Proloog

123 14 4
                                    

'Waar is dat vrolijke meisje gebleven waar ik vroeger zo gek op was?' Vraagt hij terwijl hij me dwingt hem aan te kijken. 'Dat vrolijke meisje dat volop van het leven genoot en waar iedereen zo gek op was.' 'Die is er niet meer,' antwoord ik met tranen in mijn ogen. Hij mag niet zien dat ik huil, huilen is een teken van zwakte en ik ben niet zwak. 'Je mag best huilen, ik ben het maar.' Nee. 'Mensen veranderen Andrew, kijk maar naar jezelf.' Antwoord ik. 'Ik mag dan misschien wel veranderd zijn, maar ik ben nog steeds je beste vriend.' Zegt hij, ik zwijg even. Als hij een echte vriend was, waar was hij dan de hele tijd? Ik heb hem een paar maanden niet gezien of gesproken en nog steeds voelt hij zich een goede vriend. 'Je laat jezelf vijf maanden niet zien en laat niks van je horen, hoe kun je dan nog denken dat je mijn beste vriend bent? En kun je me nu alsjeblieft alleen laten?' vraag ik terwijl ik naar buiten staar. Aan de geluiden te horen weet ik dat hij opstaat en de kamer verlaat.


A drop in the oceanWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu