chapter two

40 1 0
                                    

"Ik werk hier al zo lang voor, weet je? Ik kan niet zomaar opgeven." Ik knik, ik vind het zielig voor Fayah dat ze geen uitweg meer weet te vinden. Ze begint te huilen en ik probeer haar te troosten. Maar tevergeefs. Wanneer ik haar probeer te troosten, huilt ze harder en harder. "Moet ik een glaasje water voor je pakken?" Ze knikt en ik loop naar Julian toe. Gek genoeg was hij met Winnie aan het praten, het meisje die geen moed meer had. Julian had haar al opgegeven. "Julian?" roep ik. Finn gooit een bal tegen me aan en dan realiseer ik me dat ik me moet bewijzen. "Eikel!" En ik gooi de bal keihard in zijn gezicht terug. "Wat doe je... Tess?" Julian draait zich om. Ik kijk geirriteerd uit mijn ogen. "Dit is toch een training, of wat." mompel ik. "Nou, geef me nou een glas Julian. Of kijk je niet meer om naar anderen." Hij knikt en staat op. Wanneer hij naar de eetkamer loopt, slaat hij een arm om mij heen. "Niet doen." zeg ik, en hij haalt zijn arm weg. "Fayah heeft geen moed meer. Door jou." Hij kijkt verbaasd op. "Door mij? Niet door jou?" Ik pak het glas van hem aan en loop weg, zonder antwoord te geven.

"Kijk eens, een glas water. Sorry dat het zo lang duurde." Ik ga weer naast Fayah zitten. "De F.P.T dagen zijn heel anders dan dit. Je kan het niet vergelijken. We gaan gewoon de dagen in en dan zien we het. Maar eerst hopen dat we samen ingedeeld worden."

Mijn broer is aan het gamen als ik thuis kom. "Moet dit weer?" mompel ik. Hij knikt. Hij kijkt niet eens om of wat dan ook. Dat kost namelijk zijn leven in het spel. "Morgen is een belangrijke training. we gaan kijken of we presteren onder druk..." Hij zet zijn spel op pauze en draait zich om naar mij. "Vet goed. Kan je wel hoor. Niet zo onverzekerd zijn. Eet gewoon wat je wil, hoor, nu. Het maakt allemaal niet zo veel uit. Je moet gewoon jezelf blijven." Ik knik en loop naar boven. Tot mijn verbazing zit mijn moeder te huilen op haar kamer... "Mam... ?" Ik loop naar haar toe. "Wat is er, waarom huil je..." Ze kijkt schuw naar me en schreeuwt dat ik weg moet.

Tijdens het avond eten is het niet gezellig. Het lijkt alsof iedereen tegen mij is. Ik voel me bedreigd door mijn eigen familieleden. Zelfs mijn broer, die vanmiddag nog aardig was tegen me, is tegen me gekeerd. Ik doe het weer fout volgens hun. Zoals altijd. Ik eet snel mijn eten op zodat ik van tafel mag. Maar dan houdt mijn vader me tegen: "Tess, blijf eens zitten. Morgen word je ook ingedeeld, he... Het komt eerder naar buiten dan voorheen. Vertrouw niemand, Tess, niemand."

Vandaag is het zaterdag, we hebben geen school dus de hele dag is training. Ik ben voor het eerst op tijd, ik ben gaan rennen zo hard als ik kon. Met mijn korte broekje door het koude weer. Voor het eerst moeten we tien rondjes gaan inrennen, normaal gesproken zijn dat er maar vier. Ik bouw mijn snelheid op. Eerst langzaam en uiteindelijk geef ik al mijn kracht. Zo is het mij geleerd. Ik kijk opzij, naar Finn die naast mij rent. Ik merk aan mezelf dat ik het moeilijk heb, en eigenlijk gewoon moet stoppen, maar ik moet doorgaan. Mijn dicipline moet ik niet verliezen. Ik blijf doorrennen. Stap voor stap. En dan kijk ik opzij, Finn is gestopt. "Finn!" roep ik. Maar hij schudt nee. Ik moet hem niet pushen.

"Super gedaan. Tien van de veertig mensen hebben het gehaald. Moet ik trots zijn? Over twee weken zijn de spelen, jongens. Precies over twee weken zitten jullie in de spelen." mompelt Julian. "Ik heb de indeling. Dus let even op. He, jij! Oké, wie in Nederland, Amsterdam blijven zijn... Anna en Rutger. Antwerpen in België voor Megan en David. (...) Fayah en Quinten gaan naar Polen, Warschau. Jay en Sophie naar Athene, Griekenland en Tess en Finn naar Nice, Frankrijk." Ik zucht. Het is opgedeeld in jongen-meisje. Ik moet naar Frankrijk. Ik zie Fayah huilen, ze is niet blij om met Quinten te gaan. Inmiddels is Finn naar Quinten en Jay toe. Ze lachen en stoten tegen elkaar.

"We beginnen met de officiële test voor vandaag. Ik nodig jullie omstebeurt uit om met mij mee te gaan naar de andere zaal. Doorzetten, uithoudingsvermogen en onder druk staan is heel belangrijk. Volgende week horen jullie de echte proef." Julian kijkt naar Finn, die als eerst moet.

Wanneer Finn terug is, is hij bekaf. Ik kijk bezorgd en weet dan dat ik aan de beurt ben. Ik vind het niet leuk, maar ik heb geen uitweg meer. "Tess." roept Julian die in de deurportiek staat. Ik loop naar hem toe en samen lopen we naar de zaal toe. "Sorry, van gisteren." zegt hij wanneer we er zijn. "Mij ook," zeg ik terug. We kijken naar elkaar. "Wees op je hoede, je begint hier onder het doek. Er worden allemaal ballen op je afgevuurd maar zorg dat niks je raakt. Hoor je dat? Dan klim je over de muur heen terwijl Christophe je probeert te vermoorden. Pas op, hé. Het is niet echt. Wanneer je de overkant hebt bereikt, kom ik weer naar je toe. Oja, er zijn ook dingen die ik niet heb verteld maar daar kom je snel genoeg achter."

Ik ren onder het doek heen maar dan voel ik ballen op mij afgevoerd worden. Ik lig een tijd onder het doek en dan uit het niets ren ik naar de muur toe. Opeens komt er een touw op mij slingeren en ik probeer te duiken maar tevergeefs. Ik sta weer op, zie dat ik een wond heb over mijn hoofd, maar ren door. De muur op klimmen is niet makkelijk. Ik zie Christophe op de muur staan en zorg dat wanneer ik op de muur sta, er zo snel mogelijk van af ben. Ik beland op de grond en een paar seconde later belandt er een mes op de grond. Het was voor mij bedoeld. Ik kijk de muur op en ren zo snel mogelijk naar de overkant. Ik moet over obstakels springen en een bepaald pad volgen, maar ik ben er snel. Ik zucht en ga op de grond zitten. Even ben ik buitenadem maar dan zie ik Julian naar me toe lopen.

"Wondje? Hoe komt dat, Tess?" vraagt hij. Hij geeft mij een hand om op te staan en door zijn hulp sta ik weer rechtop. "Ik weet het niet. Het touw met die scherpe punten. Auw." Ik kijk hem recht in de ogen aan en raak duizelig. Ik houd me vast aan de muur voor ondersteuning. "Geeft niet, goed gedaan. Je was beter dan Finn. Ook al is die helemaal niet gewond." Ik knik en pak zachtjes zijn hand vast. Ik kijk hem aan en zeg niks. Hij pakt mijn hand beter vast en aait me over mijn hoofd. "Tess," zegt hij. Maar ik antwoord niet. We blijven seconde lang staan en dan gaat er een rinkel. Zijn telefoon gaat af. Hij laat mijn hand los en loopt met zijn mobiel in zijn hand weg. Ik loop terug naar de zaal zonder iets te zeggen.

"Tess! Je bent gewond, wat is er gebeurd?" Fayah rent naar me toe. Ze is bezorgd om me. "Die opdracht..." mompel ik. "Kan je een doekje pakken?" Ze knikt en rent zo snel mogelijk naar de kleedkamer. "Je was een kwartier weg terwijl Finn in tien minuten klaar was!" roept ze als ze terug is. Ik kijk naar haar verontschuldig en daarna blij. "Sorry, maar Finn is gewoon super snel. Bij sommige heb ik even gewacht om hun te afleiden." We lachen.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Mar 14, 2015 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Drive In (O.A. with Paul van Haver)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu