"Wordt wakker." Hoor ik vaag. Ik kreun vermoeid. "Bart, wordt wakker, idioot!" Er wordt ruw aan mijn schouder geschud. "Ja ik ben al wakker, rustig! Verdomme zeg..." Roep ik slaperig en gefrustreerd. Dan worden de dekens van mij afgegooid. Meteen krijg ik het koud. Mijn ogen schieten open en ik ga automatisch rechtop zitten. Dan zie ik Diana aan de rand van mijn bed staan, en ze ziet er chagrijnig uit. "Schiet op, we zijn al laat." Zegt ze. Ik frons en sta op. "Flikker op." Zeg ik alleen maar terwijl ik snel mijn kleren aantrek. Ik weet niet voor haar, hoor, maar ik heb altijd maar maximaal twee minuten nodig in de ochtend voordat ik beneden ben.
Diana loopt naar beneden en al snel kom ik er ook aan. Alleen Felice staat nog beneden, voor de rest is iedereen volgens mij al bij de haven. Felice kijkt me even met een ongemakkelijke glimlach aan en duwt dan een zakje in mijn handen. "Ontbijt." Is het enige wat ze zegt. Diana trekt ons dan beiden de deur uit en we lopen met z'n drieën naar de haven. Daar zie ik Stefan, Anna, Tom en Joris al staan. Tot mijn verbazing waren Joris en Stefan een redelijk neutraal gesprek aan het voeren, of nou ja... daar leek het in ieder geval op.
"Klaar om te gaan?" Vraagt Stefan nog voor de zekerheid. We knikken allemaal. Stefan leidt de weg naar het grote, Midusiaanse schip. Even ben ik onder de indruk als ik het grote ding zie en ik knik tevreden. "We moeten natuurlijk wel in stijl aankomen." Zegt Stefan nog naar mij met een knipoog. Ik lach kort en we gaan aan boort.
Het is lang reizen vanaf Midusa naar Fenrin, maar ik heb Diana gevraagd om ons er zo snel mogelijk naartoe te brengen doormiddel van haar windkrachten. Nu varen we in een hoge snelheid over de zee, en zullen we volgens haar schatting er al binnen 6 dagen zijn, in plaats van een anderhalve week. Ik zit binnen even de brief van Fenrin te lezen, degene die ze als antwoord hebben teruggestuurd op ons aanvraag van of we Fenrin mogen betreden. De brief is waarschijnlijk door Jurgen zelf geschreven, de keizer van Fenrin, aangezien het handschrift in de brief hetzelfde is als de handtekening.
De boot is groot, en we hebben sowieso allemaal onze eigen hut. Ook al zijn die niet echt zo groot, het is nog steeds best wel luxe. Ik ben blij dat we er al ongeveer binnen zes dagen zijn, maar het is nog steeds te lang om mij gerust te stellen. Ik wil dit hele gedoe gewoon achter mijn rug hebben. Ik wil gewoon mijn krachten bezitten, veilig in Kanta wonen samen met Felice zonder de angst te hebben dat ik doodga of dat ik niet mijn krachten mag gebruiken. Ik leg mijn hoofd op het kleine bureau waar ik aan zit en zucht. Ik voel me moe. Ik voel me zwak. Ik voel me rot.
Dan, wanneer ik net dreigde om in slaap te vallen, wordt er op mijn deur geklopt. Ik kreun vermoeid, sta op en doe de deur open. Daar staat Anna, met papieren in haar hand. Ik zie dat ze wil praten, maar omdat haar handen al vol zijn lukt dat niet. "Geef maar..." Mompel ik terwijl ik de papieren al automatisch van haar overneem en op mijn bureau leg. Anna kijkt mij even dankbaar aan en doet de deur achter haar dicht.
"Ik wed dat jij niet eens weet wat je geneesmiddel eigenlijk is." Zegt ze met een uitdagende blik en snelle handgebaren, waardoor ik even moeite had om haar te verstaan. "Eh... nou... tja, je hebt gelijk... weet jij het soms wel dan?" Vraag ik. Enthousiast slaat ze met haar hand op de tafel. "En of ik het weet! Raad eens?!" Zegt ze opgewonden. Ik ben hier ook veel te moe voor, godsamme. "Weet ik 't, een drankje? Wacht nee laat maar, dat slaat nergens op..."
Anna heeft een sluwe grijns op haar gezicht. "Je gaat hier waarschijnlijk niks van snappen, maar wat jou tegengif moet worden, Bart, is een zwaard."
JE LEEST
She Came Back
AbenteuerChief Bart van Kanta Tribo heeft een wand van Ragftagar gekregen, daar zou hij toch echt heel blij moeten zijn? Verkeerd gedacht. Bart is welliswaar allergisch voor de energie van de wand en heeft tot nu toe alles er aan gedaan om hemzelf daar een...