Hoofdstuk 56: De keizer met het masker

84 11 9
                                    

Na het kleine welkoms-comité van Jurgen beginnen we met de groep gelijk al te lopen, waarschijnlijk richting het paleis. Ondanks de ongeveer zelfde temperaturen die Kanta Tribo en Fenrin delen ziet Fenrin er totaal anders uit; het rijkt hier van grote kersenbomen die vol zitten met roze bloesem en daarmee ook lichtelijk de straten bedekken. Het is minder dicht op elkaar en het lijkt hierdoor veel minder op een druk, hectisch tropisch regenwoud zoals we die in Kanta Tribo hebben. De huizen hier lijken soms eerder op torens dan op 'normale' huizen. Wanneer ik ernaar kijk zie ik dat de mensen hun deuren openschuiven in plaats van duwen en trekken. Verder hangen er op straat rood en oranje gekleurde lampionnen aan houten palen die een rustgevende lichtgloed op de straten schijnt. De horizon die al een tijd aan het schemeren is geeft mij nu een compleet kalm gevoel, of als alles goed gaat komen, al ben ik er nog steeds van bewust dat ik weet dat dat diep van binnen helemaal niet zomaar het geval zal zijn.

Jurgen is inmiddels al met Stefan aan het praten; hij legt hem enkele dingen uit over de geschiedenis van Fenrin en hoe hijzelf aan de macht is gekomen. Net als hij over de wat meer spirituele en gelovige punten wilt houden die in zijn kingdom van belang zijn loopt er een groep monniken langs ons. Jurgen glimlacht even naar ze en de monniken stoppen even om voor hun keizer te buigen voordat ze weer verder lopen. Ik kijk hen na en zie dan dat ze richting een groot gebouw lopen met meerdere verdiepingen en schuine daken. Het ziet er mooi versierd uit, als ik een kunstenaar was dan zou ik graag dat gebouw geschilderd of getekend willen hebben.

Na enkele minuten lopen door de mooie stad komen we aan bij het paleis, dat prachtige marmeren pilaren heeft met gouden versieringen die een rode gloed hebben door de lampionnen en rode muren die ook dit gebouw heeft, al valt het op in tegenstelling tot elk ander gebouw dat in deze stad te zien is.

We lopen dan onder een grote boog door en enteren zo het paleis. Eenmaal binnen loopt Jurgen gelijk door naar de troonzaal, maar hij gaat niet op zijn troon zitten, in plaats daarvan keert hij zich weer naar onze groep, gelijk in een meer zakelijke houding nu in tegenstelling tot de kalme en relaxte houding die hij net had tijdens de weg hiernaartoe. "Ik heb in uw brief vernomen dat jullie de hulp van Fenrin dringend nodig hebben..?" Hij kijkt even naar mij, en ik knik gelijk.

"Dan stel ik voor dat u, chief Bart, en u, koning Stefan, met mij meelopen naar de vergaderzaal en dan twee van mijn lijfwachten de rest van jullie groep escorteren naar het hostel waar zij kunnen uitrusten en opfrissen... het hostel is immers inbegrepen van een badhuis." Legt Jurgen aan ons uit. Ik kijk om naar de groep om te kijken of ze daar mee akkoord gaan. Anna maakt geen gebaar, maar de rest knikt.

Ik kijk weer terug naar Jurgen. "Is goed, bedankt dat u ons onderdak aanbied, we stellen het erg op prijs..." Zeg ik, proberend om zo veel mogelijk formeel te blijven, maar ik ben bang dat ik er alleen maar erg ongemakkelijk en stijf uitzie. Na alle meer avontuurlijke en informelere tochten die ik heb gemaakt de afgelopen weken door al deze kingdoms is het erg wennen om nu in een kingdom te zijn waar je eigenlijk merendeels neutraal mee bent en je opeens een stuk netter en formeler moet zijn.

Ik zie vanuit mijn ooghoek dat dan de groep wordt weg geëscorteerd door twee lijfwachten net zoals Jurgen zei en ik kijk even naar Stefan wanneer ze uit de troonzaal zijn om te kijken of ik een beetje kan zien wat hij ervan vindt, maar zijn gezicht staat neutraal. Jurgen begint dan weer met praten, maar zijn stem klinkt opeens veel meer persoonlijker en minder formeel. "Zijn ze weg...?" Hij kijkt dan even of de groep en zijn lijfwachten daadwerkelijk weg uit de troonzaal zijn voordat hij een diepe zucht slaakt van opluchting. "Ah, fijn... loop maar mee." Zegt hij dan voordat hij zich omdraait en begint te lopen. Ik en Stefan kijken elkaar even verward aan maar volgen Jurgen dan maar gewoon.

Voordat we in de vergaderzaal aankwamen volgden we eerst Jurgen die langs de keuken liep, waar hij een fles wijn haalde en schaaltje vol met stukjes fruit. Dan eenmaal aangekomen in de vergaderzaal plofte hij zo neer op zijn stoel aan het hoofd van de tafel en gebaarde naar de rest van de zetels met een bijna wel vermoeide blik. "Neem plaats... willen jullie wat te drinken...?" Vraagt hij terwijl hij zelf al een glas voor zichzelf inschenkt met de wijn die hij toenet al van de keuken vandaan had had. Ik schud langzaam mijn hoofd. "Ja, is goed..." Antwoord Stefan zacht. Jurgen pakt nog een glas die al op tafel stond en schenkt die in voor Stefan voordat hij het glas over de tafel zijn kant op schuift.

Hij zucht even en hij lijkt hemzelf weer een beetje te herpakken voordat hij weer begint met praten, maar nog wel met dezelfde toon als die van sinds de rest weg is. "Sorry, hoor... van dit... en mij, zo... ehm-" Hij fronst even en lijkt even na te denken. "Ik ben nogal uitgeput de laatste tijd vanwege Eleftheria wat ook opeens van ons is nu en veel aandacht vereist, maar ja. Het zij zo. Als keizer moet je je daar vaak even overheen zetten als er dan weer zo'n belangrijke gebeurtenis op de agenda staat..."

Hij pakt een stukje mango uit het schaaltje fruit en eet dat op voordat hij zijn handen afveegt aan een servet en daarna eenmalig in zijn handen klapt. Hij buigt een beetje over de tafel heen en begint te praten met een geïnteresseerde blik op zijn gezicht. "Hoe dan ook! Jullie zijn hier voor een reden, natuurlijk... ik heb je brief gelezen, ik heb wat je nodig hebt en ben ook wel ergens bereid om dat te geven, maar eerst; informatie. Ik weet nog te weinig."

She Came BackWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu