"Er zitten nog steeds een beetje krullen in je haar..." Fluistert ze, ook al is er geen enkel reden om zo stil te moeten zijn. Ze haalt met een geamuseerde blik een hand door mijn haar. "Hou daarmee op!" Zeg ik lachend, waardoor ik zeker weten niet serieus wordt genomen met die toon. Toch haalt ze haar hand weg. Langzaam ga ik rechtop zitten en ik kijk Felice aan; ze heeft een zweverige blik en ze ziet er rustig uit, maar door de lippenstift die op alles op haar gezicht behalve haar lippen zit, de smeuïge oogschaduw rondom haar oogleden en de wat uitgelopen oogpotlood kan je makkelijk aflezen dat het een ruwe nacht is geweest. Geen zorgen, ik bespaar jullie de details.
"....Hoe laat moesten we ons nou melden bij de troonzaal om met z'n allen naar die Anna te gaan?" Vraagt Felice plots. Ik frons even, "Één uur dacht ik." Mompel ik slaperig. Felice knikt en kijkt naar de klok. Kwart over twaalf. We kijken elkaar geschrokken aan, zo laat al?! Ik spring het bed uit en wil wat kleren aandoen wanneer ik me dan besef dat al mijn kleren natuurlijk in ons tijdelijke huis liggen, net als die van Felice. Ik zucht gefrustreerd en trek maar mijn broek en overhemd weer aan. Felice trekt ook haar jurk weer aan van gisteravond. Ik doe niet eens de moeite om de knoopjes weer dicht te doen, of mijn jas aan te trekken of mijn stropdas weer om te doen. We doen allebei zelfs niet eens onze schoenen aan.
Op blote voeten joggen we als een stel idioten terug naar het huis, terwijl we onderweg raar aangekeken worden door de Midusanen. Ik geef hun niet eens de schuld...
Ongemakkelijk klop ik aan bij ons tijdelijke huis. Ik hoor wat gerommel en wat mensen praten voordar een chagrijnige Diana de deur open doet. Zonder wat te zeggen lopen we met beschaamde gezichten naar binnen. Ik kijk even om en zie dat Diana mij hoofdschuddend aankijkt. Ik kijk met een suffe, brede grijns terug en maak dan dat ik wegkom naar mijn kamer. Ik kleed me om in mijn gewone kleren; een donkergroen t-shirt met een donkerbruine broek en mijn leren laarzen. Haastig maak mijn haar nat met een beetje water en probeer de laatste krullen eruit te kammen.
Ik loop dan snel naar beneden waar iedereen op Felice na al op me staat te wachten. Om het verste van Diana weg te blijven ga ik maar naast Joris staan, die mij grijnzend aankijkt. Hij heeft vast al door wat er vannacht tussen Felice en mij is gebeurd. Joris gaat trouwens niet mee, we zijn hem nog steeds aan het laten onderduiken bij ons totdat we zeker weten dat hij op z'n minst niet in één keer in het openbaar zal worden vermoord. Na een tijdje komt Felice ook naar beneden gelopen, ook in simpele kleding. Ik zie dat ze de glimlach die ze opzet geforceerd is en ik kijk haar even ongemakkelijk maar toch geamuseerd aan.
"Kunnen we nu gaan?" Vraagt Diana ongeduldig. Ik kan duidelijk zien dat Maan even zijn lach moet inhouden en dan pas knikt. We lopen met z'n allen de deur uit op weg naar de troonzaal. Ondertussen komt Maan naast mij lopen, "Diana heeft ons uitgelegd... van wat er nou precies speelt..." Ik knik en kijk hem met een neutrale blik aan. Diana en ik hadden de afspraak dat we het gisteravond tegen de rest zouden vertellen. Van onze geërfde krachten, van Eleios, gewoon simpelweg van alles. Alles behalve dat je over vijftien dagen al dood bent. "Felice en Stefan weten het ook nu, Diana en ik moesten het toch een keer vertellen dus we hadden de afspraak dat gisteravond te gaan doen." Leg ik hem uit. "Aha..." Mompelt hij begrijpend.
Na een tijdje komen we aan bij de troonzaal en Stefan staat al bij de troonzaal. Ik glimlach en loop naar hem toe. "Hebben jullie nog goed geslapen na gisteravond?" Ik bijt op mijn lip en knik langzaam. Ook al hebben we merendeels de nacht besteed aan seks... heb ik voor de rest prima geslapen... dus ja. "Mooi." Zegt hij grijnzend. De gluiperd. Zonder verder iets te zeggen begint Stefan gewoon al te lopen terwijl wij hem volgen. Ik ga naast hem lopen. "Is er nog iets dat ik moet weten voordat ik haar ontmoet?" Vraag ik, want als er iets is dat belangrijk is, is dat wel handig om even eerst te weten. "Ja..." Begint hij moeizaam, "Anna spreekt een andere taal dan de meeste van ons, laat ik het zo zeggen..." Ik frons, waarom klonk hij zo twijfelachtig daarover?
Het duurde wel een tijdje voordat we uiteindelijk in het diepe bos een groot maar toch ook bescheiden huis tegenkwamen. Het begroeide mos die op de keistenen van het huisje zat deed het zien lijken of als het al huis er al eeuwen stond, maar door de wel magisch lijkende gelakte houten balken kon je wel zien dat dat waarschijnlijk niet waar was. In plaats van op de deur te kloppen, raapte Stefan een dennenappel op van de grond en stak die voorzichtig in een gaatje in de deur. Ik en Maan keken mekaar niet-begrijpend aan terwijl hij zijn schouders ophaalde.
Na pas van wel iets van drie minuten ongemakkelijk wachten deed er pas iemand de deur open. Dat moest Anna zijn. Haar licht blonde haar, roze wangen, lichtblauwe ogen en klein gezicht deden haar breekbaar zien lijken, maar door haar bruine wenkbrauwen en ambitieuze blik kon je zo zien dat ze sterk in haar schoenen stond. "Je kan gewoon tegen haar praten, zij verstaat jou wel." Legde Stefan vaag uit. Ik fronste even maar keek Anna daarna met een glimlach aan, "Hallo..." Zei ik.
"Hallo," Begon ze, "Ik heet Anna, maar volgens mij wisten jullie dat al wel." Zei ze met een stralende glimlach doormiddel van enthousiaste handgebaren.
Nu begrijp ik pas wat Stefan bedoelde; Anna is doof. Ze communiceert met gebarentaal, een andere taal dan die van ons. Maar ze kan liplezen, daarom verstaat zij ons wel.
JE LEEST
She Came Back
MaceraChief Bart van Kanta Tribo heeft een wand van Ragftagar gekregen, daar zou hij toch echt heel blij moeten zijn? Verkeerd gedacht. Bart is welliswaar allergisch voor de energie van de wand en heeft tot nu toe alles er aan gedaan om hemzelf daar een...