden zegt even niets voordat hij een diepe zucht laat. "Okay, is dat wat je dwars zit?" Vraagt hij rustig. Ik verwachtte een geïrriteerde reactie, dat zou het makkelijker maken denk ik. Ik knik, maar kijk hem niet aan. In plaats daarvan richt ik mij op de appelmoes die op het kastje naast mijn bed staat.

Because of you..Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu