Het medaillon

474 18 4
                                    

Muren kunnen niet alles verbergen. Ik hoorde buiten geluiden: blaffende honden, mensen die schreeuwden en kinderen die vrolijk speelden. Ik verlangde erna om de buitenwereld te mogen zien, maar iedere keer als ik het aan Peter vroeg zei hij: het spijt mij Ocean, het mag niet. Ik zat op mijn kamertje en deed mijn haren. Mijn haren waren behoorlijk lang, ze kwamen tot aan mijn enkels. Ik maakte er een vlecht van en maakte er allemaal gouden figuurtjes in vast: manen, sterren, bloemen en hartjes. Ik had er nooit bij stil gestaan dat mijn haren een rare kleur hadden. Ik deed een lichtroze jurk aan, die een doorzichtig glinster laagje op zich had. Verder liep ik altijd op blote voeten.

Mijn vader was even het dorp in gegaan voor wat boodschappen. Ik liet de keuken in en keek ons kleine achtertuintje in. Ik pakte de deurklink vast, in de hoop dat de deur open was. Helaas, de deur zat op slot. Ik liep de trap op naar boven , voor de deur van Peter's werkkamer stopte ik. Ik was er nog nooit naar binnen geweest en ik was razend benieuwd wat peter daar te verbergen had.

Ik voelde aan de klink en merkte dat de deur open was! Ik liet de klink los, nee ik kon dit niet doen. Maar ik wilde zo graag weten wat daar was! Heel langzaam duwde ik de deur open en keek naar binnen, het was schemerig binnen en overal stonden stapels met boeken. Ik liep voorzichtig naar binnen en liep op het bureau af dat in het midden van de kamer stond. Op het bureau stond een fotolijst met daarin een foto van mij als klein meisje. Voorzichtig opende ik een van de lades en keek erin. Er lagen een heleboel papieren, ik schoof ze aan de kant en er glinsterde iets. Ik pakte het uit de lade: het was een gouden medaillon.

Ik wreef het stof eraf en las wat erin gegraveerd stond: ster stond er in sierlijke letters in. Ik maakte het medaillon voorzichtig open en keek naar de foto die erin zat. Het was een foto van het strand maar dan s'avonds: het was volle maan en duizenden sterren fonkelden aan de hemel en verlichtte de oceaan. Ik wist niet wat het was maar iets aan de foto trok me aan, ik schoof de lade dicht en liep het kamertje uit.

De deur trok ik achter me dicht en ik liep naar mijn slaapkamer op de zolder. Het was niet groot maar wel gezellig: mijn bed stond tegen de muur onder de vensterbank en de gordijnen hingen er achter, op de vensterbank stond een witte roos in een potje met een gieter ernaast, verder stond er een houten kleerkast en een grote spiegel. Ik plofte op mijn bed neer en keek naar het medaillon.

Ik hield het medaillon boven mijn gezicht en keek naar de foto. Opeens viel een ster uit de lucht op het strand, ik moest het me verbeelden! Ik knipperde met mijn ogen maar de ster lag nog steeds op het strand. Heel voorzichtig ging mijn vinger richting de ster en toen ik hem aanraakte verscheen er een fel licht. Uit schrik gooide ik het medaillon weg, het lande een eindje verder op de grond. Heel voorzichtig liep ik ernaar toe. Op de foto scheen de ster die op het strand gevallen was, opeens kwamen er allemaal fonkelde kleine sterretjes uit de foto. Ik deinsde terug maar de sterretjes kwamen recht op mij af. Ze omcirkelde me en ik zag niks anders dan sterretjes. Het leek alsof ik zweefde!

Opeens voelde ik zacht mos onder mijn voeten, de sterretjes verdwenen en ik stond midden in een bos. Het medaillon lag voor mijn voeten, ik raapte het op en deed het om. Waar was ik in hemelsnaam beland? Ik hield het medaillon vast tussen twee handen en begon rustig vooruit te lopen nieuwsgierig waar ik uit zou komen.

De trilogie: Het sterrenkindWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu