'Ik moet gaan Lilly' zegt hij terwijl hij zijn jas van de kapstok grijpt. 'Ik zie je snel weer dat beloof ik.' Ik kijk hem aan: 'hoe weet je mijn naam?' 'Kan ik je nu niet zeggen. Je moet me gewoon vertrouwen.' 'Hoezo moet ik jou vertrouwen?' 'Omdat ik meer weet dan jij en ik jou kan genezen' zegt hij weer. Verward kijk ik hem aan: 'oh dus ben je een dokter? Of doe je maar alsof? Je ziet er namelijk niet zo uit.' Direct daarna heb ik weer eens spijt van wat ik gezegd heb en vloek ik binnensmonds. 'Ik ben niet echt een dokter... het is ingewikkeld, maar ik weet wel een goede reden om me te vertrouwen.' Ik trek mijn wenkbrauwen op: 'Pff oké vertel dan druiloor!' Even is het stil, hij kijkt om zich heen alsof hij bang is dat iemand ons afluistert. Dan loopt hij naar me toe en kijkt me vol medelijden aan. Medelijden, dat heeft niemand ooit echt voor me gevoeld volgens mij. Alleen Jasper misschien, maar zelfs die is blij dat hij de 'normale van de twee' is. Stil loopt hij naar me toe en haalt hij nog een diepe laatste zucht. 'Je hebt me in dit gesprek niet geslagen en ik weet waarom.' Ik kijk naar mijn handen: geen bloed. Ik kijk terug naar zijn gezicht: hij heeft geen wonden alleen een smerige grijns. Ik kijk vol ongeloof weer terug naar mijn handen: 'hoe... hoe heb je?' Maar hij is al weg. Dan komt Jasper binnen: 'heb ik iets gemist?' Ik schud mijn hoofd. Nu lieg ik ook nog eens... ~ Lilly is kwaadaardig. Tenminste dat wordt over haar gezegd. Ze schopt, ze slaat, ze beledigt. Lilly zegt dat ze niemand pijn wilt doen, maar dat iets anders haar dwingt. Pff, wie gelooft er nou zo'n meisje? Misschien kunnen de dokters nog een oplossing bedenken; dan hoeven normale mensen niet meer bang voor haar te zijn. Wie weet is het hele probleem dan wel opgelost...All Rights Reserved