Voor een laatste keer keek ik in de ogen van mijn prachtige dochter. Ze zag er heel ongerust uit. Haar vader werd net voor haar ogen neergehaald.
Wanhopig riep ze: "Vader! Neeeee!"
Ze rende naar me toe en voelde aan mijn hart.
"Het is oké, Aisha, het is oké", zei ik.
"Maar je bent geraakt door een magische straal, daar sterf je toch aan?"
"Inderdaad", zuchtte ik. "Maar dat vind ik niet erg."
"Ik wel. Je bent mijn vader, ik wil niet dat je me verlaat."
"Verlaten ga ik je niet doen. Geef me dat masker eens, ik wil het voor de laatste keer vasthouden."
Zoals ik vroeg zette ze haar masker af en gaf ze het aan mij. Het was een kattenmasker. Een van een grijze kat.
Met een lach vroeg ik: "Weet je nog wie hier op afgebeeld staat?"
"Natuurlijk, je hebt me zoveel over hem verteld. Sneeuwvlok, de kat die je als je vader zag."
"Inderdaad. Hij was de persoon waar ik altijd bij terecht kon. Altijd wist hij exact wat hij tegen mij moest zeggen. Altijd kon hij naar mij luisteren. Voor de vijf jaar dat ik hem kende was ik voor hem zijn beste gesprekspartner en hij voor mij. Zowel hij als ik wisten niet dat het zijn laatste jaren zouden zijn, maar hij vertelde me dat het de beste jaren van zijn leven waren. Omdat hij mij had leren kennen.
Nu ik doodga, zal ik hem eindelijk terugzien. Schat, er zijn zoveel overleden vrienden die ik terug zal spreken en Sneeuwvlok is daar een van. Hij rust al jaren in vrede en ik ga met hem mee rusten."
Ik zakte weg. Alles wat ik voor mij zag, vervaagde. Nog net hoorde ik wat mijn dochter zei: "ik hou van je."
Toen ik: "ik ook van jou." terug zei, werd alles zwart.
Grappig. Ze nam op dezelfde manier afscheid als het meisje aan wie ze haar naam te danken had. Een waardige prinses van Amqube.
Ik hoorde een stem. Die van een kat die ik jaren gemist had.
Sneeuwvlok zei: "Hier wachtte ik al die tijd al op, Jason. Ik ben trots op jou en je beeldschone familie."