Hoofdstuk 2 - Wie ben ik?

132 11 3
                                    

'Ik... ik heb... geen idee. Ik herinner me niets meer, zelfs mijn eigen naam niet!' zeg ik geschokt. Ik herinner me zelfs geen vrienden of familie, waar ik woon, alles is gewoon... weg. 

'Rustig maar', stelt de verpleegster mij gerust, ook al helpt het niet echt, 'Dit kan weleens voorkomen, je hebt dan ook een hersenschudding. Normaal gezien komt alles wel terug binnen een paar uurtjes. Als dat niet het geval is, moet je het ons zeggen, oké?'

'Ja, oké', zeg ik nogal twijfelend. Het is echt een heel apart gevoel, zo niet meer weten wie je bent. Ik hoop maar dat het allemaal terugkomt...

'Noem me trouwens maar Ann', zegt ze met een vriendelijke, warme stem. 'Hoe zal ik jou noemen, totdat we je echte naam weten?'

'Euhm, geen idee. Misschien...Nim?' Ik weet niet waarom, maar het was de eerste naam die in me opkwam. 'Nim? Wat een mooie en bijzondere naam. Oké, ik zal jou Nim noemen', zegt ze goedkeurend. Dat is raar, ik herinner me totaal niets meer, maar ik meen de naam Nim al eens ergens gehoord te hebben. 'Wil je trouwens niet wat eten? Ik kan me voorstellen dat je wel honger hebt.'

Ik heb helemaal niet meer gedacht aan eten, maar pas nu ze erover begint merk ik dat mijn maag knort. 'Ja, ik zou wel graag iets eten.'

'Prima. Ik zal wat avondeten naar je kamer laten brengen', zegt ze vriendelijk voor ze naar buiten loopt. 'Oké, dank u wel.'

Nadat ik gegeten en nog wat tv gekeken heb, zit er me nog steeds iets dwars. Ik weet nog altijd niets over mezelf. Behalve dan dat de naam 'Nim' iets moet betekenen. Ik lig er wakker van, terwijl de andere patiënten al lang liggen te slapen. Misschien is dat ook omdat ik net na een hele week uit een coma wakker ben geworden.

Na ongeveer twee uurtjes val ik eindelijk ook in een onrustige slaap. Ik hoop maar dat ik me 's ochtends iets herinner, want anders is er wel iets heel erg mis...

Lost soulWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu