Proloog

22 2 0
                                    

Ik kokhals als ik het bloed van mijn handen was. Hoewel ik het walgelijk vind, heb ik geen spijt van wat ik heb gedaan. Het gevoel van rechtvaardigheid welt in me op als een vloedgolf. Een vloedgolf van wraak. Ik kijk omhoog, in de spiegel van de badkamer en grijns. Wat zullen haar ouders opkijken als ze het bebloede lichaam van hun dochter vinden. Ik kijk op de lijst met namen, die naast me ligt. Mijn oog valt op de tweede naam op de lijst. Ergens voel ik wat sympathie voor mijn volgende slachtoffer, maar dat trekt snel weg als ik terugdenk aan alles wat ze heeft gedaan. Uit het kastje onder de wastafel pak ik een rode marker en streep ik de eerste naam door. Eén minder, nog vier te gaan.

OpgejaagdWhere stories live. Discover now