19. Ayame - Alles Assanda

2 0 0
                                    

Met behulp van Aeolus was ik op Tero zijn rug geklommen en achter het zadel gaan zitten om te voorkomen dat Asl misschien zou vallen. Hagen bleef naast zijn merrie lopen, ondertussen Cordelia ondersteunend die inmiddels weer bleker weggetrokken was en ook moeilijker adem leek te halen. Zoals gewoonlijk was Aeolus de voorhoede van onze gezelschap. Hij leidde ons in de richting van de twee gigantische, zwarte bomen. Die naarmate we dichterbij kwamen, alleen maar gigantischer leken. Ik voelde me nietig in hun aanwezigheid, toen we ze eenmaal bereikt hadden en ik op keek om de toppen te kunnen ontwaren. De groene bladeren staken fel af tegen het zwarte hout en ik zag hoe het mos langzaam vanaf de wortels omhoog kroop. Ook vulde een vreemd gezoem mijn oren. Het ruiste tussen de bomen door. 'Dat is de grens.' Wist Tero me te vertellen. 'Het beschermt Alles Assanda, maar het is erg wispelturig. De ene dag word je wel doorgelaten, maar het kan net zo goed gebeuren dat je de volgende dag geweigerd wordt.' De Eenhoorn hief zijn hoofd op en bekeek de bomen. Voor me keek Aeolus ons één voor één aan. Hij gaf een haast onzichtbaar knikje, alvorens zich om te draaien en door de grens te stappen. Er gebeurde niets. Het gezoem ging gestaag door, terwijl Aeolus enkele passen verder Alles Assanda in liep. Tero volgde de Farantiaan en ik voelde mijn hart opnieuw kloppen in mijn keel. Ik had mijn armen op Asl zijn middel gewikkeld en moest mijn best doen om hem niet fijn te knijpen. De Farantiaan voor me had het moeilijk, hij ademde zwaar en de bloedvlek had zich inmiddels over de gehele mouw van zijn wambuis verspreid. Op het moment dat Tero door de grens heen stapte, leek er een rilling door de bomen te gaan. Het gezoem werd luider, terwijl ik plotseling iets zag flitsen tussen de bomen door. Kleuren dansten op mijn netvlies en het voelde alsof ik mezelf door een muur heen probeerde te duwen. Tero bereikte de andere kant van de grens, evenals Asl die niet langer bij bewustzijn leek te zijn. Ik hield mijn adem in. Voor enkele gruwelijke seconden leek het alsof de grens mijn aanwezigheid weigerde, maar uiteindelijk verdwenen de kleuren om me heen en loste de druk op mijn lichaam op. Het was me gelukt. Het was gelukt om toe te treden tot de Hoofdstad van de Elven. We hadden Saltus doorkruist en waren aangekomen in Alles Assanda. Eindelijk waren we er.

Hagen en Cordelia passeerden de grens zonder problemen. Cordelia wierp me een waterig glimlachje toe, maar deze verdween al snel weer en haar vermoeide uitdrukking kwam weer naar boven. 'Kom op. We moeten verder'. Net zoals altijd sprak Aeolus ons toe. Zijn blik bleef hangen op Asl die bewusteloos in mijn armen hing en gleed toen naar Cordelia. Tero kwam weer in beweging en zo betraden we Alles Assanda verder. We stapten over een breed zandpad dat zich voor ons uitstrekte. Kleurige planten en struiken groeiden vrolijk langs de randen van het pad en ook de grote bomen waren bedekt met bloemen in allerlei kleuren en maten. Het pad was niet heel lang en al snel bereikten we de open ruimte die zich aan het einde bevondt. Aeolus hield halt. Voor me zag ik een grote fontein, opgetrokken uit lichte stenen. Ranke planten groeiden over de stenen heen. Het geluid van kletterend water kalmeerde mijn nog altijd razende hartslag. Rechts van me zag ik een grote boog waarin allerlei kleuren rozen groeiden. We hadden een soort plein bereikt en zoals viel te verwachten was het plein niet leeg. Elven liepen op hun gemak rond, sommigen verdwenen onder de rozenboog of kwamen eronder vandaan lopen. Het duurde enkele seconden voordat de eerste Elf ons zag. Zijn lange donkerbruine haar hing los naar beneden en zijn puntige oren staken scherp de lucht in. De uitdrukking van verbazing op zijn volmaakte gezicht viel niet te missen. Na hem kregen de overige Elven ons ook al snel door. Ik kon zien hoe een kleine, vrouwelijke Elf zich haastig uit de voeten maakte en onder de rozenboog verdween. Ons kleine groepje bleef staan. Zelfs Aeolus wist niet precies wat hij moest doen. En zo gingen de minuten voorbij.

De vrouwelijke Elf die eerder haastig weg was gerend, kwam weer tevoorschijn. Ditmaal was ze niet alleen. De Elf die haar volgde en onder de rozenboog vandaan kwam, blies de rest weg. Hij was lang, gehuld in een prachtig afgewerkt, donkergroen gewaad. Zijn lange, lichtbruine haar was kunstig bewerkt. Elegantie spatte van zijn voorkomen af en de autoriteit vulde de lucht. De simpele, gouden, met edelstenen afgezette kroon bevestigde mijn vermoeden. Het was de koning.

Next to Earth - Ayame || Onder constructieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu