15. Liefde en haat

41 3 0
                                    

Langzaam open ik mijn ogen. Het licht schijnt veel te fel in mijn ogen en ik merk dat ik opgekruld op de grond lig. Mijn handen houden mijn knieën krampachtig vast. Ik voel hoe een zweetdruppel over mijn voorhoofd rolt en in mijn oog komt. Ik vloek zacht als ik voel hoe het prikt en wrijf in mijn ogen. Ik voel me suf en mijn beeld is wazig. Toch kan ik vaag de omtrek van een man zien die voor me staat. Met een schok besef ik me dat het Kyan is en ik schiet overeind. Dit veroorzaakt een steek in mijn hoofd en een opnieuw opkomende duizeligheid waardoor ik weer terug op de grond zak.
'Kyan?' vraag ik zwakjes. Geen antwoord. Ik probeer mijn beeld scherp te stellen en ik zie dat Kyan me kwaad aankijkt. Daar schrik ik van en het eerste wat ik me probeer te bedenken is wat ik fout gedaan zou kunnen hebben.
'Waar was je?!' vraagt hij met een bulderende stem. Ik slik. Zo heb ik hem nog nooit horen praten Maar hij is nog niet klaar met schreeuwen. 'Ik heb de hele tijd op je gewacht! Maar dacht ze nog aan me? Neeeee! Daar heeft ze geen tijd voor!' Hij is buiten zichzelf van woede, alsof ik hem maanden genegeerd heb en ik voel me lichtelijk verontwaardigd. Niemand heeft mij verplicht om iedere dag langs te komen!
'Vier dagen! Vier dagen bleef je weg! Waarom? Waarom?' vraagt hij beledigd. Ik blijf stil maar ik voel de tranen weer prikken achter mijn ogen. 'Waarom?!' Hij vraagt het harder en dringender deze keer. Je zou haast zeggen dat hij in paniek is, maar dat kan toch niet? Zolang zijn 4 dagen nou ook weer niet, zeker niet als je het vergelijkt met 500 eenzame jaren in een kistje.
'Antwoord me!' schreeuwt hij en ik zie hoe zijn ogen weer donkerblauw worden en zijn wenkbrauwen een diepe frons vromen. Hij neemt een dreigende houding aan en op dat moment knapt er iets in mij. Ik hoef me toch zeker niet schuldig te voelen? Er is iets vreselijks gebeurd en ik wilde mijn moeder steunen.
'Dus je begint te wennen aan je luxe leventje? Meneer zit al ruim 500 jaar vast maar wordt helemaal gek als ik hem even 4 dagen niet op kom zoeken! Nou, voor jou informatie, ik heb een hele goede reden! Er is--' mijn adem stokt in mijn keel en ik kan de juiste woorden niet vinden. De herinnering aan het overleden baby'tje en mijn ontzettend verdrietige moeder is te pijnlijk. 'Er is iets verschrikkelijks gebeurd.' zeg ik en ik voel een traan over mijn wang glijden. Ik vertel Kyan het hele verhaal in de hoop dat hij me begrijpt. Als ik klaar ben met vertellen heeft hij zijn hand op mijn schouder gelegd. Dat veroorzaakt een polonaise aan vlinders in mijn binnenste. Maar toch heeft hij ook een vreemde grimas op zijn gezicht. Ik kijk hem vragend aan. 'Wat vervelend voor je.' zegt hij en hij draait van mij weg zodat ik zijn gezicht niet meer kan zien. Het feit dat hij wegloopt zorgt er voor dat ik me weer leger begin te voel van binnen. Ik wil dat iemand me troost, vasthoudt en zegt dat het allemaal goed komt... Voor het eerst merk ik hoe jammer ik het vind dat hij zo afstandelijk doet. Aangezien ik hem niet aan kan raken moet hij het initiatief nemen maar hij houdt zich zo gedeisd. Ik ben niet graag afhankelijk van anderen, ik neem zelf altijd het voortouw. Maar ik merk dat ik Kyan al meerdere kansen heb gegeven, ik vind het niet zo erg om te moeten wachten op hem.

Kyan is inmiddels aan het ijsberen over de zolder. Ik bekijk hem voor een aantal seconde voordat ik op sta. Hij stopt pas met lopen als ik vlak voor hem ga staan. Met minder dan een meter tussen ons in, kan ik zijn perfecte gezicht goed bestuderen. Zijn omtrekken zijn niet zo scherp als dat ze bij een mens zouden zijn maar zijn ogen, zo lichtblauw als een heldere lucht, staren mij duidelijk aan. Zijn perfect rechte neus en een scherpe kaaklijn vallen gelijk op als je hem aankijkt.  En zijn lippen... Zijn lippen, zo perfect gevormd en rozig. Zouden ze zo zacht zijn als ze er uit zien? Mijn blik gaat van zijn lippen naar zijn ogen en weer terug en ik krijg een warm gevoel van binnen.
'Jessica...' zegt hij en ik voel zijn adem als een koude bries op mijn gezicht.  Mijn naam klinkt zo veel beter als hij hem uitspreekt. Maar onbewust heb ik een stap naar voren gezet dus mijn naam was meer als waarschuwing bedoeld. Ik zet weer een stap achteruit maar mijn teleurstelling is duidelijk zichtbaar en het warme gevoel verdwijnt onmiddellijk. Met hangende schouders kijk ik uit het raam, weg van Kyan. Daar zie ik dat er zich inmiddels donkere wolken hebben samengepakt boven ons kleine dorpje. Er zal straks wel weer een hoop regen vallen en dat zal mijn humeur geen goed doen.

Achter Slot en Grendel {VOLTOOID}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu